George Minne
Van Wikipedia
George baron Minne (Gent, 30 augustus 1866 - Sint-Martens-Latem, 20 februari 1941) was een Vlaamse tekenaar-beeldhouwer.
Van 1882 tot 1884 was hij leerling van Jean Delvin aan de Academie van Gent. Hij werd bevriend met de schrijver Maurice Maeterlinck in 1886, wiens werken Serres in 1888 en Soeur Béatrice in 1900 hij illustreerde.
In 1890 exposeerde hij enkele van zijn beelden bij de XX te Brussel en in 1891 werd hij lid van deze belangrijke kunstenaarsgroep.
In 1891 trok hij naar Parijs om er Rodin op te zoeken. Hij werd er echter afgewezen.
Hij was al 30 jaar toen hij nog een jaar, van 1895 tot 1896, cursus ging volgen aan de Brusselse Academie, bij Charles Van der Stappen.
In 1898 ging hij zich in Sint-Martens-Latem vestigen en nam hij er de 1ste Latemse groep kunstenaars op sleeptouw. Het waren de kunstschilders Albinus Van den Abeele, Valerius De Saedeleer, Albert Servaes en Gustaaf Van de Woestijne. Het werd de groep der mystieke symbolisten.
Kort voor de 1ste wereldoorlog, in 1912, werd hij leraar aan de Gentse Academie. Tijdens de oorlog week hij uit naar Wales, met zijn vrouw. Na de oorlog trok hij terug naar de Academie, als leraar, tot 1919.
In 1930 werd hij vereerd met een baronstitel.
De thema's, die Minne in zijn symbolistische stijl verwerkte, waren vooral: ascetische jongelingen, de pieta's en moeder en kind.
Zijn beroemdste werk De Knapenfontein, uit marmer gekapt, werd oorspronkelijk aangekocht voor het Folkwangmuseum te Hagen, in 1905. In 1922 werd het naar Essen in het Museum Folkwang overgebracht. Bronzen versies bevinden zich te Gent, aan de voet van het Belfort, te Wenen en te Brussel.