Brownse beweging
Van Wikipedia
De Brownse beweging is een natuurkundig verschijnsel, in 1827 beschreven door de Schotse botanicus Robert Brown bij onderzoek van stuifmeelkorrels in een vloeistof onder de microscoop. Hij merkte op dat de deeltjes, hoewel bestaande uit dode materie, een onregelmatige eigen beweging vertoonden en volgens een toevallig aandoend patroon in alle richtingen weg konden schieten. Wanneer deze aaneenschakeling van minuscule toevallige verplaatsingen lang genoeg duurt, verwijdert een dergelijk deeltje zich geleidelijk van zijn oorsprong.
De verklaring van de Brownse beweging is dat zeer kleine deeltjes onderhevig zijn aan botsingen met talloze moleculen van het gas of de vloeistof waarin ze zweven. De hardste botsingen daarvan brengen voldoende energie over om microscopisch waarneembare bewegingen te veroorzaken. De Brownse beweging is dus een indirect bewijs voor het bestaan van moleculen en de beweging daarvan. Einstein was de eerste die formuleerde dat de afstand van een dergelijk deeltje tot zijn oorsprong gemiddeld evenredig is met de wortel van de verstreken tijd.
De Brownse beweging is goed waar te nemen in onder meer de turbulentie van rook, de roetdeeltjes in verdunde oost-indische inkt en op grotere schaal het weer.