Kwini
Van Wikipedia
| Kwini | |||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
| Soort | |||||||||||||||||||
| Mangifera odorata |
De kwini (Mangifera odorata) is een weinig bekende verwant van de mango (Mangifera indica). Het is een groenblijvende, tot 30 meter hoge Boom. De bladeren zijn donkergroen, ovaal, toegespitst en aan de basis afgerond. De roodgekleurde bloeiwijzen zijn kaal en in omtrek kegelvormig.
De vrucht is ovaal, zeer kort en stomp getuit. Hij is 10 – 13 x 6 -0 10 cm groot. De 2 mm dikke schil is mat groen met roodbruine stipjes. De schil bevat een sap, dat irriterend voor de slijmvliezen is. Dit sap vormt aan de oppervlakte van onbeschadigde vruchten kleverige, bruinachtige vlekken. Het sappige vruchtvlees is zeer zacht, vezelig en zwavelgeel tot donkergeel van kleur. Het ruikt onaangenaam naar terpentijn en smaakt zoet-aromatisch en licht harsig.
De kwini wordt als handfruit gegeten en in salades verwerkt. Er moet vanwege het melksap van de schil, opgelet worden met het schillen van de vrucht. Jonge, onrijpe vruchten worden toegevoegd aan curry’s of zoetzuur ingelegd.
De kwini is afkomstig uit Oost- en Zuidoost-Azië, waar hij veel op markten wordt verkocht. De plant wordt gekweekt tot op 1000 meter hoogte.
