Middelste teunisbloem
Van Wikipedia
Middelste teunisbloem | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Middelste Teunisbloem |
|||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Oenothera biennis |
De Middelste teunisbloem (Oenothera biennis), vroeger Gewone teunisbloem genoemd, is een tweejarige, tot 1,5 (meestal tot 1,2) meter hoge plant in de Teunisbloemfamilie.
Volksnamen zijn onder andere nachtkeers, nachtpitjes, nachtschone, nachtkaars, leliën-van-een-nacht en vierentwintiguursbloem.
Inhoud |
[bewerk] Kenmerken
De gele bloemen hebben vier kroonbladen. Ze hebben zowel stamper als meeldraden. De bloeiperiode loopt van juni tot september. De groene kelkbladen zijn na de opening van de bloem teruggeslagen. De stijl is tot 1,5 cm lang. De stengel- en schutbladen zijn 3-4 maal zo lang als breed. De bloemen gaan 's avonds vanaf zes à zeven uur open. De bloemen zijn iets kleiner dan die van de Grote teunisbloem. De top van de bloeiwijze staat ook in het begin rechtop.
[bewerk] Verspreiding
De plant is afkomstig uit Noord-Amerika.
De plant heeft een voorkeur voor lichte zandgrond en middelzware grond als leem die lichtzuur, neutraal of licht basisch is. De plant geniet graag van de volle zon en kan enige droogte en een voedingsarme grond hebben.
[bewerk] Ecologische aspecten
Bestuiving vindt plaats door Lepidoptera en bijen. Deze laatste trekt het in ruime mate aan. Ze is waardplant voor de teunisbloempijlstaart, Proserpinus proserpina.
[bewerk] Gebruik
Jonge wortels kunnen als groente gegeten worden. Ze hebben een peperachtige smaak. Jonge stengels kunnen ook als salade gegeten worden.
De volwassen zaden bevatten 7-10% gamma-linoleenzuur, een zeldzaam essentieel verzadigd vetzuur. De olie uit de zaden wordt gebruikt bij menstruatiepijn.
![]() |
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Oenothera biennis op Wikimedia Commons. |