Deltahoogte
Van Wikipedia
De Deltahoogte van een zeedijk is de vereiste dijkhoogte die vastgesteld werd in de periode van de Deltawet, 1957-2005. In 2005 is de Deltawet opgegaan in de Wet op de waterkering, waarbij nieuwe vereiste dijkhoogtes zijn vastgesteld, die niet meer worden aangeduid als Deltahoogte. De Deltawet en zijn opvolger stellen dezelfde eis, namelijk dat de zeewering voldoende hoog en stevig is voor een bepaalde zeldzaam zware stormvloed. De zeldzaamheid is op grond van kosten-baten overwegingen vastgesteld op eens per 10.000 jaar voor Noord- en Zuid-Holland, eens per 4000 jaar voor Zeeland, Texel, Friesland en Groningen, en eens per 2000 jaar voor de Friese Waddeneilanden.
De wet laat het aan deskundigen over om de vereiste dijkhoogte volgens de heersende inzichten vast te stellen. Aan de hand van een waterbouwkundig rekenmodel bepalen zij bij iedere dijk de hoogwaterstand en de golfoploop van de extreme stormvloed. De berekende extreme hoogwaterstand voor Hoek van Holland is bijvoorbeeld 5,0 meter boven NAP, het zogenaamde ontwerppeil voor de zeedijk; elders langs de kust is het een paar decimeter hoger of lager. De golfoploop is de maximale hoogte van golven die tegen de dijk oplopen tijdens de stormvloed. Veelgebruikt is de 2% golfoploop, die door slechts 2% van de golven wordt overschreden. De berekende golfoploop voor een dijk aan de Noordzeekust is bij benadering 7 meter. De dijk moet minstens zo hoog zijn als de som van de hoogwaterstand en de golfoploop. De Deltahoogte van de Nederlandse Noordzeedijken is daarom ongeveer 12 meter boven NAP.
De Deltahoogte van de Waddendijken (7,5 meter aan de oostzijde van Texel) en de Afsluitdijk (10 m) is veel lager omdat de golfoploop lager is. De hoge golven van de open zee worden gebroken door de eilanden en ondiepten van de Waddenzee.
Bij de Watersnood van 1953 waren veel doorbraken ontstaan doordat overslaand water eerst een relatief steile binnentalud wegspoelde. Sindsdien moeten de dijken overslagbestendig gemaakt zijn voor de te verwachten hoeveelheid overslaand water, het overslagdebiet. Vaak is de binnentalud verbreed, zodat de helling flauwer is.
[bewerk] Rivierdijken
De Deltahoogte van een rivierdijk is de vereiste dijkhoogte die vastgesteld werd in de periode van de Deltawet grote rivieren, 1995-2005, een wet die werd ingevoerd naar aanleiding van gevaarlijk hoge waterstanden in de twee voorafgaande jaren. Ook deze wet is opgegaan in de Wet op de waterkering. De oude wet en zijn opvolger schrijven beide voor dat de dijken en kades van de grote rivieren (Rijn, Waal, Maas, IJssel) zo hoog zijn dat de overstromingskans kleiner is dan eens per 1250 jaar.
Bronnen en referenties: |