Amfiboliet

Van Wikipedia

Grofkorrelige amfibolitische gneiss. De donkere mineralen zijn amfibool, de rode granaat en de witte plagioklaas. Gesteente uit de allochtone nappes van de Noorse Caledoniden. Vindplaats: vlakbij Midsund, in de provincie Møre og Romsdal.

Amfiboliet is een metamorf gesteente, genoemd naar het mineraal amfibool. Het heeft de chemische samenstelling van basalt.

[bewerk] Eigenschappen

Ondanks de vele verschijningsvormen die amfibool kan aannemen, blijkt het een stabiel mineraal tijdens de metamorfose van mafische naar intermediaire stollingsgesteenten te zijn. Amfiboliet wordt gevormd bij relatief bescheiden temperaturen (500-700°C) en uiteenlopende drukken, gewoonlijk op diepten van 10-30 km onder het aardoppervlak. De metamorfe facies waar dit plaatsvindt, wordt dan ook de amfiboliet-facies genoemd. De belangrijkste minerale bestanddelen van amfiboliet zijn hoornblende en plagioklaas, met daarnaast verscheidene andere materialen als biotiet en granaat. Sommige daarvan, en vooral granaat, kunnen als porfieroblasten ontstaan: betrekkelijk grote kristallen die omringd worden door een fijnkristallijne matrix. De aanwezigheid van grotere aantallen amfiboolkristallen gerangschikt in evenwijdige vlakken kan het gesteente een kenmerkende schijngelaagdheid geven die het op een gesloten boek doet lijken. Soms is amfiboliet verdeeld in lagen van afwisselend donker amfibool en lichter gekleurde veldspaat. De competentie en compactheid van amfiboliet maken dat het ook kan worden gebruikt als dragende onderlaag in de wegenbouw.

[bewerk] Zie ook

• Amfiboliet-facies