Blauwnekpapegaai
Van Wikipedia
| Blauwnekpapegaai IUCN-status: Gevoelig[1] |
|||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Taxonomische indeling | |||||||||||||
|
|||||||||||||
| Soort | |||||||||||||
| Tanygnathus lucionensis (Linnaeus, 1766) |
De Blauwnekpapegaai (Tanygnathus lucionensis) is een papegaai die bijna-endemisch is voor in de Filipijnen. Deze papegaai komt verder nog voor op de Talaud-eilanden en op eilanden ten noorden en oosten van Borneo.
De Filipijnse naam voor deze vogel is Loro.
Inhoud |
[bewerk] Algemeen
De blauwnekpapegaai is een papegaai van gemiddelde grootte. De mannetjes en vrouwtjes lijken sterk op elkaar. De drie ondersoorten verschillen wat in grootte, kleur en de hoeveelheid blauw in de nek. Bij A. argentata salvadorii zijn de plek voor de ogen, de voorzijde en de zijkanten van de kop blauwgroen. Boven de snavel zit een zwarte plek. De kruin en nek zijn felblauw. De rest van de blauwnekpapegaai is groen in diverse tinten. De buitenste en middelste veren van de vleugels hebben een zwart tot goud kleurige rand. De snavel is rood, waarbij het uiteinde wat valer of geel is. De ogen van het vrouwtje zijn geel, die van met mannetje witachtig geel met een gele ring. De poten zijn olijfgroen tot zwart.
Deze soort wordt inclusief staart zo'n 32 centimeter en heeft een vleugellengte van 19 centimeter.
[bewerk] Ondersoorten en verspreiding
Er zijn 3 ondersoorten bekend:
- Tanygnathus lucionensis lucionensis (Luzon en Mindoro)
- Tanygnathus lucionensis hybridus (Polillo)
- Tanygnathus lucionensis salvadorii (in de Filipijnen op Balut, Bantayan, Basilan, Biliran, Bohol, Boracay, Burias, Busuanga, Cagayan Sulu, Calauit, Caluya, Cebu, Culion, Fatima, Guimaras, Jinamoc, Jolo, Lapac, Leyte, Loran, Maestre de Campo, Malanipa, Manuk Manka, Marinduque, Masbate, Mindanao, Negros, Palawan, Panay, Pangapuyan, Romblon, Samal, Samar, Sarangani, Semirara, Sibay, Sibutu, Sibuyan, Siquijor, Tablas, Tawi-Tawi, Ticao, Tumindao, Verde en West Bolod)
[bewerk] Leefgebied
De blauwnekpapegaai komt voor in bossen en bosranden tot zo'n 1000 meter boven zeeniveau. Een enkele keer zijn ze ook te zien in boomgaarden en op akkerland. Ze zijn meestal alleen of in paartjes.
[bewerk] Voortplanting
Deze vogelsoort paart van april tot en met juni. Blauwnekpapegaaien maken hun nesten in holle bomen, gewoonlijk aan de bosranden of bij open stukken.
[bewerk] Literatuur
- Kennedy, R.S., Gonzales P.C., Dickinson E.C., Miranda, Jr, H.C., Fisher T.H. (2000) A Guide to the Birds of the Philippines, Oxford University Press, Oxford.
