Luitenant-admiraal-generaal
Van Wikipedia
De rang luitenant-admiraal-generaal in Nederland werd in februari 1673 speciaal gecreeërd voor Michiel de Ruyter in opdracht van stadhouder prins Willem III om aan te geven dat het gezag en prestige van De Ruyter uitstak boven de andere luitenanten-admiraal.
Tussen 1585 en 1795 was de Nederlandse marine verdeeld in vijf admiraliteiten. Het idee was dat het opperbevel over de marine hoorde te berusten bij een admiraal van koninklijke of prinselijke bloede. De stadhouders van Holland en Zeeland voerden aldus de titel admiraal, terwijl de hoogste vlagofficier van elke admiraliteit luitenant-admiraal was. Tijdens het Eerste Stadhouderloze Tijdperk (1650-1672) ontbrak de admiraal en lag het opperbevel over de marine bij de Staten-Generaal.
Tijdens de Tweede Engelse Oorlog namen gezag en prestige van Michiel de Ruyter dusdanig toe dat hij de facto fungeerde als opperbevelhebber, maar slechts de rang van luitenant-admiraal bezat en dus formeel de gelijke was van de andere luitenanten-admiraal. Om die situatie te formaliseren, maar het gezag van de officiële admiraal, de in 1672 als zodanig aangetreden Prins Willem III, niet aan te tasten, werd de rang luitenant-admiraal-generaal ingesteld. Na de dood van De Ruyter in 1676 werd deze opgevolgd door Cornelis Tromp op 6 februari 1679. De vertraging was het gevolg van het feit dat Tromp eerst nog Deens admiraal-generaal was. Na de dood van de laatste in 1691 is de rang niet meer aan een andere zee-officier toegekend.