Eigenwoningbijdrage
Van Wikipedia
Sinds 1 januari 2001 is het op grond van de Wet bevordering eigenwoningbezit voor mensen met een laag inkomen mogelijk tot een bepaalde koopprijs een woning te kopen met subsidie: de eigenwoningbijdrage.
Deze subsidie is vergelijkbaar met de huurtoeslag: maandelijks kan de eigenaar/bewoner een eigenwoningbijdrage krijgen met een maximum. Wanneer er bij de koop overdrachtsbelasting betaald wordt, onvangt men ook een toeslag bovenop het bedrag van de eigenwoningbijdrage. Of en hoeveel subsidie men krijgt, hangt af van het inkomen en de hoogte van de hypotheek, die wordt afgesloten.
De grenzen aan het inkomen komen overeen met die van de huursubsidie. De hypotheekrente moet vijftien jaar vaststaan en een Nationale Hypotheekgarantie is verplicht. Voorts moet men ten minste 23 jaar zijn, rechtmatig in Nederland verblijven, de afgelopen drie jaar geen koophuis hebben gehad en van plan zijn zelf de nieuwe woning te gaan bewonen.
De eigenwoningbijdrage wordt voor maximaal drie jaar gegeven. Na drie jaar moet de woningbezitter opnieuw subsidie aanvragen. De maximale hypotheek volgt de stijging van de bouwkosten, de maximale- en minimale inkomens en de inflatie.
Sinds 1 januari 2001 is het ook mogelijk dat woningcorporaties die een huurwoning willen verkopen aan de bewoners, aan de koper een korting mogen geven tot 30% van de marktwaarde van die woning. Huurders van de corporatie die niet hun eigen woning maar een andere woning van de corporatie willen kopen kunnen maximaal 20% korting krijgen. Alle andere kopers maximaal 10% korting.
