Kitosoorlog
Van Wikipedia
De Kitosoorlog (115—117) is de naam die gegeven wordt aan de tweede van de Joods-Romeinse oorlogen. De naam is afkomstig van de Mauretaanse Romeinse generaal Quintus Lucius Quietus die op wrede wijze een Joodse opstand in Mesopotamia onderdrukte en naar Judaea gestuurd werd om de revolte daar af te handelen als procurator onder Traianus, een post die hij behield tot hij werd teruggeroepen naar Rome en geëxecuteerd door Hadrianus.
In 115 was het Romeinse leger onder leiding van Traianus aan het vechten tegen één van haar grootste vijanden: het Parthische Rijk. De diasporische Joden begonnen een opstand in Cyrenaica waarbij al snel Alexandria et Aegyptus en Cyprus bij betroken waren. In Cyrenaica vernielden de rebellen (onder leiding van een zekere Lukuas of Andreas, die zichzelf "koning" noemde volgens Eusebius van Caesarea) vele tempels, inclusief die van Hecate, Zeus, Apollon, Artemis, en Isis, alsook de civiele structuren die symbolen van Rome waren: het Caesareum, de basilica, en de thermae. De Griekse en Romeinse bevolking werd uitgemoord. Toen trok Lukuas verder naar Alexandrië, betrad de stad die verlaten was door de Romeinse troepen in Egypte onder leiding van gouverneur Marcus Rutilius Lupus, en stak de stad in brand. De heidense tempels en de tombe van Gnaius Pompeius Magnus maior werden verwoest. Traianus zond nieuwe troepen onder leiding van de praefectus praetorii Quintus Marcius Turbo, maar Egypte en Cyrenaica waren pas gepacificeerd in de herfst van 117. Ook in Cyprus werden de toestand weer meester, waar de Joden, geleid door Artemion, de controle over het eiland hadden overgenomen. Het Romeinse leger veroverde de hoofdstad en Joden -zelfs drenkelingen- werd verboden voet aan wal te zetten op Cyprus.
Een nieuwe revolte begon in Mesopotamia, terwijl Traianus zijn troepen aanvoerde tegen de Parthen, in de Perzische Golf. Traianus heroverde Nisibis (Nusaybin in Turkije), de hoofdstad van Osroene Edessa en Seleukeia (Seleukia over de Tigris, in Irak). In elk van hen huisdes oude en belangrijke Joodse gemeenschappen. Aan het einde van de opstand voelde Traianus zich nog niet helemaal zeker, en hij besloot de Mauretaanse generaal Quintus Lucius Quietus Cypriotische, Mesopotamische en Syrische Joodse verdachten te laten vermoorden, en hem te benoemen tot gouverneur van Judaea.
De opstand van de Joden van Cyrene, Cyprus, en Egypte in de laatste jaren van keizer Traianus was nog niet volledig onderdrukt toen Hadrianus de regering overnam in 118. Het brandpunt van de oorlog was verlegd naar Palestina, waar de Joodse leider Lukuas heen was gevlucht1. Marcius Turbo had hem achtervolgd, en de broers Iulianus en Pappus ter dood veroordeeld, omdat die de gangmakers van deze rebellie geweest waren. Maar Turbo werd zelf geëxecuteerd op speciale bevel uit Rome, en de levens van de broers waren gered2. Lucius Quietus, de overwinnaar van de Joden in Mesopotamia, stond nu aan het hoofd van het Romeinse leger in Palestina, en belegerde Lydda, waar de Joden een toevluchtsoord gevonden hadden. De nood steeg zo hoog dat de patriarch Rabban Gamaliel II, die daar was opgesloten en kort daarop stierf, toeliet te vasten zelfs op Ḥanukkah. Andere rabbi's, zoals de vredelievende R. Joshua b. Hananiah, veroordeelden deze maatregel3. Kort daarop werd Lydda ingenomen en massa's Joden werden geëxecuteerd. De "slachting van Lydda" wordt vaak vermeld in woorden van eerbiedwaardige lofbetuigingen in de Talmud4. Pappus en Iulianus waren onder de geëxecuteerden5; aldus is gerapporteerd over de campagne van Quietus in rabbijnse bronnen6.
Desalniettemin was de situatie voor de Romeinen niet eenvoudig; ten tijde van Hadrianus' bewind was het nodig Legio VI Ferrata permanent te verplaatsen om Judaea onder controle te houden, en de latere opstand van Bar Kochba te kunnen neerslaan.
[bewerk] Voetnoten
1 Abulfaraj, in Münter, "Der Jüdische Krieg," p. 18, Altona en Leipsic, 1821.
2 Sifra, Emor, viii. 9 [ed. Weiss, p. 99d]; Meg. Ta'anit xii.; Ta'anit 18b; Sem. viii.; Eccl. R. iii. 17.
3 Ta'anit ii. 10; Yer. Ta'anit ii. 66a; Yer. Meg. i. 70d; R. H. 18b.
4 Pes. 50a; B. B. 10b; Eccl. R. ix. 10.
5 Ta'anit 18b; Yer. Ta'anit 66b.
6 Zie ook "Revue Etudes Juives," xxx. 212.
[bewerk] Referenties en externe links
- R. Gottheil - S. Krauss, art. Bar Kokba en Bar Kokba War, in Jewish Encyclopedia (1901-1906). (publiek domein)
- J. Lendering, art. Wars between the Jews and Romans: the revolt against Trajan (115-117 CE), Livius.org, 2005.
- Eusebius, Ecclesiastical History IV 2.
[bewerk] Antieke bronnen
- Archief van Apollonios strategos