Jasmijn (Solanum jasminoides)
Van Wikipedia
Jasmijn | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() Solanum jasminoides 'Album' |
|||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
soort | |||||||||||||||||||
Solanum jasminum |
De jasmijn (Solanum jasminoides) is een gewoonlijk groenblijvende, kruipende plant, die tot 5 meter lang kan worden. De bladeren zijn ovaal tot lancetvormig; 2,5 - 5 cm lang en hebben een iets gegolfde rand.
De jasmijn bloeit van de lente tot de herfst. De 2 - 2,5 cm grote bloemen van de wilde soort zijn lichtblauw met een grijzige gloed. In het midden van de bloem bevinden zich de gele meeldraden. In het wild worden de bloemen gevolgd door paarse, circa 1,3 cm grote bessen.
De jasmijn is inheems in Zuid-Brazilië en Paraguay, waar hij langs bosranden en in struikvegetaties groeit.
In België en Nederland kan de jasmijn in de tuin worden gekweekt, bij voorkeur tegen een muur op het zuiden of het westen. Hier is de plant bladverliezend en kan hij in strenge winters tot de grond afsterven, waarna hij in het voorjaar vanuit de wortels weer opkomt. Er zijn verschillende cultivars ontwikkeld, waarvan 'Album' met witte bloemen en 'Album Variegatum' met witte bloemen en witbont blad.
![]() |
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Solanum jasminoides op Wikimedia Commons. |