Sodomsappel
Van Wikipedia
Sodomsappel | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Sodomsappel in Portugal |
|||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
soort | |||||||||||||||||||
Solanum sodomaeum |
De sodomsappel (Solanum sodomaeum) is een 0,5 – 3 meter hoge, stekelige, halfverhoutte struik. De plant heeft dikke twijgen met talrijke, lichtgele, tot 1,5 cm lange stekels en spaarzame sterharen. De bladeren zijn afwisselend geplaatst, eivormig, 5 - 18 cm lang met talrijke stekels. Het blad heeft tot de middennerf afgeronde, gegolfde lobben, die ook weer gelobd zijn en aan de bovenzijde spaarzaam en aan de onderzijde dicht bezet zijn met sterharen.
De sodomsappel bloeit van mei tot september. De bloemen groeien solitair of met tot zes stuks in bloemschermen in de bladoksels. De 2,5 – 3 cm brede, stervormige bloem bestaat uit vijf. mauve, donkergeaderde kroonbladeren . De 2 - 3 cm grote, afgeronde vruchten zijn onrijp groengemarmerd en worden rijp glanzend geel tot bruin. De vruchten zijn giftig.
De sodomsappel is inheems in Zuid-Afrika en is nu verwilderd in Zuid-Europa en Noordwest-Afrika. De plant komt vooral voor aan de kust in de buurt van zandstranden, wegbermen en op vuilstortplaatsen.