Static Wikipedia February 2008 (no images)

aa - ab - af - ak - als - am - an - ang - ar - arc - as - ast - av - ay - az - ba - bar - bat_smg - bcl - be - be_x_old - bg - bh - bi - bm - bn - bo - bpy - br - bs - bug - bxr - ca - cbk_zam - cdo - ce - ceb - ch - cho - chr - chy - co - cr - crh - cs - csb - cu - cv - cy - da - de - diq - dsb - dv - dz - ee - el - eml - en - eo - es - et - eu - ext - fa - ff - fi - fiu_vro - fj - fo - fr - frp - fur - fy - ga - gan - gd - gl - glk - gn - got - gu - gv - ha - hak - haw - he - hi - hif - ho - hr - hsb - ht - hu - hy - hz - ia - id - ie - ig - ii - ik - ilo - io - is - it - iu - ja - jbo - jv - ka - kaa - kab - kg - ki - kj - kk - kl - km - kn - ko - kr - ks - ksh - ku - kv - kw - ky - la - lad - lb - lbe - lg - li - lij - lmo - ln - lo - lt - lv - map_bms - mdf - mg - mh - mi - mk - ml - mn - mo - mr - mt - mus - my - myv - mzn - na - nah - nap - nds - nds_nl - ne - new - ng - nl - nn - no - nov - nrm - nv - ny - oc - om - or - os - pa - pag - pam - pap - pdc - pi - pih - pl - pms - ps - pt - qu - quality - rm - rmy - rn - ro - roa_rup - roa_tara - ru - rw - sa - sah - sc - scn - sco - sd - se - sg - sh - si - simple - sk - sl - sm - sn - so - sr - srn - ss - st - stq - su - sv - sw - szl - ta - te - tet - tg - th - ti - tk - tl - tlh - tn - to - tpi - tr - ts - tt - tum - tw - ty - udm - ug - uk - ur - uz - ve - vec - vi - vls - vo - wa - war - wo - wuu - xal - xh - yi - yo - za - zea - zh - zh_classical - zh_min_nan - zh_yue - zu

Web Analytics
Cookie Policy Terms and Conditions Schelpterminologie (mollusken) - Wikipedia

Schelpterminologie (mollusken)

Van Wikipedia

Inhoudsopgave:
  A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X - Y - Z 

Deze lijst geeft een verklaring van de terminologie zoals die in gebruik is bij de beschrijving van weekdierschelpen.


[bewerk] A

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Abaperturaal Buikpotigen Van de mondopening af. -
Abapicaal Buikpotigen Van de top af. -
Accessorisch schelpstuk Tweekleppigen Eén of meer extra schelpstukken die bij sommige tweekleppigen tussen de bovenranden van de beide schelpkleppen liggen. hypoplax en mesoplax zijn accessorische schelpstukken. Witte boormossel
Adapicaal Buikpotigen In de richting van de top. -
Adaperturaal Buikpotigen In de richting van de mondopening. -
Adult Algemeen Volgroeid; volwassen (Zie ook juveniel). -
Afgeknot Tweekleppigen Stomp zoals bij schelp van de Afgeknotte gaper
apertura. Buikpotigen Zie Mondopening. -
Apex Buikpotigen Zie Top. -
Appendiculum Tweekleppigen Plooitje op de umbo. bij schelpen van sommige Erwtenmossel-soorten.
Axiaal Buikpotigen Ook Radiaal of Longitudinaal. Min of meer evenwijdig aan de lengteas van een slakkenhuis (In: 'axiale sculptuur'). -

[bewerk] B

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Binnenlip Buikpotigen Dat deel van de mondrand wat grenst aan de spil van het slakkenhuis. De binnenlip is meestal glad maar kan tanden, knobbels of lijsten dragen. Als de binnenlip tot buiten de mondopening uitgebreid is, dan spreekt men van callus of eelt. -
Buitenlip Buikpotigen Dat deel van de mondrand wat niet aan de spil van het slakkenhuis grenst. -
Byssus Tweekleppigen Een bundel vezels ('byssusdraden') van een kleverig hoornachtig organisch materiaal (een collageen), die wordt afgescheiden door de voet en uithardt in zeewater, en waarmee de dieren zich vasthechten aan een substraat (1) of in de grond (2). (1) Mossel en de Bonte mantel; (2) Korfschelp

[bewerk] C

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Callus Weekdieren Eelt. (1) Een voortzetting van de gladde binnenwand (binnenlip) van een slakkenhuis op de voorgaande winding. Vaak glanzend, verdikt en duidelijk begrenst. (2) Een knobbel in de slotlijst bij Pisidium soorten. NB.: het woord 'callus' is van oorsprong een mannelijk Latijns woord. Hoewel vaak gesproken wordt van 'het callus' is dit dus onjuist. Het hoort 'de callus' te zijn. (1) Wulk, (2) Gemaskerde erwtenmossel
Cardinaal Tweekleppigen In: 'cardinale tanden'. Bij tweekleppigen de 'hoofd'slottanden die direct onder de umbo aan de binnenzijde van de schelp liggen. Vaak geflankeerd door de laterale tanden. Zie ook: heterodont slot. -
Carina Weekdieren Kiel. (1) Duidelijk uitstekende ribbel aan de buitenkant van de schelp van een slakkensoort. Meestal evenwijdig aan de windingsrichting ('horizontaal') verlopend. (2) Een enkele, scherpe en sterk geprononceerde, radiaire rib op de schelp van een tweekleppige. (1) Schijfhoren
Chevron Tweekleppigen (In: 'chevron sculptuur'). Een sculptuur van zigzag lijnen die de groeilijnen kruisen. Chevron sculptuur kan op de hele schelp aanwezig zijn of slechts op een klein deel. De rugae van najaden kunnen een chevron patroon hebben. Acila cobboldiae en rugae bij Platte zwanenmossel
Chondrophoor Tweekleppigen Een meestal relatief grote, lepelvormig vergroeide tand in het slot van sommige tweekleppigen. Strandgaper
Concentrisch Buikpotigen en tweekleppigen (1) Wordt gebruikt om de oppervaktesculptuur van een schelp te beschrijven. Een concentrische sculptuur bestaat uit elementen die evenwijdig aan de windingsrichting van een slakkenhuis, of de onderrand van een schelp verlopen. (2) De groeilijnen van een operculum kunnen concentrisch gerangschikt zijn als de groei van het operculum in alle richtingen min of meer gelijkmatig plaats vindt. Elke groeilijn verloopt dan min of meer cirkelvormig en wordt omringd door een grotere concentrische groeilijn. Spitse moerasslak, Alikruik, Venusschelp
Conchyoline Weekdieren Een hoornachtige aan chitine verwante stof die meestal een bruinige tint heeft. Conchyoline wordt gebruikt ter versteviging van het kalkskelet van weekdieren. Verder is het een hoofdbestanddeel van het periostracum, hoornachtige operculums, de gladius van Pijlinktvissen en organen zoals bijvoorbeeld de radula en de 'snavel' bij bepaalde inktvissen (Zeekatten). -
Crenulatie Tweekleppigen Zie: gecrenuleerd. -

[bewerk] D

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Doublet Tweekleppigen Beide schelphelften van een tweekleppige die nog met de slotband aan ekaar verbonden zijn. De term wordt eigenlijk alleen bij tweekleppigen gebruikt waar het dier niet meer in zit. Beide kleppen van een doublet raken na verloop van tijd meestal los van elkaar. De twee schelphelften worden ook wel 'losse klep' genoemd. -
Dwarsrib Buikpotigen Een sculptuur element. Min of meer verticaal verlopende rib. -

[bewerk] E

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Eelt Weekdieren Zie: Callus. -
Epidermis Weekdieren Opperhuid of periostracum. -
Epifragma Buikpotigen Een dekseltje van verhard slijm, waarmee de mondopening van een slakkenhuis tijdelijk wordt afgesloten als het dier lange tijd inactief is (bijvoorbeeld tijdens de winterslaap of gedurende een lange periode van droogte). Als temperatuur of vochtigheid weer gunstig zijn, dan wordt het dier weer actief. Het epifragma wordt dan afgeworpen en vaak (deels) opgegeten. Het epifragma is wit van kleur, structuurloos en kan vliezig zijn maar ook min of meer verkalkt. Komt niet bij soorten voor die al een operculum hebben. Wijngaardslak, Tuinslak

[bewerk] G

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Gapen Tweekleppigen Een tweekleppige 'gaapt' als beide kleppen niet overal op elkaar aan sluiten bij een dichte schelp. Strandgaper
Gecrenuleerd Tweekleppigen gekarteld, van inkepingen voorzien. Sommige tweekleppigen hebben een gecrenuleerde onderrand. Zaagje
Gladius Inktvissen Veervormige hoornachtige inwendige schelp Pijlinktvis
Glochidium Tweekleppigen De planktonische larven van de grote zoetwatermossels (Unionacea). Met behulp van haken die aan de glochidiumschelp zitten zijn de larven in staat om zich aan huid of kieuwen van vissen vast te hechten. Hierdoor kunnen deze larven zich over grote afstand (laten) verplaatsen. Glochidiums zijn klein en driehoekig en kunnen als fossiel in grondmonsters gevonden worden. Als de umbo van een volwassen zoetwatermossel niet gecorrodeerd is dan is het glochidium soms nog zichtbaar. -
Groeilijnen Weekdieren Lijnen, meestal alleen te zien op het buitenoppervlak en evenwijdig verlopend aan de groeirand van de schelp. Groeilijnen worden veroorzaakt door korte perioden van rust in de groei. Wordt ook wel wat ruimer opgevat omdat fijne ribbelsculptuur eveneens voor groeilijnen worden aangezien. -
Gruis Algemeen Een opeenhoping van schelpen, schelpfragmenten en ander materiaal op een strand, door golfwerking geconcentreerd. -

[bewerk] H

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Halfgeknot Tweekleppigen Als van een schelp van een tweekleppige de ene kant meer is afgerond dan de andere. Halfgeknotte strandschelp
Heterodont slot Tweekleppigen Een type slot met verschillend gevormde tanden, vaak bestaand uit cardinale tanden direct onder de umbo die aan beide zijden geflankeerd worden door de laterale tanden. Kokkel, Halfgeknotte strandschelp.
Hypoplax Tweekleppigen Eén van de accessorische schelpstukken. -
Hypostracum Weekdieren De binnenste laag van de schelp. De weekdierschelp bestaat uit kalk (Calciumcarbonaat) die in verschillende lagen, ieder met een eigen structuur, is afgezet. Het hypostracum, de binnenste laag van de schelp, waar het dier dus tegenaan ligt, bestaat vaak uit parelmoer. -

[bewerk] I

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Involuut Buikpotigen Als de apex van een slakkenhuis niet uitsteekt boven alle andere windingen maar verzonken ligt, en daarnaast elke winding de voorgaande winding (zowel aan de onder- als aan de bovenzijde van de schelp) omvat, dan is de schelp involuut. -
Irriserend Algemeen veelkleurig, alle kleuren van de regenboog vertonend. Onder verschillende hoeken bekeken, vertonen zich andere kleuren. Binnenkant van Platte zwanemossel

[bewerk] J

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Juveniel Algemeen Jong, onvolwassen, niet volgroeid (Zie ook adult) -

[bewerk] K

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Kiel Weekdieren Zie: Carina. -
Klep Tweekleppigen Ook: Losse klep, één van de twee schelphelften van een tweekleppige. -
Knobbel Buikpotigen en tweekleppigen Een sculptuur element. Een afgerond uitsteeksel, niet veel hoger dan breed. -

[bewerk] L

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Lateraal Tweekleppigen Zijdelings; in: 'laterale tanden'. De (meestal) lijstvormige slottanden die aan de binnenzijde van de schelp aan beide zijden van de umbo liggen. Zie ook: heterodont slot. -
Ligament Tweekleppigen De elastische delen van de slotband die de kleppen uiteen duwen. Hieronder vallen zowel het inwendige deel (resilium) als het uitwendige (tensilium). -
Longitudinaal Buikpotigen Zie: Axiaal. -
Losse klep Tweekleppigen Een enkele klep van een tweekleppige. Een half doublet. Wordt gebruikt om bijvoorbeeld bij het tellen van een hoeveelheid schelpen onderscheid te kunnen maken tussen volledige (nl. doubletten) en incomplete dode individuen (halve doubletten of 'losse kleppen'). Het zal duidelijk zijn dat 5 doubletten, niet hetzelfde aantal individuen hoeft te vertegenwoordigen als 10 losse kleppen. De losse kleppen kunnen paarsgewijs bij elkaar horen (5 individuen) maar ook elk een individu vertegenwoordigen waarvan de andere helft verloren is gegaan. -

[bewerk] M

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Mesoplax Tweekleppigen Een accessorisch schelpstuk. Witte boormossel
Mondopening Buikpotigen Ook: Apertura. Opening van de schelp van een slakkensoort waar het dier door in en uit kan schuiven. Bij sommige soorten kan het dier zich niet volledig door de mondopening in het slakkenhuis terugtrekken. Bij bepaalde soorten, meestal kieuwslakken, kan de mondopening worden afgesloten met een operculum. -

[bewerk] N

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Najade Tweekleppigen Een naam voor de familie Unionidae, de Schilders- en Zwanenmossels. Bolle stroommossel, Platte zwanenmossel
Navel Buikpotigen Ook: Umbilicus. De opening aan de basis van een slakkenhuis. Komt alleen voor bij slakkenhuizen met een open spil. De navel kan wel bedekt zijn door de callus. -
Nucleus Buikpotigen (1) De kern of centrum waaromheen een operculum gebouwd is. (2) Het oudste gedeelte van de protoconch. -
Nymph Tweekleppigen Een kalklijst waaraan het ligament is vastgehecht. Zie ook resilium. -

[bewerk] O

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Omgang Buikpotigen Zie: Winding. -
Opaak Algemeen half transparant, meestal matglanzend en bij witte schelpen optredend. Witte dunschaal
Operculum Buikpotigen Het dekseltje waarmee een slakkenhuis kan worden afgesloten. Voornamelijk aanwezig bij kieuwslakken. Het operculum zit vastgegroeid aan het lichaam van het dier en is dus niet op één of andere wijze direct bevestigd aan de schelp. Het kan uit kalk zijn opgebouwd of uit conchyoline. In tegenstelling tot het epifragma wordt een operculum het hele leven door het dier gebruikt. Spitse moerasslak

[bewerk] P

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Periostracum Weekdieren De buitenste laag, de 'opperhuid', van een schelp die bestaat uit conchyoline . Beschermt de uit calciumcarbonaat bestaande schelp tegen biologische en chemische aantasting. -
Prodissoconch Tweekleppigen De schelp die door de planktonische larve van een tweekleppige is aangelegd. De prodissoconch heeft meestal een ander uiterlijk dan de schelp van het oudere dier. De prodissoconch is het equivalent van de protoconch bij de slakken. -
Protoconch Buikpotigen De eerste windingen van een slakkenhuis. In feite de schelp die door de larve van de slak is aangelegd. Afhankelijk van hoe de soort zich ontwikkelt, is de protoconch in het ei aangemaakt of door de planktonische larve. De protoconch heeft meestal een ander uiterlijk dan de schelp van het oudere dier, de teleoconch. De schelp van een slakkensoort bestaat uit de protoconch en de teleoconch. De protoconch is het equivalent van de prodissoconch bij de tweekleppigen. -

[bewerk] R

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Radiaal Tweekleppigen Zie: Radiair. -
Radiair Tweekleppigen Van de top uitstralend. Wordt meestal gebruikt om de sculptuur van een schelp te beschrijven. Ook wel radiaal genoemd. Kokkel of Sint-Jakobsschelp
Resilium Tweekleppigen Het binnenste deel van het ligament. Een elastische prop die zich in een holte (ligamentgroeve of -holte, ook resiliumgroeve genoemd) bevindt en die beide kleppen van de schelp uit elkaar duwt als de sluitspier in rust gaat of verslapt. -
Resiliumgroeve Tweekleppigen Groef bij het slot waarin het ligament is vastgehecht. Ook: ligamentgroeve. Zie ook: nymph -
Reticulaat Tweekleppigen Zie: traliewerksculptuur -
Ribben Weekdieren Een sculptuur element. Min of meer regelmatig afgezette lijstvormige verdikkingen aan de buitenzijde van een schelp. Bij uitzondering ook aan de binnenzijde. Dit is een enigszins relatief begrip: wat de één "radiaal ribjes" noemt, noemt een ander "krachtige groeilijnen". Bij tweekleppigen stralen ribben meestal vanuit de top ('radiair' of 'radiaal') (1), bij slakken spreekt men meestal van ribben als zij paralel aan de as van het slakkenhuis verlopen (2). (1) Kokkel; (2) Wenteltrap
Rugae Tweekleppigen Een sculptuur element. Tot op zekere hoogte diagnostische, relatief grove ribbels op het topgedeelte van Zoetwatermossels (Unionidae), meestal verlopend in een richting die afwijkt van de richting van de groeilijnen. Platte zwanenmossel

[bewerk] S

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Sculptuur Weekdieren De structuur aan de buitenkant van de schelp. Elk oppervlak wat niet volkomen glad is heeft 'sculptuur'. Er zijn vele elementen waaruit sculptuur kan bestaan, veel elementen kunnen ook gecombineerd met andere elementen voorkomen. Voorbeelden zijn: knobbels, ribben, striae, stekels, enz. -
Septum Weekdieren (1) Een apart schot voorkomend bij bepaalde slakken met een nap of kapvormige schelp. (2) Een schot aan de binnenzijde van de schelp direct onder de umbo bij bepaalde tweekleppigen. (1) Muiltje, Smurfslak; (2) Brakwatermossel, Driehoeksmossel.
Sifokanaal Buikpotigen Een goot aan de onderzijde van de mondopening van sommige slakkenhuizen. Bij het levende dier steekt hier de sifo doorheen. Het sifokanaal kan een gesloten buis zijn, maar is meestal half open. Wulk
Slotband Tweekleppigen Een uit organisch materiaal bestaande elastische band die beide schelphelften van een tweekleppige bij elkaar houdt. De band is alleen met de schelp en niet met het dier verbonden. De slotband kan zich zowel buiten als binnen de schelp bevinden. De slotband houdt beide kleppen bij elkaar, maar duwt ze ook uit elkaar. Om de kleppen dicht te krijgen hebben tweekleppigen een sluitspier die beide kleppen naar elkaar toe kan trekken. Gaat het dier dood, dan verdwijnt de aantrekkende kracht van de spier en gaan de schelphelften meestal gapen als gevolg van de tegenovergestelde kracht van de slotband. -
Spil Buikpotigen Ook: Columella. De denkbeeldige (vertikale) as waaromheen een slakkenhuis gewonden is. -
Spiraal sculptuur Buikpotigen Groeven, lijnen of ribben op een slakkenhuis, die evenwijdig aan de windingen (horizontaal) als een soort spiraal over de windingen lopen. Spiralen zijn dus elementen die de groeirichting van een slakkenhuis volgen. Zoals bij de Alikruik.
Striae Weekdieren Een sculptuur element. Fijne lijntjes, kunnen verdiept of juist uitstekend zijn. -
Sutuur Buikpotigen De grenslijn tussen twee windingen. Aan de buitenkant als een naad zichtbaar. -

[bewerk] T

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Tand Weekdieren (1) Een knobbel of korte lijst in de mondopening van een slakkenhuis. (2) Een uitsteeksel aan de binnenkant van de schelp van een tweekleppige, onder of direct aan weerszijden van de umbo deel uitmakend van het slot. Zie ook bij radula -
Teleoconch Buikpotigen Het deel van de schelp van een buikpotige dat wordt aangelegd na de protoconch. De protoconch is de schelp die tijdens het larvale stadium van het dier wordt aangelegd. Proto- en teleoconch zijn meestal verschillend van uiterlijk en duidelijk van elkaar te onderscheiden. De schelp van een slakkensoort bestaat dus uit de protoconch en de teleoconch. -
Top Buikpotigen Ook: Apex. Het oudste deel van de schelp van een slakkensoort, waar de groei is begonnen. Meestal het hoogste punt, behalve als het huis involuut is. Vergelijkbaar met de umbo op de schelp van een tweekleppige. -
Traliewerksculptuur Buikpotigen en tweekleppigen Ook: Reticulaat. Wanneer de sculptuur aan de buitenzijde van een schelp zowel horizontale als verticale ribbels vertoont die elkaar dus kruisen. -
Transversaal Buikpotigen 'Dwarsliggend' - Transversale sculptuur verloopt parallel aan de rand van de buitenlip van de mondopening (mondrand). -
Tuberkel Buikpotigen en tweekleppigen Een sculptuur element. Meestal stomp, knopachtig of wratvormig uitstulpsel, uitsteeksel. -

[bewerk] U

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Umbilicus Buikpotigen Zie: Navel -
Umbo Tweekleppigen Top van de schelp bij tweekleppigen. Het oudste deel van elke tweekleppige waar de groei van de schelp is begonnen. Vergelijkbaar met de apex van een slakkenhuis. -

[bewerk] V

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Varix Buikpotigen Een sculptuur element. Een relatief grove radiaalribbel op een slakkenhuis, een overblijfsel van een oude mondrand. -
Varices Buikpotigen Het meervoud van varix. -

[bewerk] W

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Winding Buikpotigen Ook: Omgang. Wanneer een slakkenhuis tijdens de groei éénmaal volledig om de as gedraaid is dan spreken we van één winding. -

[bewerk] Z

Term Van toepassing op Verklaring Voorbeeld(en)
Zoom Keverslakken Een leerachtige band of gordel die rondom de schelpstukken gelegen is. De zoom is vaak bezet met uitsteeksels zoals stekels, haren, borstels of schubben. -


[bewerk] Zie ook

[bewerk] Externe links

[Glossarium van schelptermen]

[bewerk] Bronnen en referenties

Bronnen en referenties:
  • Bruyne, R.H. de (2004) Veldgids Schelpen. KNNV Uitgeverij, ISBN 90-5011-140-8, 234 pag.
  • Entrop, B. (1972) Schelpen vinden en herkennen. Thieme-Zutphen, 3e druk, 320 pp.
  • Gittenberger, E., Backhys, W., Ripken, Th.E.J. (1984). De landslakken van Nederland. KNNV, Hoogwoud, 184 pp. [2e druk]
  • Gittenberger, E., Janssen, A.W., Kuijper, W.J., Kuiper, J.G.J., Meijer, T., Velde, G. van der & Vries, J.N. de (1998) De Nederlandse zoetwatermollusken. Recente en fossiele weekdieren uit zoet en brak water. Nederlandse Fauna 2. Nationaal Natuurhistorisch Museum Naturalis, KNNV Uitgeverij & EIS-Nederland, Leiden, 288 pp. ISBN 90-5011-201-3
 
in andere talen
Static Wikipedia 2008 (no images)

aa - ab - af - ak - als - am - an - ang - ar - arc - as - ast - av - ay - az - ba - bar - bat_smg - bcl - be - be_x_old - bg - bh - bi - bm - bn - bo - bpy - br - bs - bug - bxr - ca - cbk_zam - cdo - ce - ceb - ch - cho - chr - chy - co - cr - crh - cs - csb - cu - cv - cy - da - de - diq - dsb - dv - dz - ee - el - eml - en - eo - es - et - eu - ext - fa - ff - fi - fiu_vro - fj - fo - fr - frp - fur - fy - ga - gan - gd - gl - glk - gn - got - gu - gv - ha - hak - haw - he - hi - hif - ho - hr - hsb - ht - hu - hy - hz - ia - id - ie - ig - ii - ik - ilo - io - is - it - iu - ja - jbo - jv - ka - kaa - kab - kg - ki - kj - kk - kl - km - kn - ko - kr - ks - ksh - ku - kv - kw - ky - la - lad - lb - lbe - lg - li - lij - lmo - ln - lo - lt - lv - map_bms - mdf - mg - mh - mi - mk - ml - mn - mo - mr - mt - mus - my - myv - mzn - na - nah - nap - nds - nds_nl - ne - new - ng - nl - nn - no - nov - nrm - nv - ny - oc - om - or - os - pa - pag - pam - pap - pdc - pi - pih - pl - pms - ps - pt - qu - quality - rm - rmy - rn - ro - roa_rup - roa_tara - ru - rw - sa - sah - sc - scn - sco - sd - se - sg - sh - si - simple - sk - sl - sm - sn - so - sr - srn - ss - st - stq - su - sv - sw - szl - ta - te - tet - tg - th - ti - tk - tl - tlh - tn - to - tpi - tr - ts - tt - tum - tw - ty - udm - ug - uk - ur - uz - ve - vec - vi - vls - vo - wa - war - wo - wuu - xal - xh - yi - yo - za - zea - zh - zh_classical - zh_min_nan - zh_yue - zu -

Static Wikipedia 2007 (no images)

aa - ab - af - ak - als - am - an - ang - ar - arc - as - ast - av - ay - az - ba - bar - bat_smg - bcl - be - be_x_old - bg - bh - bi - bm - bn - bo - bpy - br - bs - bug - bxr - ca - cbk_zam - cdo - ce - ceb - ch - cho - chr - chy - co - cr - crh - cs - csb - cu - cv - cy - da - de - diq - dsb - dv - dz - ee - el - eml - en - eo - es - et - eu - ext - fa - ff - fi - fiu_vro - fj - fo - fr - frp - fur - fy - ga - gan - gd - gl - glk - gn - got - gu - gv - ha - hak - haw - he - hi - hif - ho - hr - hsb - ht - hu - hy - hz - ia - id - ie - ig - ii - ik - ilo - io - is - it - iu - ja - jbo - jv - ka - kaa - kab - kg - ki - kj - kk - kl - km - kn - ko - kr - ks - ksh - ku - kv - kw - ky - la - lad - lb - lbe - lg - li - lij - lmo - ln - lo - lt - lv - map_bms - mdf - mg - mh - mi - mk - ml - mn - mo - mr - mt - mus - my - myv - mzn - na - nah - nap - nds - nds_nl - ne - new - ng - nl - nn - no - nov - nrm - nv - ny - oc - om - or - os - pa - pag - pam - pap - pdc - pi - pih - pl - pms - ps - pt - qu - quality - rm - rmy - rn - ro - roa_rup - roa_tara - ru - rw - sa - sah - sc - scn - sco - sd - se - sg - sh - si - simple - sk - sl - sm - sn - so - sr - srn - ss - st - stq - su - sv - sw - szl - ta - te - tet - tg - th - ti - tk - tl - tlh - tn - to - tpi - tr - ts - tt - tum - tw - ty - udm - ug - uk - ur - uz - ve - vec - vi - vls - vo - wa - war - wo - wuu - xal - xh - yi - yo - za - zea - zh - zh_classical - zh_min_nan - zh_yue - zu -

Static Wikipedia 2006 (no images)

aa - ab - af - ak - als - am - an - ang - ar - arc - as - ast - av - ay - az - ba - bar - bat_smg - bcl - be - be_x_old - bg - bh - bi - bm - bn - bo - bpy - br - bs - bug - bxr - ca - cbk_zam - cdo - ce - ceb - ch - cho - chr - chy - co - cr - crh - cs - csb - cu - cv - cy - da - de - diq - dsb - dv - dz - ee - el - eml - eo - es - et - eu - ext - fa - ff - fi - fiu_vro - fj - fo - fr - frp - fur - fy - ga - gan - gd - gl - glk - gn - got - gu - gv - ha - hak - haw - he - hi - hif - ho - hr - hsb - ht - hu - hy - hz - ia - id - ie - ig - ii - ik - ilo - io - is - it - iu - ja - jbo - jv - ka - kaa - kab - kg - ki - kj - kk - kl - km - kn - ko - kr - ks - ksh - ku - kv - kw - ky - la - lad - lb - lbe - lg - li - lij - lmo - ln - lo - lt - lv - map_bms - mdf - mg - mh - mi - mk - ml - mn - mo - mr - mt - mus - my - myv - mzn - na - nah - nap - nds - nds_nl - ne - new - ng - nl - nn - no - nov - nrm - nv - ny - oc - om - or - os - pa - pag - pam - pap - pdc - pi - pih - pl - pms - ps - pt - qu - quality - rm - rmy - rn - ro - roa_rup - roa_tara - ru - rw - sa - sah - sc - scn - sco - sd - se - sg - sh - si - simple - sk - sl - sm - sn - so - sr - srn - ss - st - stq - su - sv - sw - szl - ta - te - tet - tg - th - ti - tk - tl - tlh - tn - to - tpi - tr - ts - tt - tum - tw - ty - udm - ug - uk - ur - uz - ve - vec - vi - vls - vo - wa - war - wo - wuu - xal - xh - yi - yo - za - zea - zh - zh_classical - zh_min_nan - zh_yue - zu