Tweeverdiener

Van Wikipedia

Met een tweeverdiener wordt bedoeld de helft van een echtpaar of ander samenwonend stel, eventueel met kinderen, waarvan beiden een eigen inkomen verwerven via betaald werk.

Door de emancipatie van vrouwen in het laatste kwart van de twintigste eeuw, zijn veel vrouwen een opleiding gaan volgen waarmee hun kansen op de arbeidsmarkt zijn gestegen. Het grootste deel van hen, wil die opleiding gebruiken in een bepaalde baan. Het traditionele gezin, dat oorspronkelijk bestond uit een werkende man (de kostwinner), een niet-werkende huisvrouw en kinderen verdwijnt hierdoor steeds meer. Soms zal de mannelijke echtgenoot ervoor kiezen om huisman te worden, maar in veel gevallen gaan beide echtgenoten werken. Door het hogere inkomen worden zij tweeverdieners genoemd. Ter onderscheiding wordt een gezin met één werkende partner alleenverdiener genoemd. Gezinnen waarin één partner een volledige en één partner (meestal de vrouw) een parttime baan heeft worden wel anderhalfverdieners genoemd. Daarnaast worden nog de alleenstaanden en de eenoudergezinnen onderscheiden.

Door de opkomst van tweeverdieners is maatschappelijk veel veranderd. In 1997 was al vijf van de zes paren jonger dan 35 tweeverdiener. Veel gezinnen hebben twee auto's, wat de behoefte aan parkeergelegenheid in woonwijken vergroot. Ook het boodschappen doen is totaal van karakter veranderd.

Oorspronkelijk (rond de jaren 70 van de twintigste eeuw) werd de vrouwelijke helft van de tweeverdieners nog met de nodige vooroordelen om niet te zeggen verwijten bekeken door de traditioneler denkende mensen. Aan het begin van de eenentwintigste eeuw is dit omgekeerd. Vrouwen die juist kiezen om niet te werken en om full-time moeder te zijn worden verwijtend aangekeken en moeten zich hiervoor bijna excuseren.

[bewerk] Regelingen voor tweeverdieners in Nederland

Voor de inkomstenbelasting worden tweeverdieners afzonderlijk aangeslagen. Door het bestaande progressieve tarief en de arbeidskorting betalen tweeverdieners meestal minder belasting dan een alleenverdiener met hetzelfde gezinsinkomen. Alleenverdieners hebben in het huidige stelsel echter wel recht op de algemene heffingskorting voor de niet werkende partner. Bij de vaak negatieve inkomsten uit het eigen huis kunnen tweeverdieners de fiscaal gunstigste oplossing kiezen. De inkomensafhankelijke ziektekostenpremie wordt voor beide partners afzonderlijk berekend, zodat tweeverdieners meer bijdragen aan de gezondheidszorg dan alleenverdieners met hetzelfde gezinsinkomen. Tot 2006 gold dit alleen voor ziekenfondsverzekerden, na de herziening van de ziektekostenverzekering geldt het voor alle tweeverdieners. Voor andere inkomensafhankelijke regelingen wordt weer uitgegaan van het gezinsinkomen. Daardoor komen tweeverdieners bijvoorbeeld vrijwel nooit in aanmerking voor een goedkope huurwoning.

Door de opbouw van de belastingtarieven dragen tweeverdieners ook meer bij aan de AOW en de AWBZ, maar anders dan in landen met een ouderdomsverzekering ontvangen zij evenveel AOW als een paar met slechts één kostwinner. Indien beide partners een pensioen hebben opgebouwd profiteren zij ook dubbel van het lagere belastingtarief voor ouderen. Fiscalisatie van de AOW treft tweeverdieners dan ook sterker dan alleenverdieners.

[bewerk] Politieke strijdpunten

In hun verkiezingsprogramma voor 2006 willen verschillende partijen, waarbij opmerkelijk genoeg het CDA, de algemene heffingskorting voor de niet werkende partner op termijn afschaffen. Het belangrijkste strijdpunt is echter de regeling van de kinderopvang. Aan de ene kant staan onder andere PvdA en VVD, die deze door de overheid willen laten betalen, aan de andere kant de Christen Unie, die ouders een bedrag wil geven dat zij naar believen kunnen gebruiken voor kinderopvang of als aanvulling van het inkomen van de alleenverdiener.

[bewerk] Zie ook

Een speciale categorie tweeverdieners vormen de yuppies, dat zijn mensen met een hoog inkomen, die vooral gekarakteriseerd worden door hun materialisme. Yuppies hebben geen kinderen, tweeverdieners over het algemeen wel.