Harlekijnkoraalslang
Van Wikipedia
Harlekijnkoraalslang | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() |
|||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Micrurus fulvius Linnaeus, 1766 |
De harlekijnkoraalslang (Micrurus fulvius) is een zowel kruipende als klimmende slang uit de familie gifslangen (Elapidae).
[bewerk] Algemeen
Deze soort wordt tot 120 centimeter lang, meestal kleiner, en komt voor in het noorden van Mexico en het zuiden van de Verenigde Staten, in halfwoestijnen en steppen maar de slang prefereren vochtige plekken. Het voedsel bestaat uit hagedissen, andere slangen en kleine zoogdieren. Het zijn kruipende slangen die echter goed kunnen klimmen, zoals in bomen of hutten.
[bewerk] Beschrijving
De harlekijnkoraalslang heeft een zwarte kop, met in de nek een gele band. Achter deze nek begint het echte kleurpatroon; brede zwarte en rode banden met daartussen steeds een smalle, gele band. Dit kleurpatroon wordt door diverse Lampropeltis-soorten geimiteerd (mimicry) omdat koraalslangen zeer giftig zijn.
[bewerk] Giftigheid
Zoals bij veel slangen bepaalt niet alleen het soort gif, maar ook de hoeveelheid hoe gevaarlijk een slangenbeet is. Omdat de harlekijnkoraalslang het gif direct in de ader kan spuiten, en niet zoals veel andere slangen eerst een kauwbeweging moet maken, zijn deze dieren erg gevaarlijk. Het is geen agressieve soort die alleen bijt als hij in het nauw gedreven wordt. Een typisch kenmerk van de harlekijnkoraalslang is de zwarte snuitpunt in plaats van een rode bij de onschuldige soorten, het beste is echter om alle slangen voor de zekerheid met rust te laten. Hoewel het aan de ene kant beter is na een beet de slang mee te nemen naar het ziekenhuis ter determinatie, vallen juist bij het vangen/doden van de dieren de meeste slachtoffers.