Slag bij de Marne
Van Wikipedia
De slag bij de Marne werd uitgevochten tussen het Franse en het Duitse leger van 6 september 1914 tot 9 september 1914. Er was ook nog een tweede veldslag van 15 tot 18 augustus 1918.
Eind augustus 1914 trok het Britse expeditieleger zich zuidwaarts terug. Hierdoor ontstond bij het eerste Duitse leger van Von Kluck het idee dat de Britten verslagen waren. Ondertussen was Von Bülow slaags geraakt met het Franse vijfde leger en vroeg hij Von Kluck om hulp. Deze stemde toe, zonder medeweten van Von Moltke waardoor er een gat ontstond in de Duitse linies. De Fransen, onder leiding van maarschalk Joffre, maakten hiervan gebruik om een tegenaanval uit te voeren. Het pas opgerichte 6de leger zou hierin een belangrijke rol spelen en rukte op naar de Marne waar ze hevige gevechten met de Duitsers aangingen. Generaal Gallieni, de militaire gouverneur van Parijs vorderde zelfs taxi's op om versterkingen naar het front te laten voeren.
Het eerste en het tweede Duitse leger moesten zich terugtrekken en konden het gat in hun linies enkel dichten omdat de Fransen qua logistiek hun eigen tegenaanval amper konden volgen. De Duitsers waren genoodzaakt zich achter de Aisne terug te trekken. De Duitse opmars was gestopt; de loopgravenoorlog nam een aanvang.
