Amorphophallus bulbifer
Van Wikipedia
Olifantenyam | |||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||
soort | |||||||||||||||||
Amorphophallus bulbifer |
Amorphophallus bulbifer is de bekendste soort uit het geslacht Amorphophallus. De plant heeft een bolvormige wortelstok. Vanuit de bol ontstaat één blad. Het blad bestaat uit een verticale bladsteel en een horizontale bladschijf.
Voor de vorming van het blad ontstaat de circa 40 cm grote , onaangenaam ruikende bloeiwijze. Deze bestaat een ovaal, roze schutblad (spatha) en rozige bloeikolf (spadix). De bloeiwijze is eenhuizig. De bloeikolf bestaat uit kleine bloemen. Aan de onderkant bevinden zich de vrouwelijke bloemen, die uit niet meer dan een stijl bestaan. Daarboven bevinden zich de mannelijke bloemen, die eigenlijk een groep meeldraden vormen. Aan de bovenkant bevindt zich een steriel gebied, dat “appendix” wordt genoemd.
Amorphophallus bulbifer komt oorspronkelijk uit India en Myanmar.
In België en Nederland worden de wortelknollen van Amorphophallus bulbifer aangeboden door gespecialiseerde zaad- en bolhandelaren. De plant kan worden gehouden als een droogbloeier. In de winter moeten de knollen geheel droog, maar wel vrij warm bewaard worden. In de lente kan zonder enig water of aarde de bloeiwijze zich ontwikkelen. Als de bloeiwijze is ontwikkeld kan de plant opgepot worden in standaardpotgrond met minstens eenderde deel klei of leem en kan water worden gegeven. De plant kan vanaf mei zelfs op een beschutte plek buiten worden gezet. Aan de bladsteel ontwikkelen zich meestal bruine knolletjes, die afgenomen kunnen worden om de plant te vermeerderen.