Conga
Van Wikipedia
Een conga is een circa 70-75 cm hoge eenvellige trommel, tonvormig en open aan de onderkant, die meestal met de handen wordt bespeeld. De oorsprong van het instrument is terug te vinden in de Congolese Makuta-trommel. Deze werd via slaven meegevoerd naar Cuba en werd uiteindelijk belangrijk in de Cubaanse muziek. Na 1930 werd de conga door Newyorkse jazzorkesten ontdekt, waarna het instrument geleidelijk ingeburgerd raakte in de westerse muziek.
De conga kreeg met de jaren heel wat veranderingen in vorm en uiterlijk. Vandaag de dag zijn de conga's wat dikker ("buikiger"). Het instrument wordt gemaakt van hout of fiberglas. Houten conga's klinken over het algemeen warmer, voller en dieper dan fiberglas conga's. Echter, conga's van fiberglas hebben doorgaans een feller en iets krachtiger karakter dan zijn houten broeders.
Ondanks dat er kunststofvellen bestaan, worden er meestal toch nog natuurvellen gebruikt. Dit vanwege de warmere klank die bij natuurvellen ervaren wordt. Een natuurvel wordt van een dierenhuid gemaakt (denk aan geitenvellen of bufalovellen). Een conga wordt gestemd m.b.v. een metalen ring en spanhaken, waarmee je het vel strakker of losser kan spannen. Hoe strakker het vel, hoe hoger de conga klinkt. Conga's hebben in de regel vijf of zes spanhaken.
Conga's worden bespeeld in sets van twee, drie of meer. Elke conga uit de set heeft een andere vel-diameter. Vaak hebben percussionisten ook bongo's bij de conga's opgesteld (zie de eerste twee foto's).
De vel-diameters worden internationaal met inches aangegeven (geldt voor alle soorten trommels). In Westerse landen zijn dit de meest gangbare namen en maten voor conga's:
- Superquinto of Requinto; 10" ofwel ca. 25,4 cm vel-diameter
- Quinto; 11" ofwel ca. 27,9 cm vel-diameter
- Conga; 11 3/4" ofwel ca. 29,8 cm vel-diameter
- Tumba; 12 1/2" ofwel ca. 31,7 cm vel-diameter
Hierbij geldt dat de diepte-maat van de conga's meestal tussen de 28" en de 30" liggen. Hoe groter de vel-diameter, hoe lager de conga klinkt.
Op Cuba zijn conga's bekend onder de verzamelnaam "tumbadora's" en worden de afzonderllijke trommels meestal aangeduid met de functie die ze in een bepaalde muziekstijl vervullen. Zo wordt de grootste trommel in de guaguanco-stijl aangeduid met de term "salidor" en in de makuta-stijl met "caja".
Virtuoze conga-spelers (conguero's) zijn bijvoorbeeld de Cubaan Changuito en de Puertoricaan Giovanni Hidalgo.