Matra (automerk)
Van Wikipedia
Matra (Mécanique, Aviation et Traction) is van oorsprong een Franse producent van onder andere geleide wapensystemen voor de Franse lucht- en ruimtevaartindustrie. Van 1964 tot en met 2003 is Matra actief geweest als autoproducent, eerst als Matra Sports, tenslotte als Matra Automobiles.
Inhoud |
[bewerk] René Bonnet Djet
In de jaren '60 leverde Matra kunststof carrosserieën en een productiefaciliteit in Romorantin voor de bouw van de sportwagens van René Bonnet. Deze bouwde de René Bonnet Djet sportwagen, op basis van Renault techniek (motor van de Renault 8, versnellingsbak van de Renault Estafette). Dit was de eerste seriematig geproduceerde auto met middenmotor en kunststof carrosserie. De naam Djet werd gekozen, omdat men bang was dat de Fransen het woord Jet (Engels voor straaljager) verkeerd zouden uitspreken.
Bonnet bracht van 1962 tot 1964 4 versies op de markt:
- Djet I met 1108cc motor (65 pk), topsnelheid 165 km/h.
- Djet II met 1108cc motor (80 pk), topsnelheid 190 km/h.
- Djet III/Djet IV met 998cc motor met dubbele bovenliggende nokkenas (100 pk). Deze modellen zijn voor competitiegebruik ontwikkeld.
Toen Bonnet in 1964 in de financiële problemen kwam, nam Matra de productie over en daarmee ook de René Bonnet Djet sportwagen, die omgedoopt werd tot Matra-Bonnet Djet. Dit kwam Matra-directeur Jean-Luc Lagardère goed uit, hij wilde in het kader van diversificatie van het Matra-concern in de autosport stappen.
Uiteindelijk zijn er van de René Bonnet Djet 164 exemplaren gebouwd.
[bewerk] Modellen
[bewerk] Djet/Jet
Nadat Matra de productie van Bonnet had overgenomen, werd onder leiding van de van Simca afkomstige Philippe Guédon het model op 90 punten aangepast, de auto werd onder andere iets langer en breder. In 1965 kwamen er twee modellen op de markt:
- Matra-Bonnet Djet V (1108cc motor, 70 pk), topsnelheid 170 km/h.
- Matra-Bonnet Djet V S (1108cc motor, 90 pk), topsnelheid 195 km/h.
Na de Parijse autosalon van 1965 werd de merknaam gewijzigd in Matra Sports en werd het Romeinse cijfer V vervangen door het cijfer 5. De modellen heten nu Matra Sports Djet 5 en Matra Sports Djet 5 S. Tevens werd een luxere versie leverbaar met houten dashboard en doorlopende bumper.
Eind 1966 tenslotte werd de naam Djet gewijzigd in Jet en kwam er een snellere versie bij: de Matra Sports Jet 6 met een 105 pk sterke 1255cc Renault Gordini motor, die een topsnelheid van 210 km/h had.
Eind 1967 werd, nadat in totaal 1495 Djets en Jets door Matra zijn gebouwd, de productie gestaakt. De laatste Jets (allen Jet 6) werden in 1968 verkocht.
[bewerk] M530
In 1965 werd besloten tot de ontwikkeling van een meer toegankelijke sportwagen, een voiture des copains (vrij vertaald: 'auto voor kameraden'), als opvolger van de Jet. In 1967 introduceerde Matra de door Philippe Guédon getekende en eerste geheel zelf ontwikkelde M530 (vernoemd naar de R530 raket van Matra). Wederom een kunststof carrosserie op een stalen chassis, ditmaal met een 1700 cc Ford V4 middenmotor, afkomstig van de Ford Taunus 15M TS, die 70 pk leverde. Door de compacte bouw van deze V-motor, was het mogelijk om 4 zitplaatsen te creëren in een 2+2 opstelling. Verder was deze, uiterst karakteristiek ontworpen auto, voorzien van een targadak en uitklapbare koplampen.
Het eerste type werd op de markt gebracht als Matra Sports M530A. Om gemakkelijker bij de motor te komen, was de achterruit uitneembaar. Het opmerkelijke van de allereerste versie was, dat deze uitgerust was met een versnellingsbak die 'omgekeerd' schakelde, dat wil zeggen, de eerste versnelling zat rechtsachter en de vierde versnelling linksvoor. In de eerste productiejaren werden de chassis gebouwd door Carrier in Alençon en vond de assemblage plaats bij Brissonneau et Lotz in Creil.
In 1969 verhuisde de productie naar Romorantin, werd de versnellingsbak aangepast en steeg het vermogen naar 75 pk, door toepassing van een andere carburateur, waardoor een topsnelheid van 175 km/u kon worden bereikt. Tevens begon eind 1969 de samenwerking met Chrysler, waardoor Matra een distributiekanaal in Europa verkreeg.
Vanaf 1970 werd de M530, na een kleine restyling door Michelotti, als Matra Simca M530LX aangeboden via en onderhouden bij de Simcadealers. De achterruit kon nu open scharnieren, de bumpers waren aangepast, evenals de omlijsting van de achterlichten. Er kwam eind 1971 een vereenvoudigde versie op de markt, de M530SX, die echter niet in Nederland leverbaar was. De SX had vier vaste koplampen, een gesloten dak en zwarte bumpers, de LX had opklaplampen, een targadak en chromen bumpers, technisch waren deze wagens verder gelijk.
Matra stopte de productie van de M530 in 1973, na 9609 exemplaren te hebben gebouwd, om plaats te maken voor de Bagheera.
[bewerk] Bagheera
In 1974 verscheen de ook door Guédon ontworpen Matra Simca Bagheera, op basis van een aantal Simca 1100 TI onderdelen zoals motor (1294 cm3), voorwielophanging, stuurhuis en reminstallatie. De carrosserie was van polyester, het chassis van staal en de achteras van aluminium. Deze achteras dient tevens als vacuüm reservoir voor de bediening van de inklapbare koplampen. Het was een revolutionair driezitsconcept met, hoe kan het anders, een dwarsgeplaatste middenmotor. De motor was geplaatst onder een hoek van 15 graden en lag iets voor de achteras hetgeen een formidabele wegligging met zich mee bracht. De cilinderinhoud werd in 1975 vergroot naar 1442 cc. Met de twee dubbele Weber carburateurs (36 DCNF), leverde de motor 90 DIN pk (66 kW) bij 5800 t/min en stuwde de auto dankzij het lage gewicht (960 kg) en de goede stroomlijn (Cx waarde 0,33) naar 183 km per uur. De auto had vier versnellingen, rondom schijfremmen en torsiestaafvering en achter de middenmotor nog een redelijke bagageruimte, groot genoeg voor twee golftassen.
De Bagheera onderging in 1976 een facelift (o.a. iets verlengde neus, ander interieur, andere achterlichten en bumpers). De auto werd zwaarder en daardoor iets langzamer. In het laatste modeljaar 1980 werden wederom kleine aanpassingen gedaan. Men spreekt daarom van resp. Type I, Type II en Type III, hoewel de technische verschillen tussen Type II en Type III relatief klein zijn (o.a. gewijzigde deurklinken), is de merknaam gewijzigd in Talbot-Matra. Nieuwprijzen liepen afhankelijk van de uitvoering (in 1975) uiteen van f. 20.600 tot f 24.700. Een Bagheera in perfecte staat brengt nu nog de nieuwprijs op. Vooral de speciale uitvoering Courrèges is gewild, want deze is zeer zeldzaam (slechts 213 Type I en 445 Type II van gebouwd). Deze, door de mode-ontwerper André Courrèges gestyleerde Bagheera, is geheel in wit uitgevoerd (met wit leren bekleding).
Ondanks dat van de Bagheera 48.802 stuks werden geproduceerd, is er vrijwel geen goed exemplaar meer over door de extreme roestgevoeligheid van het chassis van deze auto. Er zijn, om het procédé te testen dat later bij de Murena werd gebruikt, in 1980 verzinkte chassis gemaakt van de allerlaatste Bagheera's, of hier daadwerkelijk auto's af fabriek mee zijn geleverd is niet met zekerheid bekend. Uiteindelijk heeft de Franse, in Matra onderdelen gespecialiseerde firma Delcourt (thans HB Pièces Auto) enige tijd geleden deze verzinkte Bagheera chassis opgekocht, die door de liefhebber konden worden opgebouwd tot complete auto's, die niet meer door de roestduivel konden worden geplaagd.
Opvallend is, dat in Nederlandse kentekenbewijzen als merk Matra wordt vermeld en als type Simca Bagheera. De merknaam Matra is, ondanks de verregaande samenwerking met Chrysler-Simca, altijd gebleven!
[bewerk] Rancho
Matra introduceerde in 1977 voor het eerst een niet-sportwagenmodel: de Matra-Simca Rancho. De Rancho is gebouwd op basis van de Simca 1100 Fourgonette pick-up, met een met kunststof aangepaste carrosserie. In feite is de Rancho een voorloper van de latere SUV modellen, want hoewel de auto er als een stoere terreinwagen uit zag, had deze slechts voorwielaandrijving en een relatief kleine 1442cc motor. Deze auto is in Nederland ook wel bekend van de jeugdserie Bassie en Adriaan.
De Rancho werd in aanvankelijk in 1 uitvoering geleverd, met de 80 pk sterke 1442cc motor van de Simca 1308, wat de Rancho een topsnelheid van 145 km/h geeft. Vanaf 1979 kon op verzoek een motor met lagere compressie worden geleverd, die iets minder vermogen leverde, maar op benzine met een lager octaangetal kon lopen. Vanaf 1980 kwam daar de luxere uitvoering Rancho X bij, die onder andere lichtmetalen velgen en getint glas had. Daarnaast werd in 1980 de Rancho Grand Raid geïntroduceerd, die standaard over extra bodembescherming, een elektrische lier, richtlichten en 'Bab-Terre' terreinbanden beschikte. Ook veranderde, net als bij de Bagheera, in 1980 de merknaam van Matra-Simca in Talbot-Matra.
In 1981 was er korte tijd een cabrioletachtige versie van de Rancho op de markt: de Rancho Découvrable. Deze was slechts verkrijgbaar in de kleuren Vert Sologne (groen) en Terre Battue (bruin), had in plaats van het dak en de ramen achter de portieren een constructie van linnen doek en de stoelbekleding was van vinyl. Er zijn slechts enkele honderden van deze speciale versie gebouwd.
In 1983, na 56.457 geproduceerde exemplaren, stopte de productie. Ook deze auto werd geplaagd door de roestduivel (het jaarboek van De Onschatbare Klassieker vermeldt bij de Rancho: "een cursus lassen strekt tot de aanbeveling"), waardoor er slechts weinig goede exemplaren bewaard zijn gebleven.
[bewerk] Murena
![]() |
In september 1980 kwam de opvolger van de Bagheera, de Murena, op de markt.
Er waren twee versies leverbaar, de Murena 1.6 met de 1592cc (92 pk, topsnelheid 182 km/h) motor van de Talbot Solara, enige maanden na de introductie gevolgd door de Murena 2.2 met de 2156cc motor (118 pk, topsnelheid 197 km/h) van de Talbot Tagora. Deze laatste bezorgde de Murena een meer bij het model passende prestaties.
In juli 1983 is de productie, na 10.680 exemplaren (5.640 Murena 1.6, 4.560 Murena 2.2 en 480 Murena 2.2 S) gestaakt, om plaats te maken voor de Renault Espace.
[bewerk] Verdere ontwikkelingen
Naast het bouwen van auto's is Matra in de 60er en 70er-jaren ook actief geweest in de autosport, waarbij het in 1969 Formule 1 kampioen werd (Jackie Stewart won in de Matra MS80, die feitelijk ingezet werd door het Tyrrell-team). Met nog meer overmacht werd in de jaren '72, '73 en '74 de 24 uur van Le Mans gewonnen. Voor de racewagens werd in 1967 een eigen 3 liter V12 motor ontwikkeld, waarvan een doorontwikkeling nog tot in 1982 werd gebruikt in de Ligier JS19 Formule 1-racewagen.
Intussen was Simca overgenomen door de PSA groep (Peugeot, Citroën). Matra had een nieuw, revolutionair concept ontwikkeld, wat vandaag de dag bekend staat als MPV. Door financiële problemen geplaagd, had de PSA groep geen interesse. Renault wel, de samenwerking met PSA werd opgezegd en Matra bracht in 1984 via Renault het eerste model Espace op de markt. Ook hier weer een verzinkt chassis en een kunststof carrosserie, waarbij in 1992 het model ingrijpend werd gewijzigd. In 2002 werd op basis van de Espace de Renault Avantime, een mix tussen een coupé en een MPV, op de markt gebracht. Echter, toen Renault in 2003 besloot de Espace zelf te gaan bouwen en de Avantime onvoldoende verkocht, was dat de doodsteek voor de productie afdeling van Matra te Romorantin. In 2003 werd de fabriek gesloten, de test- en ontwerp afdeling werd overgenomen door Pininfarina.
In Romorantin is een museum gevestigd waar een groot aantal auto’s en racewagens van Matra tentoongesteld staan.
[bewerk] Trivia
- Opvallend veel modellen van Matra zijn er gemaakt: De Matra Rancho door SIKU, Matchbox en Corgi, de Bagheera door Majorette en Norev en de Murena door Paradcar en Ministyle. Van de Matra racewagens bestaan zowel modellen als slotracers.
- De populaire jeugdserie Bassie en Adriaan werd voor de opnamen van Het geheim van de sleutel (1978) en De diamant (1979) gesponsord door Chrysler-Simca Nederland, in de vorm van een Matra-Simca Rancho. De seizoenen daarna werd de auto vervangen door een Honda Prelude, desondanks heette de Rancho sindsdien de 'Bassie en Adriaan-auto'.
- Een hardnekkig gerucht, dat in diverse publicaties opduikt, is dat zowel de Bagheera als de Murena oorspronkelijk waren bedoeld om met een stuur in het midden (zoals de McLaren F1 te worden gebouwd. Dit wordt ontkend door Matra ontwerpers, omdat een dergelijke constructie niet uit standaardonderdelen kon worden opgebouwd (de Bagheera heeft de stuurinrichting van de Simca 1100, de Murena die van de Simca Solara) en daardoor de auto zeer veel duurder zou maken.