Blauwkeelkielhagedis
Van Wikipedia
Blauwkeelkielhagedis | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Algyroides nigropunctatus Duméril & Bibron, 1839 |
De blauwkeelkielhagedis (Algyroides nigropunctatus) is een kielhagedis uit de familie echte hagedissen (Lacertidae).
Inhoud |
[bewerk] Algemeen
De maximale lengte is 25 centimeter en daarmee is deze soort een stuk groter dan de andere soorten uit dit geslacht. De hagedis leeft rond de oostkust van de Adriatische Zee, dus Griekenland, Albanië en Kroatië, en ook in het noordwesten van Afrika zijn populaties. Waarschijnlijk is de soort met behulp van de mens de Middellandse Zee overgestoken. Het habitat bestaat uit hagen en op muren en ruïnes, de hagedis klimt graag en is te herkennen aan de gekielde schubben op de flanken, staart en rug. De blauwkeelkielhagedis hagedis eet insecten, wormen en andere kleine ongewervelden.
[bewerk] Beschrijving
De Nederlandse naam is te danken aan de felblauwe keel bij de mannetjes in de paartijd, soms krijgen ook de vrouwtjes een blauwe kleur, maar valer dan bij de man. De rest van het lijf is lichtbruin tot roestbruin, de buik is wit tot gelig. De wetenschappelijke naam zwarte (nigro) puntjes (punctatus) komt ook terug in de tekening; enkele rijen zwarte of donkerbruine vlekjes op de rug, maar de vrouwen buiten de paartijd missen deze meestal.
[bewerk] Voortplanting
Er worden slechts 2 tot 4 eitjes gelegd, maar vermoed wordt dat de vrouwtjes zowel in het voorjaar als in het vroege najaar eitjes leggen. De mannetjes bijten de vrouwtjes in de nek bij de paring, en laten een tijdje niet meer los, zoals bij wel meer soorten uit het geslacht Algyroides. De dieren zijn erg schuw en worden zelden in gevangenschap gehouden omdat ze zijn beschermd.