Gunderic
Van Wikipedia
Gunderic (ca 380-428), was koning van de Vandaalse Asdingen (406-428) en van de Alanen vanaf 426. Hij was de oudste zoon van Godigisel, onder wiens leiding de Asdingen het Romeinse Rijk waren binnendrongen. Godigisel sneuvelde in Gallië in 406 tijdens een gevecht en Gunderic volgende hem op als Koning.
Inhoud |
[bewerk] Trektocht door Gallië
Onder leiding van Gunderic doorkruisten de Vandalen in twee jaar tijd Gallië. Hierbij ondervonden zij in eerste instantie niet veel tegenstand, omdat de meeste Romeinse troepen zich in Italië bevonden, waar Stilicho iedereen nodig had in zijn strijd tegen Alarik en de Visigoten. De Vandalen ontweken zoveel mogelijk de Romeinse strijdkrachten. Ze lieten de grote steden links liggen en weken uit naar het zuiden toen de usurpator Constantijn III met zijn leger vanuit Britannië overstak. Gunderic leidde in 409 zijn volk over de Pyreneeën Spanje binnen. Ook hier ontweek hij het Romeinse leger en vestigde zich aanvankelijk in Noordwest-Spanje. Al spoedig leidde hij van daaruit de Asdingen naar het zuiden, naar dat deel van Spanje dat nu bekend staat als Andalusië.
[bewerk] Spanje
De Romeinse keizer Honorius zag in Gunderic een bondgenoot tegen zijn rivaal Constantijn III en sloot met hem in 411 een verdrag. Gunderic liet zich hier niet veel aan gelegen. Evenals de naar Spanje meegereisde Silingen, Alanen en Sueven, voerden de Asdingen plundertochten uit. Om hier een einde aan te maken lieten de Romeinen in 415 een Visigotisch leger overkomen naar Spanje om de Romeinse legersmacht daar te versterken. Dit leger ging zeer voortvarend te werken. In twee jaar tijd werden de Silingen praktisch uitgeroeid, dat deze ophielden te bestaan als zelfstandig volk. De overlevenden zouden zich bij Gunderic aansluiten. De Alanen in Lutetia raakten zodanig verzwakt dat deze geen gevaar meer vormden.
[bewerk] Andalusië
Vanwege politieke redenen werden de Visigoten teruggeroepen uit Spanje en bleven de Asdingen evenals de Sueven een ondergang bespaard. Omstreeks 420 verlieten de Asdingen het bergachtige Gallicië en trokken door Lutetia richting Baetica in het zuiden. In Baetica kregen de (Vandalen) steeds meer vaste voet. De keizerlijke stadhouder in Spanje, magister militum Castinus was zonder de hulp van de Visigoten niet in staat om de Vandalen te verslaan. In 422 werd het Romeinse leger verpletterend verslagen en veroverde Gunderic Carthagena waardoor hij heer en meester werd in Baetica.
[bewerk] Visigoten
De Visigoten die van de Romeinen een vestigingsgebied hadden gekregen in Aquitanië ten zuiden van de Pyreneeën, kregen steeds meer belangstelling voor Spanje toen het gezag van de Romeinen verder afnam. Nauwelijks gehinderd breidden zij hun invloed uit naar Spanje. Omstreeks 426 vielen zij de Alanen aan, en brachten deze een vernietigende nederlaag toe. Attaces, koning van de Alanen, sneuvelde in gevecht met de Visigoten en de meeste overlevenden sloten daarop zich aan bij Gunderic. Deze werd daardoor Rex Vandalorum et Alanorum (koning van zowel de Vandalen als Alanen).
Gedurende de laatste jaren van Gunderic zijn bewind, raakten de Vandalen steeds vaker in gevecht met de Visigoten. Meestal dolven de Vandalen het onderspit, want de Visigoten waren nummeriek in de meerderheid. Tijdens een plundering van de stad Sevilla in 428 kwam Gunderic om het leven. De Vandalen kozen zijn halfbroer Geiseric als opvolger. Onder Geiseric lieten de Vandalen Spanje voor de Visigoten en gingen zij in 429 scheep naar Afrika.
[bewerk] Bronnen
- Renatus Profuturus Frigeridus, Gallische geschiedschrijver
- Gregorius van Tours, Gallische bisschop
- Hermann Schreiber, De Vandalen
Koningen van de Vandalen |
Geiserik - Gelimer - Godigisel - Gunderic - Gunthamund - Hilderik - Hunerik - Igilia - Thrasamund - Wisimar |