Joseph de Ferraris
Van Wikipedia
Joseph Jean François Graaf de Ferraris (Lunéville, 20 april 1726 - Wenen, 1 april 1814) was een generaal bij de Oostenrijkse artillerie, veldmaarschalk in de Oostenrijkse Nederlanden en vrijmetselaar.
De familie de Ferraris was afkomstig uit Piemonte, maar hijzelf werd geboren in Lotharingen. Op negenjarige leeftijd trad hij in Oostenrijkse dienst als page van keizerin Amelia aan het keizerlijke hof in Wenen en maakte daarna carrière in het Oostenrijkse leger. In 1767 benoemde Keizer Jozef II hem tot Directeur-Generaal van de Artillerie in de Oostenrijkse Nederlanden en in 1775 werd Ferraris als Gouverneur naar Dendermonde gestuurd. Als in Oktober 1789 de Brabantse Revolutie uitbreekt, neemt Ferraris als leidinggevende deel aan het neerslaan ervan.
De Oostenrijkse regering en landvoogd Karel van Lotharingen hechtten veel belang aan cartografie. Daarom liet de Ferraris in 1767-1768 een topografische kaart van het Zoniënwoud en omgeving maken, alsook een kaart van het domein van Mariemont. Door deze twee domeinen te laten opmeten deed Ferraris een zeer interessante ervaring op. Die benutte hij vanaf 1769 toen hij de landvoogd voorstelde een kaart te maken van de volledige Oostenrijkse Nederlanden, naar het voorbeeld van de nieuwe kaart van Frankrijk.
Tussen 1771 en 1778 leidde hij op last van keizerin Maria Theresia en keizer Jozef II het opstellen van de zogeheten Kabinetskaart (Carte-de-Cabinet) van de Oostenrijkse Nederlanden, aan de hand van opmetingen en waarnemingen ter plaatse. De opmetingen zelf werden uitgevoerd door de leerlingen van de “Ecole des mathématiques du corps d’artillerie des Pays-Bas autrichiens de Malines”. De gebruikte schaal was 1:11.520 (vgl. de hedendaagse stafkaarten van het Belgische Nationaal Geografisch Instituut, die op schaal 1:10.000, 1:25.000 en 1:50.000 beschikbaar zijn), wat leidde tot een werk van 275 kaarten van 0,90 × 1,40 m, met de hand getekend en ingekleurd, en nog twaalf delen handgeschreven commentaar in het Frans, aangaande economisch en vooral militair nut (waterlopen, bruggen, bossen en mogelijkheden voor inkwartiering).
Er zijn 3 originelen van, bewaard in het Kriegsarchiv te Wenen, het Rijksarchief te Den Haag, en de Koninklijke Bibliotheek van België te Brussel. Het Haagse exemplaar wordt bewaard bij de Topografische Dienst in Emmen. Het Brusselse exemplaar was origineel bestemd voor Karel van Lotharingen, de toenmalige landvoogd van de Oostenrijkse Nederlanden en feitelijke opdrachtgever, en werd in 1922 in het kader van de compensaties voor de Eerste Wereldoorlog vanuit Oostenrijk naar België overgedragen. In het Nationaal Geografisch Instituut wordt ook nog een calque bewaard, door de Nederlandse overheid ter beschikking gesteld in 1859.
De kaarten werden tussen 1965 en 1976 heruitgegeven door het cultureel fonds Pro Civitate van het Gemeentekrediet van België als Kabinetskaarten van de Oostenrijkse Nederlanden opgenomen op initiatief van Graaf de Ferraris (Koninklijke Bibliotheek van België). Buiten hun historische waarde als eerste topografische kaart van België, is de de Ferraris-kaart zeer populair bij natuurbewegingen wanneer ze willen refereren aan de oorspronkelijke toestand van een gebied.
Reeds in 1777-1778 gaf de Ferraris nog een reductie van zijn kabinetskaart in 25 kaartbladen, bestemd voor de verkoop. Deze uitgave staat dan ook bekend als de Carte Marchande. Zij werd opgevat als een vervolg op de kaart van Frankrijk, die ook wel de kaart van Cassini genoemd wordt, en heeft dezelfde schaal (1:86 400 of één lijn voor 100 vadem of voor 600 voet). De titel luidt: “Carte chorographique des Pays-Bas autrichiens, dédiée à Leurs Majestés impériales et royales par le comte de Ferraris, Lieutenant-général de leurs armées”. De Carte Marchande werd gegraveerd te Mechelen, onder leiding van de gebroeders Tardieu en later van L.A. Dupuis; zij kan tot vandaag nog gekocht worden via het Nationaal Geografisch Instituut.