Skimmia
Van Wikipedia
| Skimmia | |||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
|||||||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||
| geslacht | |||||||||||||||||
| Skimmia |
Skimmia is een geslacht van overblijvende, groenblijvende planten in de wijnruitfamilie. Het geslacht telt 7 of 8 soorten, in het algemeen afkomstig uit Oost-Azië.
De dikke, stevige bladeren staan afwisselend. De heerlijk geurende bloemen staan in grote, eindstandige pluimen bij elkaar en zijn klein en wit, die na de bloeitijd rode bessen (steenvrucht) geven. Althans de vrouwelijke. De meeste soorten kennen aparte mannelijke en vrouwelijke exemplaren, en alleen de vrouwelijke exemplaren dragen vrucht.
De meeste soorten zijn in het klimaat van de Benelux redelijk winterhard, tot zo'n -10C, al kunnen sommige soorten een tegen de wind beschutte plaats goed gebruiken.
De bessen zijn giftig, maar acute effecten zijn alleen merkbaar bij consumptie van grote hoeveelheiden.
[bewerk] Soorten
- Skimmia japonica: Deze bloeit van maart tot mei met witte bloemen. Hoogte 1 - 1,5 meter.
- Skimmia reevesiana: Deze bloeit van mei tot juni met eveneens witte bloemen, hoogte 0,3 - 0,8 meter.
Voor gebruik in de tuin zijn een groot aantal cultivars gekweekt:
- Skimmia japonica 'Emerald King' : De mannelijke planten hebben bronskleurige groene bloemknoppen.
- Skimmia japonica 'Fragrans' : Deze plant heeft van april - mei witroze bloemen, hoogte 0,8-1 meter.
- Skimmia japonica 'Keessen' : Van maart - mei brengt deze bijna 1 meter hoge plant witte bloemen voort. Komt oorspronkelijk bij handelskwekerij de erven W.C. Keessen vandaan te Aalsmeer (omstreeks 1958), vermeerderd door Piet Oosterwijk en in de handel gebracht.
- Skimmia japonica 'Kew White' : De witte bloemen brengen na de bloei (maart - mei) mooie roomwitte bessen voort, hoogte 0,8 - 1 meter.
- Skimmia japonica 'Nymans' : Valt op door de relatief grote vuurrode vruchten vanaf oktober.
- Skimmia japonica 'Rogersii' : 0,6 - 1,2 meter hoog.
- Skimmia japonica 'Rubella' : Draagt van april - mei witroze blemen. In Nederland de meest gekweekte soort voor tuinen. De populariteit is vooral te danken aan de donkerrode knoppen tijdens de winter. Het ras is een kruising tussen S. japonica x S. reevesiana.
- Skimmia japonica 'Rubinetta' : Een compactere vorm van de meer populaire Rubella, die ook iets uitbundiger bloeit.
- Skimmia japonica 'Ruby Dome' : Deze plant met witroze bloemen van maart - mei wordt iest meer dan 0,5 meter hoog.
- Skimmia japonica 'Wanto' : De bloemen zijn crèmewit met een paarse vlek.
- Skimmia japonica 'White Gerpa' : De crèmewitte bloemen verschijnen van maart - april.
- Skimmia japonica 'Veitchii' : Wordt tot 1,5 meter hoog, en draagt grote trossen vuurrode bessen.
- Skimmia reevesiana 'Ruby King' : De bloeitijd loopt van april - mei. De plant wordt 0,5 meter hoog en heeft elliptische, zeegroene bladeren. De in de herfst verschijnende bloemknoppen zijn goudbruin, in het voorjaar verschijnen hieraan crèmekleurige bloemen.
[bewerk] Tuin
Om in de tuin niet alleen de knoppen en bloemen te hebben, maar ook bessen, moeten niet alleen vrouwelijke ook mannelijke exemplaren geplant worden. Een verhouding van 1 mannelijke op 7 vrouwelijke planten voldoet meestal, mits de planten dicht bij elkaar in de buurt staan.
Plant de struik in de tuin op goed afwaterende, niet kalkhoudende, licht zure grond in de schaduw of halfschaduw. In de volle zon zullen de donkergroene bladeren lelijke gele vlekken gaan vertonen. Maar ook op kalkhoudende grond kunnen de bladeren gele vlekken gaan vertonen.
Vermeerden kan zowel door stekken als zaaien. Stekken gebeurt in maart of augustus: de stekken worden geplaatst in een mengsel van zand en turf onder glas.
Zaaien van de bessen kan ook, eveneens onder glas, in het voorjaar, nadat eerst het vruchtvlees er af gewassen is.
De struik heeft normaal een compacte groei, maar kan uitlopen waarbij hij een lelijke open plek in het midden krijgt. De plant moet in maart teruggesnoeid worden om een mooie compacte struikvorm te houden.
