De Witte Waan
Van Wikipedia
De Witte Waan is een film uit 1984 van de Nederlandse regisseur Adriaan Ditvoorst.
Na bijna 6 jaar werkloos te zijn geweest leek Ditvoorst vergeten. Tot ieders verbazing maakte de regisseur toch nog een film. De Witte Waan, is misschien Ditvoorsts beste, meest indrukwekkende, meest originele en meest eigenzinnige film. Het is waarschijnlijk de meest excentrieke film die ooit in Nederland gemaakt is en bij iedere keer kijken blijft deze film verrassen. De Witte Waan kan gezien worden als een het filmische testament van Ditvoorst, hoewel het nog 3 jaar duurde kan je aan deze film zien dat een zelfmoord onvermijdelijk was. Ditvoorsts gevoelens, zijn visie op de wereld, zijn idealen, zijn levensstijl en zelf zijn voorspelling over de toekomst van onze wereld: alles komt in de beelden en verhaallijnen van deze film naar voren.
De critici waren vol lof over De witte waan, maar de film flopte genadeloos: slechts 1700 bezoekers. De reden is simpel; Ditvoorst had dit keer een film gemaakt die zo abstract, zo eigenzinnig en zo hermetisch afgesloten was, dat van het grote massapubliek niemand er iets van begreep. Bij cinefielen echter viel de film des te meer in de smaak: de afgelopen jaren begint de film steeds meer een cultstatus te verwerven.
[bewerk] Verhaal
Het verhaal draait om Laslo, een aan drugs verslaafde kunstenaar die zichzelf van de buitenwereld heeft afgesloten. Terwijl hij in een leegstaande fabriek aan het schilderen is, spuit hij heroïne in. Hij droomt dan dat hij als een adelaar (een symbool van kracht en vrijheid) boven de mensen uitvliegt. Laslo heeft al 12 jaar geen contact meer met zijn moeder. Zij leeft ook als een kluizenaar, maar dan in een vervallen kasteel. Zij was ooit een beroemde toneelactrice, maar ze is nu straatarm en alleen. Uit wanhoop besluit ze zichzelf voor een auto te werpen, waardoor ze invalide raakt. Laslo besluit naar het ziekenhuis te gaan om zijn moeder na 12 jaar op te zoeken. Daar geeft ze hem een brief met daarin een wens. Laslo besluit bij haar in te trekken en de twee leven nu samen in een sociaal isolement. De twee kluizenaars gaan zich steeds verder verwaarlozen en op haar verjaardag laat Laslo de wens van zijn moeder in vervulling gaan: onder begeleiding van de muziek van Mozart, drinken de twee een glas vergiftigde champagne. Ze sterven samen in bed, te midden van 3000 kaarsen en rozen.
Dit verhaal lijkt op zich simpel, maar de manier waarop het verteld wordt is dat beslist niet. Ditvoorst brengt alles heel poëtisch in beeld: niets expliciet laten zien en alles door symbolen vertellen. Als de twee personages sterven hoor je alleen het breken van een champagneglas, meer niet. Het auto-ongeluk blijft buiten beeld, je hoort alleen gierende banden en een knal, terwijl de camera een smetteloos wit laken, dat aan een waslijn hangt, filmt. En zo zijn bijna alle belangrijke sleutelgebeurtenissen op briljante wijze verhuld. De hele film zit vol symboliek. Drugs en een adelaar voor vrijheid, de kleur wit voor de dood, rood voor liefde en tevens gevaar, in vrijwel ieder shot zit wel enige symboliek.
Naast het simpele verhaal bewandelt de film vele zijpaden. Een dikke junk (gespeeld door Theo van Gogh) is op zoek naar geld, de Chinese drugsdealer sterft aan een overdosis en via een aantal korte flashbacks zien we iets van de relatie tussen de vader van Laslo en zijn moeder. Ook zien we een waanzinnige zwerver die een machine heeft gebouwd waarmee hij de aarde denkt te kunnen vernietigen: in deze scène zegt hij dat er zoveel ellende is dat de aarde zal worden vernietigd in een grote knal. Dit is een duidelijk voorbeeld van Ditvoorsts pessimistische wereldvisie.
De film zit vol citaten en verwijzingen, vooral naar de Kersentuin en Oedipus, de twee verhalen waarop de film is gebaseerd. De dialogen zijn minimaal, misschien zitten er maar 30 regels tekst in. Ditvoorst vertelt het hele verhaal aan de hand van beelden. Fantastische schilderachtige beelden, de film is opgenomen op magnifieke locaties. Decors en kostuums: alles is mooi in beeld gebracht, de emoties worden uitgedrukt door deze beelden. De muziek van Clous van Mechelen is bizar: een jankerig saxofoondeuntje, een panfluit en vreemde langzame lage synthesizertonen. De climax van de film is de slotscène, een zelfmoordscène die een lugubere schoonheid uitstraalt.