Wilde averuit
Van Wikipedia
Wilde averuit | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() |
|||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Artemisia campestris subsp. campestris |
De wilde averuit (Artemisia campestris subsp. campestris) is een overblijvende plant die behoort tot de Composietenfamilie en staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeer zeldzaam en sterk afgenomen. In Nederland is de plant zeldzaam. De plant komt van nature voor op het Noordelijk halfrond.
De plant wordt 30 tot 100 cm hoog en vormt een wortelstok die tot 150 cm diep de grond in kan gaan. De glanzend bruinrode stengel en de twee- tot drievoudig veerdelige bladeren zijn in een jong stadium grijs behaard. De aangedrukte haren zijn zijdeachtig. De later kaal geworden bladeren zijn donkergroen. De bovenste bladeren zijn lijnvormig en hebben 0,5 tot 1 mm brede slippen. De van onderen gekielde bladslippen zijn in tegenstelling tot die van de duinaveruit niet vlezig.
De wilde averuit bloeit van augustus tot de herfst met gele of roodachtige bloemen, die in pluimen gerangschikt zijn. De 2 tot 3 mm brede hoofdjes hebben kale omwindselblaadjes.
De vrucht is een nootje.
De plant komt voor op droge, voedselarme, kalkhoudende zandgrond langs spoorlijnen, op duinen langs de rivieren en in de binnenduinen,
[bewerk] In andere talen
- Duits: Feld-Beifuß
- Engels: Field Wormwood
- Frans: Armoise champêtre