Kismayo

Van Wikipedia

**Kismayo**
Kaart van Somalië met Kismayo in het zuidoosten
Gobolka	Jubbada Hoose
Inwoners	± 245.000^[1]
Coördinaten	0°22′ZB 42°32′OL

Kismayo, Kismaayo, Kismayu of Chisimayu is een havenstad in de zuidoostelije regio Jubbada Hoose van Somalië. Het is de derde stad van Somalië na Mogadishu en Hargeisa^[2] en ligt op 528 kilometer ten zuidoosten van Mogadishu per weg in de buurt van de monding van de Jubbarivier, op de plaats waar deze in de Indische Oceaan stroomt.^[3]

De stad werd gesticht door het Bajunivolk, dat een gemengde Bantu en Arabische oorsprong heeft. In latere perioden trokken ook andere Somalische clans naar het gebied. In 1835 regeerde het sultanaat Zanzibar het gebied rond de stad. In 1872 werd Kismayo gesticht door een Zanzibarse sultan. Van 1875 tot 1876 was Kismayo bezet door Egypte onder Mohammed Ali, totdat het werd overgedragen aan de Britten in 1887.^[4] Vanaf 1 juli 1895 werd Kismayo geregeerd door het Britse Rijk als onderdeel van Trans-Juba, dat onderdeel vormde van het Protectoraat Oost-Afrika van de East Africa Company. Op 15 juli 1924 werd Trans-Juba overgedragen aan het Italiaanse Rijk en in 1926 werd het vervolgens onderdeel gemaakt van de kolonie Italiaans Somaliland, waarbij Kismayo het bestuurlijk centrum werd van de provincie Oltro Giuba.^[5]

Na de oprichting van Somalië in 1960 en de afzetting van president Siad Barre in 1991, kwam de stad in een chaotische periode, waarbij verschillende Somalische clans vochten om de macht in de stad.

Het gebied rond de stad wordt vooral bewoond door een onder-clan van de nomadische Ogaadeen, samen met groepen Harti, Mohmud Salah, Dir en Hawiye. Na de afscheiding van Puntland in 1998 trokken gevluchtte kleine Hawiye-stammen en andere stammen zoals de Ogaden, Harti en de Marehaan naar de stad, waarop een lang gevecht over de macht in de stad begon. Toen op 3 september 1998 de staat Jubaland werd opgezet door de Jubbavallei-alliantie, werd Kismayo haar hoofdstad. Uit een onderzoek van UNOSOM II uit 2006 bleek dat de inwoners van de stad grofweg bestonden uit Harti (35%), Marehan (20%), Ogaden (15%), Bajuni (15%), Hawiye (5%) en Rahanweyn (5%).

De stad werd de hoofdstad van de semi-onafhankelijke staat Juba, waarvan de status lange tijd onzeker was. Op 24 september 2006 trokken milities van de Unie van Islamitische Rechtbanken (ICU) de stad binnen, als een van de laatste bolwerken die zij nog niet in handen hadden in het zuidoosten van Somalië.^[6] Ook daarna bleven de gevechten rond de stad echter doorgaan. Toen het Ethiopische leger de Somalische overgangsregering te hulp schoot om te voorkomen dat de islamistische ICU ook voet aan de grond zou krijgen in dat land, werden de troepen van de ICU vervolgens tijdens een offensief uit een groot deel van zuidelijk en centraal Somalië verdreven in december 2006. Nadat de ICU Mogadishu zonder slag of stoot had verlaten trok zij zich terug in Kismayo op 28 december 2006,^[7] maar ontvluchtte de stad al na een paar dagen na het verliezen van de Slag bij Jilib in de richting van de Keniaanse grens.