André Citroën
Van Wikipedia
André Citroën, (Parijs, 5 februari 1878 - Parijs, 3 juli 1935) was een Frans industrieel.
André's grootvader heette Limoenman en kwam uit Nederland. Hij was een eenvoudige juweliersknecht, wiens schoonvader de naam Limoenman maar niets vond. Citroen leek hem beter. Zijn zoon, Levie Citroen, een diamanthandelaar uit Amsterdam verhuisde naar Frankrijk met zijn Poolse vrouw Macha Kleinan. André's schoolmeester zette uiteindelijk de trema op de e in Citroën.
Na een technische opleiding ontwikkelt André Citroën zich tot een geniaal uitvinder en innovator met een neus voor verhandelbare producten. Als handelsmerk kiest hij de "double chevrons" (frans voor dubbele pijlen), naar het voorbeeld van de kepervertandingen van de tandwielen waarvoor hij in 1900 het octrooi aanvraagt. Deze kepervertandingen zijn een symbool van de technologische vooruitgang die André Citroën zijn gehele verdere leven nastreeft.
In 1906 wordt hij als directeur van Automobiles Mors aangesteld en hij weet het merk van de ondergang te redden door een grondige reorganisatie door te voeren. Later weet hij de productie te verdubbelen.
In 1915 is hij als officier bij de Franse krijgsmacht tijdens de Eerste Wereldoorlog getuige van het gebrek aan mortiergranaten. Citroën weet als geen ander hoe massaproducten te produceren en hij gaat met een uitgewerkt plan voor een munitiefabriek naar de generale staf. Binnen 18 maanden zet Citroën een fabriek op die voor die tijd gigantische aantallen mortieren produceert (op het moment van de wapenstilstand op 11 november 1918 meer dan 24 miljoen stuks).
Na de oorlog start Citroën met zijn meest ambitieuze project een autofabriek onder de eigen naam "Automobiles André Citroën SA", kortweg Citroën. In 1919 loopt de eerste Type A van de lopende band en voor een in die tijd revolutionair lage prijs. Via spectaculaire acties in de media weet Citroën de aandacht gedurende de twintiger jaren vast te houden.
In 1933 neemt hij de autoconstructeur André Lefèbvre in dienst. Diens successen zal Citroën echter niet meer meemaken. In 1934 komt hij, door de crisis en zijn flamboyante levensstijl, in financiële moelijkheden. De banken weigeren hem een extra krediet en kort daarop gaat hij failliet. Zijn hele vermogen zit in de ontwikkeling van de revolutionaire Traction Avant. De grootste schuldeisers van het bedrijf, de gebroeders Michelin, nemen op verzoek van de banken de leiding over.
André Citroën overleed in 1935 aan maagkanker en liet daarbij de wereld zaken na zoals stille versnellingsbakken, goedkope auto's voor een groot publiek, rupsbandaandrijving voor personenwagens, de zelfdragende carrosserie, het zwangerschapsverlof, de bedrijfsgezondheidsdienst en bedrijfshulpverlening, autoverhuur en -lease, autoverzekeringen, garantieperiode op nieuwe auto's, de voorlopers van de advertorials, het hypen van producten in de media, public relations en natuurlijk introduceerde hij in Europa de lopende band.
André Citroën was één van de eerste groep mannen die tot de "European Automotive Hall of fame" werd toegevoegd.
