Staafwants
Van Wikipedia
Staafwants | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Ranatra linearis Linnaeus, 1758 |
De staafwants (Ranatra linearis) is een insect uit de familie waterschorpioenen, en wordt ook wel waterstaafwants genoemd.
Inhoud |
[bewerk] Algemeen
De soort is verwant aan de waterschorpioen, maar deze laatste soort is veel breder en makkelijk te onderscheiden. In Nederland is de staafwants vrij algemeen, en leeft in permanente en stilstaande wateren tussen de waterplanten vlak onder het wateroppervlak zodat de wants makkelijk adem kan halen. Zoals veel aquatiele waterinsecten heeft de staafwants een dunne adembuis, die bij deze soort ongeveer de helft zo lang is als het lichaam en aan een angel doet denken. De meeste waterinsecten, zoals kevers, zijn snel en duiken op, maar de staafwants is erg traag en moet dicht bij het oppervlak blijven.
[bewerk] Beschrijving
Het lichaam en de poten zijn zeer dun en langgerekt, en de kleur is donkerbruin. Hierdoor lijken ze op het eerste gezicht sprekend op een wandelende tak hoewel ze daar geen directe familie van zijn. De voorste twee poten zijn tangachtig en zitten helemaal vooraan bij de kop. Onder de dekvleugels en vliezige vleugels zit het felrode achterlijf. Met de vleugels kunnen ze waarschijnlijk niet vliegen omdat de vleugelspieren onderontwikkeld zijn. De maximale lengte is ongeveer 4 centimeter exclusief de 3 cm lange adembuis.
[bewerk] Levenswijze
De staafwants is een zeer sloom insect dat maar zelden beweegt en meestal roerloos tussen de takken zit, loerend op een prooi. Bij gevaar houdt de wants zich dood en lijkt dan op een takje. Net zoals de waterschorpioen is het een trage zwemmer, die het verliest van de geringste stroming.
De wants komt niet ver uit de buurt van de oever en houdt van rustige wateren, en is ook in brakwater te vinden. Soms jagen ze ook op de oever op vliegjes en mugjes. Door de lange adembuis kan hij ook op iets grotere diepte wachten op zijn prooi zonder naar de oppervlakte te hoeven komen. Het is een passieve jager die jaagt op alles wat kleiner is dan hijzelf en pas beweegt als er iets langskomt.
Dan schiet de staafwants naar voren en klemt de prooi tussen de voorpoten, net als een bidsprinkhaan. Er wordt gejaagd op allerlei kleine waterdieren als visjes, kikkervisjes en insecten en de larven. Als de prooi gevangen is wordt deze naar de monddelen gebracht, ingespoten met verteringssappen en leeggezogen. Staafwantsen zien er eng uit maar kunnen niet bijten of steken.
[bewerk] Voortplanting
De eitjes worden door de vrouwtjes in stengels van waterplanten afgezet en komen na twee tot drie weken uit. Ieder eitje heeft twee kleine adembuisjes, een eitje van de waterschorpioen heeft veel meer adembuisjes. De nimfen zijn na twee maanden volwassen. Jonge staafwantsen lijken al uit het ei op de ouderdieren, maar missen de vleugels die zich pas later ontwikkelen. Ook hebben ze een relatief zeer korte adembuis die met de tijd langer wordt. De nimfen eten ook wat kleinere prooien en zijn zeer kannibalistisch. Hele jonge nimfen zijn nog te klein en te licht om zich onder water te vast houden en hangen aan de adembuis net onder het wateroppervlak. Opmerkelijk is dat veel staafwantsen die in de natuur worden aangetroffen bezaaid zijn met kleine, rode balletjes. Dit zijn parasieten en staafwantsen kunnen zich daar simpelweg niet van ontdoen; ze zijn er te stijf voor.
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Ranatra op Wikimedia Commons. |