Overleg:Godslastering
Van Wikipedia
Ik ben diep onder de indruk van dit lemma!
--MWAK 17 nov 2004 16:51 (CET)
[bewerk] voorlopig drie (kleine) opmerkingen
Ik heb het nog niet helemaal "doorgeploegd". Ik was er enthousiast vooraan aan begonnen. Maar hier moet je echt de tijd voor nemen. Een geweldig (groot) artikel, zeg! (en nu dus even geen tijd; komt gauw). Maar alvast drie kleine opm.:
- onder 2.2.1. "met meestal, ofwel een staatskerk, ofwel een getalsmatig overheersende godsdienst". Wat bedoel je? Meestal een staatskerk of meestal een van beide? In het laatste geval is de term "meestal" niet nodig. In het eerste geval is het niet duidelijk / mooi.
- in dezelfde par. wordt niet duidelijk waar de problemen rond het liefdesconc. in 1895 speelden. Dat wordt verderop ook niet duidelijk. Oostenrijk?
- Gerard Reve (in 2.3.2.) heette vroeger geen K. v.h. Reve (dat was zijn broer).
Dick Bos 18 nov 2004 14:16 (CET)
[bewerk] voltrekking doodstraf
Van de site van Amnesty International (zie onder blasfemie) had ik de informatie Deze straf is daadwerkelijk voltrokken in ondermeer Pakistan, Iran en Afghanistan. In die zin is op 21 november 'is' veranderd in 'wordt' - wat kennelijk aangeeft in die landen vandaag de dag nog steeds de doodstraf voor godslastering wordt opgelegd en voltrokken. Dat lijkt me onwaarschijnlijk voor wat betreft Afghanistan, aangezien daar nu een ander regiem zit (met steun van VN en Nederlandse blauwhelmen). Voor Iran en Pakistan ben ik daarvan niet op de hoogte. Om te voorkomen dat we nu regelmatig moeten checken of er nog steeds doodstraffen in Pakistan en Iran worden voltrokken, verander ik dat woord weer terug. Johan Lont 22 nov 2004 13:59 (CET)
[bewerk] Het Ezelsproces
In het lemma staat dat de rechtszaak 'voortkwam' uit het gedicht 'Paradijs' in 'Nader tot u'. Daar wordt God inderdaad voorgesteld als ezel, maar ging het bij de rechtszaak niet ook (vooral?) om de passage waarin Reve droomt van seks met God in de gedaante van een ezel? Ik bedoel daarmee deze passage: "En God Zelf zou bij mij langs komen in de gedaante van een eenjarige, muisgrijze Ezel en voor de deur staan en aanbellen en zeggen: 'Gerard, dat boek van je - weet je dat Ik bij sommige stukken gehuild heb?' 'Mijn Heer en mijn God! Geloofd weze Uw Naam tot in alle Eeuwigheid! Ik houd zo verschrikkelijk veel van U,' zou ik proberen te zeggen, maar halverwege zou ik al in janken uitbarsten, en Hem beginnen te kussen en naar binnen trekken, en na een geweldige klauterpartij om de trap naar het slaapkamertje op te komen, zou ik Hem drie keer achter elkaar langdurig in Zijn Geheime Opening bezitten, en daarna een presenteksemplaar geven, niet gebrocheerd, maar gebonden - niet dat gierige en benauwde - met de opdracht: Voor de Oneindige, Zonder Woorden." (G.K. van het Reve: 'Nader tot u.' Amsterdam, G.A. van Oorschot, 1969.)