Westelijke skink
Van Wikipedia
Westelijke skink | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() |
|||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Eumeces skiltonianus Boulenger, 1852 |
De westelijke skink (Eumeces skiltonianus) is een hagedis uit de familie skinken (Scincidae).
[bewerk] Algemeen
De skink wordt ongeveer 20 centimeter lang en heeft een bruine tot donkerbruine kleur met aan weerszijden van de vrij platte rug twee brede lichtere tot bijna witte strepen, evenals een iets smallere streep op iedere onderzijde van de donker gekleurde flank, en een oranjegele buik. Juvenielen hebben een knalblauwe staart, maar er zijn meer soorten waarbij jongere dieren deze staartkleur hebben, zoals de Eumeces inexpectatus (geen Nederlandse naam).
Het voedsel bestaat uit ongewervelden zoals insecten die tussen de bladeren van de strooisellaag bejaagd worden, want klimmen doet deze soort niet graag. Ondanks dat de hagedis dagactief is leidt hij een verborgen bestaan vanwege het schuwe karakter en de vaste stek onder een steen of een holletje onder de grond. Bij het minste of geringste schiet het dier met veel geritsel in het hol om er lange tijd niet meer uit te komen. De westelijke skink kan erg goed graven en maakt holletjes die tot enkele malen de eigen lengte zijn.
[bewerk] Habitat en levenswijze
Het leefmilieu maakt deze soort niet veel uit, en is zowel in laaglanden als tot wel 2000 meter en hoger te vinden. De skink houdt van uitgestrekte gebieden met liefst lage vegetatie zoals in steppen en prairies of gebieden met een zich net ontwikkelende vegetatie. Liefst zoekt hij wat vochtigere plaatsen op, maar kan ook worden gevonden op drogere hellingen, dichtbegroeide bossen worden gemeden.
Er wordt wel een korte winterslaap gehouden, maar de jongere dieren beginnen daar later aan omdat ze in de nazomer worden geboren en ze zich eerst vol moeten proppen zodat ze genoeg reserves hebben om de winter te overleven. Na twee, meestal drie jaar is de skink geslachtrijp, en deze soort kan ongeveer 6 jaar oud worden.
[bewerk] Ondersoorten
Deze westelijke skink is vernoemd naar Dr. Avery J. Skilton, die het eerst geclassificeerde exemplaar toezond aan de eigenlijke ontdekkers van de soort. Deze skinken zijn een van de vijf hagedissensoorten die tot in Canada leven waar het vanwege het koelere klimaat niet erg geschikt is voor reptielen. Ook komen ze voor in de Verenigde Staten, en er zijn drie ondersoorten die allemaal in een iets ander gebied leven, te weten;
- E. s. interparietalis; zuidelijk Californië (VS) en Baja California in Mexico)
- E. s. utahensis; Utah (VS)
- E. s. skiltonianus
De laatste ondersoort is de meest algemene, en is te vinden in het zuiden van British Columbia in Canada en in het deel van de Verenigde Staten ten westen van de Rocky Mountains. Samen met de Gilbert's skink (Eumeces gilberti) en de soort Eumeces lagunensis (geen Nederlandse naam), vormt de westelijke skink de zogenaamde skiltonianusgroep, een groep van soorten die op DNA-niveau enkele belangrijke overeenkomsten vertoont. Er is echter nog geen volledige duidelijkheid over en deze indeling wordt ook wel betwist.