São João Baptista de Ajudá
Van Wikipedia
Het fort van São João Baptista de Ajudá (Sint-Jan de Doper van Ouidah) is een klein fort, gebouwd door de Portugezen in de stad Ouidah (oorspronkelijk door de Portugezen Ajudá genoemd, naar het lokale woord Hweda), aan de kust van Dahomey (het tegenwoordige Benin, aan de Atlantische Oceaan. Vanaf 1580 groeide deze kustplaats door de slavenhandel. Het fort bleef onder Portugese controle (als kleinste Portugese kolonie tot na de onafhankelijkheid van Benin in 1961.
In 1680 kreeg de Portugese gouverneur van Sao Tomé en Principe de toestemming om in Ajudá een fort te bouwen. Na een periode van verwaarlozing werd het in 1721 herbouwd en kreeg het de naam São João Baptista de Ajudá. Het kleine fort is opgebouwd volgens een vierkant grondplan, met torens op de vier hoeken. Het omvat een kerk en het kwartier van de officieren. Nu herbergt het een museum.
Het fort had een grote impact in Benin, voornamelijk door de Portugese slavenhandel. Getuige van het belang van het fort is het feit dat het Portugees de enige vreemde taal was die van de koningen van Dahomey mocht gebruikt worden. Afstammelingen van de Portugezen waren ook belangrijk in de politieke structuur van het koninkrijk en sommige invloedrijke families, zoals de Sousa, bestaan nog steeds in Benin.
Na de afschaffing van de legale slavenhandel in 1807 verloor het fort geleidelijk zijn betekenis, en hoewel Portugal het als één van zijn overzeese gebieden bleef claimen, werd het regelmatig voor bepaalde periodes verlaten. Daardoor konden de Fransen hun invloed in het gebied uitbreiden. Aangezien dit de Portugese belangen bedreigde, werd het fort vervolgens opnieuw permanent bemand. Dit voorkwam echter niet dat de Fransen Dahomey konden veroveren, waarna het São João Baptista de Ajudá - nu gereduceerd tot het gebied dat werkelijk binnen de muren van het fort lag - als enige - en ook onbelangrijke - Portugese territorium overbleef, volledig omringd door Frans koloniaal gebied.
Tot zijn annexatie door Dahomey in 1961 (drie jaar na de onafhankelijkheid van dat land in 1958), was São João Baptista de Ajudá waarschijnlijk de kleinste apart erkende politieke eenheid ter wereld. Volgens de volkstelling van 1921 had het 5 inwoners, en op het ogenblik van het ultimatum door de regering van Dahomey, waren er nog 2 Portugese ambtenaren aanwezig, die het gebouw liever probeerden in brand te steken dan het over te leveren. Pas in 1985 werd de annexatie ook door Portugal erkend, waarna dat land ook de restauratie financierde.