Janez Janša
Van Wikipedia
Janez Janša (oorspronkelijk: Ivan Janša) (Ljubljana, 17 september 1958) is een Sloveens politicus en sinds 9 november 2004 minister-president. Hij was tijdens de Sloveense onafhankelijkheidsoorlog minister van defensie in het kabinet Peterle en daarop volgend in het eerste kabinet Janez Drnovšek.
Janez Janša studeerde in Ljubljana polemologie en krijgswetenschappen. In de jaren 80 was hij lid van de communistische jeugdbond en kandideerde voor het voorzitterschap van deze organisatie. Na deze verkiezing te hebben verloren bleef hij actief en nam deel aan de door de communistische jeugdbond gelegitimeerde protestuitingen tegen het Joegoslavische bewind. Janša schreef vele maatschappijkritische artikelen in het tijdschrift Mladina. In mei 1988 werd hij door de veiligheidsdienst op instigatie van het Joegoslavische leger en de federale overheid gearresteerd met drie andere Sloveense lotgenoten. Janša werd met twee journalisten van Mladina, David Tasic en Franci Zavrl, en legerofficier Ivan Borstner voor de militaire rechtbank beschuldigd van het schenden van militaire geheimen (over het ontbinden van het Sloveense militaire opperbevel). Dit proces veroorzaakte een ongekende politisering in Slovenië teweeg en versnelde het democratiseringsproces.
In januari 1989 werkte Janša mee aan de oprichting van de Sloveense Democratische Bond (SDZ) (Slovenska demokratična zveza), waarvan hij vicevoorzitter werd. Tijdens de eerste democratische verkiezingen in 1990 werd Janša voor de SDZ in het parlement gekozen. In mei 1990 werd hij in de nieuwe regering minister van Defensie en bereidde met minister van Binnenlandse Zaken Igor Bavčar de verdediging van de Sloveense soevereiniteit voor.
Na de val van het kabinet Peterle in 1992 werd Janša opnieuw minister van Defensie in het eerste kabinet Janez Drnovšek. In maart 1994 trad Janša als minister af vanwege de affaire Depala vas (hij werd opgevolgd door Jelko Kacin). In deze affaire legde een speciale eenheid van het ministerie van Defensie een hinderlaag bij de de afrit Depala vas aan de autosnelweg Ljubljana-Maribor. Deze eenheid stopte de auto van politiefunctionaris Milan Smolnikar, die mishandeld werd, in het ziekenhuis belandde en die onderwijl geheime documenten toegeschoven werden teneinde hem te compromitteren. De affaire is nog steeds onderwerp van discussie. Het gebeuren duidt op niet alleen op een sluimerend conflict tussen het ministerie van Defensie en het ministerie van Binnenlandse Zaken, maar ook als een poging van de toenmalige minister Janez Janša om staatsvreemde belangen via staatsorganen, in dit geval het ministerie van Defensie, door te zetten.
Janša werd lid van de Sociaal-Democratische Partij van Slovenië (SDSS) in 1992, in 1993 werd hij partijleider. In 2003 noemde de partij zich om in Sloveense Democratische Partij. Janša werd in 1996, 2000 en 2004 herkozen als parlementslid. Sinds november 2004 is hij premier.