Twaalfde Elfstedentocht
Van Wikipedia
Elfstedentocht |
---|
Elfstedentochten voor 1909 |
De Twaalfde Elfstedentocht van 18 januari 1963 is de geschiedenis ingegaan als meest barre ooit.
Inhoud |
[bewerk] De weersomstandigheden
Geen Elfstedentocht was zo zwaar als die van 18 januari 1963. Het vroor bij de start 18° Celsius. De stormachtige oostenwind zorgde ervoor dat het voor het gevoel extreem koud was. Daarnaast was er veel stuifsneeuw. Dit terwijl over Friesland al een pak van 20 cm sneeuw lag. Het ijs was op veel plekken amper begaanbaar. In het ijs zaten ontelbare scheuren, hobbels en spleten.
[bewerk] De start
Net als bij de Elfde Elfstedentocht was de start van de Twaalfde Elfstedentocht bij Posthuma's Spuitingrichting aan de Verlengde Schrans in Leeuwarden. Nadat Jan de Jong het deuren openschoof renden de wedstrijdrijders wederom naar het Van Harinxmakanaal om de schaatsen onder te binden. Het publiek, dat ook in grote getale het ijs op kwam zorgde voor een te zware druk. Scheuren verschenen in het ijs waardoor water naar boven kwam. Snel schoof de massa naar de kant. De vele scheuren op het ijs zorgden ervoor dat iedereen die snelheid probeerde te maken al snel ten val kwam. Met de banken waarop de schaatsen ondergebonden waren nog in zich deden zich de eerste valpartijen al voor. Desondanks wist een groep van ongeveer vijftig man zich van de grote massa los te maken.
[bewerk] Leeuwarden-Bolsward
In deze grote kopgroep zaten vrijwel alle favorieten. De groep kwam om twee minuten over half acht de grachten van Sloten opschaatsen. Door het slechte ijs bleef het tempo van de schaatsers laag. Alleen al over het stuk naar Sloten deden zij er 19 minuten langer over dan de kopgroep van de voorgaande Elfstedentocht. Op weg naar Workum reed Reinier Paping geregeld op kop. Soms sloeg hij een gat tussen hem en het peleton. Een paar kilometer voor Workum liep hij zomaar honderd meter uit, en deed de kopgroep een succesvolle poging hem weer op te slokken. Na het stempelen was het opnieuw Paping die in hoog tempo richting Bolsward koerste. Hij rukte de kopgroep uitelkaar, want alleen de sterksten wisten bij hem in de buurt te blijven. Met alleen Jeen van den Berg, Anton Verhoeven, Jan van der Hoorn, Jan Uitham en Albert Weys bij zich schaatste hij in een onverminderd tempo voort. Onder de klokslag van Bolsward moesten Albert Weys en Jan van der Hoorn afhaken omdat zij het tempo niet meer konden bijbenen. Vier man schaatsen Bolsward binnen om de volgende 100 kilometer van de tocht af te leggen.
[bewerk] Bolsward-Leeuwarden
Paping, schijnbaar onvermoeibaar, deed in de buurt van Witmarsum opnieuw een vluchtpoging. Hij liep enkele honderden meters op de drie andere mannen. Toen hij Harlingen binnenschaatste kwam hij er achter dat hij drie minuten voorlag op zijn achtervolgers. Deze achtervolgersploeg bestond inmiddels weer uit vier man omdat Albert Weys weer aansluiting had gevonden bij de groep. Lang hield hij het niet vol, want in Franeker kwamen van den Berg, Verhoeven en Uitham zonder Weys afstempelen. Bij de stempelpost kregen zij te horen dat Paping inmiddels 11 minuten op hen voor lag. Bij Vrouwbuurtstermolen, waar het ijs onberijdbaar was, trok Paping zijn schaatsen uit en draafde hij door de sneeuw naar een beter bereidbaar gedeelte. Toen zijn achtervolgers geruchten hoorden dat Paping zo vermoeid was dat hij zijn schaatsen had uitgetrokken gaf dit hen moed om verder te schaatsen. Vlak voor Dokkum moest Verhoeven afhaken omdat hij Jeen van den Berg en Jan Uitham niet meer kon bijhouden. Toen zij Paping tegenkwamen, die alweer op de terugweg was, zonk de hoop dat zij hem nog zouden kunnen inhalen weg maar zetten zij desondanks hun tocht voort.
[bewerk] De finish
Bij de Groote Wielen, even buiten Leeuwarden verzamelde zich een grote menigte om de schaatsers te kunnen zien binnenkoomen. Groot was de senatie toen er twee helicopters landen die Konigin Juliana en Prinses Beatrix brachten. De mensenmassie die op het krakende ijs stond maakte dat het ijs kon breken, met een grote ramp tot gevolg. Het lukte de politie en het Elfstedenbestuur niet om de masse op de wal te laten toekijken. Wegens het gevaar besloten Konigin Juliana en Prinses Beatrix om de finish vanaf de kant te bekijken. Toen eenling Reinier Paping na de lange tocht eindelijk bij de finish aankwam, in een tijd van 10 uur en 59 minuten, stond hem een ongekende ovade te wachten. De honderden verzamelde mensen juichten hem toe en er ontstond zo'n chaos dat hij nog niet gehuldigd kon worden.
[bewerk] Uitslag
Positie | Naam | Woonplaats | Tijd |
---|---|---|---|
1 | Reinier Paping | Ommen | 10.59 |
2 | Jan Uitham | Noorderhogebrug | 11.21 |
3 | Jeen van den Berg | Heerenveen | 11.23 |
4 | Albert Weijs | Blankenham | 11.23.30 |
5 | Henk Ottema | Tolbert | 11.33 |
6 | Henk Arends | Goingahuizen | 11.33 |
7 | Max Uitham | Noorderhogebrug | 11.34 |
8 | Aad de Koning | Purmerend | 11.37 |
9 | Piet Venema | Heerenveen | 11.38 |
10 | F. Veldstra | Akkrum | 11.41 |
[bewerk] De schaatsers
Terwijl Paping toegejuicht werd waren de andere schaatsers nog bezig met het afleggen van de tocht. Het weer werd slechter en slechter. Schaatsers hadden moeite om de goede richting te vinden en vele werden sneeuwblind. Anton Verhoeven botste zelfs blindelings tegen een woonschuit op. Vaak bonden de rijders de schaatsen af om gedeelten te voet af te leggen. Het uitvalpercentage van de tocht is legendarisch geworden. Van de 568 wedstrijdrijders wisten slechts 57 binnen de vereiste 2 uur na de winnaar binnen te komen. Van de 9294 toertochters die aan de tocht waren begonnen konden er aan het eind van de dag slechts 69 het Elfstedenkruisje in hun handen houden.