Gevlekte blauwtongskink
Van Wikipedia
Gevlekte blauwtongskink | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Tiliqua nigrolutea Quoy & Gaimard, 1824 |
De gevlekte blauwtongskink (Tiliqua nigrolutea) is een hagedis uit de familie skinken (Scincidae).
[bewerk] Beschrijving
Deze skink wordt maximaal 40 centimeter lang en heeft een rond lijf met zeer gladde schubben, korte pootjes en een korte maar spitse staart. Ook heeft deze soort een stompe kop met meestal oranje ogen en een grijsbruine basiskleur met in de nek enkele beginnende zwarte tot bruine lengtestrepen die na enkele centimeters al overgaan in een schuin breed strepenpatroon. Ook heeft de hagedis een net-achtige tekening, echter niet op de flanken, of een brede donkere band op de rug met enkele tandvormige vlekken aan de onderzijde. Kenmerkend zijn de nog lichtere vlekken op het midden van de rug die oranjebruin tot geel zijn. Bij jongere dieren zijn de kleurpatronen helderder, maar vervagen met de jaren.
[bewerk] Algemeen
De gevlekte blauwtongskink kan waarschijnlijk 30 jaar oud worden en is al vanaf 1900 massaal geïmporteerd omdat deze soort zo gemoedelijk en makkelijk te houden is. Frappant is echter dat vrijwel geen enkel exemplaar het langer dan een jaar volhield, en er maar zelden dieren tot voortplanting overgingen. Van oorsprong komt de skink voor in zuidelijk Australië en in Tasmanië en Victoria. De gevlekte blauwtongskink houdt van open zanderige plekken waar hij zich kan ingraven, hoewel van tunnels geen sprake is. Duinen, verstuivingen, bosranden en heidevelden zijn favoriet, als er maar enige vegetatie en rotsen of stenen zijn waar de hagedis zich onder kan verstoppen.
[bewerk] Levenswijze
Zoals de naam al zegt heeft deze soort een felblauwe tong die uiteraard bij het drinken gebruikt wordt, maar ook als de skink worden aangevallen door predatoren, in het bijzonder roofvogels. Vogels hebben namelijk een hekel aan de kleur blauw, die ze zien als 'vieze' kleur en meestal van een aanval afzien. Toch zijn skinken uit het geslacht Tiliqua niet giftig, en kunnen zich niet goed verdedigen. Het voedsel bestaat uit insecten, wormen en slakken, maar voornamelijk plantendelen zoals fruit en bladeren. Zoals alle soorten blauwtongskinken is deze soort eierlevendbarend; en legt dus geen eieren.