Vari
Van Wikipedia
Vari IUCN-status: Bedreigd[1] |
|||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() |
|||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
|
|||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Varecia variegata Kerr, 1792 |
De vari, bonte maki of gekraagde maki (Varecia variegata) is een halfaap uit de familie der maki's (Lemuridae). Het is een van de twee soorten vari's, de andere soort is de rode vari (Varecia rubra). Vaak worden de twee soorten tot dezelfde soort gerekend. De vari is de grootste soort maki.
De vari is 51 tot 60 centimeter lang en 3,2 tot 4,5 kilogram zwaar. De staart is vrij lang, 56 tot 65 centimeter. De snuit is vrij lang. De dichte vacht is lang en zacht, maar het gezichtshaar is korter dan de overige haren. Een dikke kraag loopt in de nek en om het gezicht, waar het de oren bedekt. De dikke, lange staart, het gezicht, de schouders, borst, flanken, handen en voeten zijn zwart van kleur, de rug, kraag en delen van de ledematen zijn wit. De hoeveelheid zwart verschilt per individu.
De vari bewoont de regenwouden van Noordoost- en Oost-Madagaskar, tussen de Mananararivier in het zuiden en de Antainambalanarivier in het noorden. De Antainambalana vormt de grens met het verspreidingsgebied van de rode vari.
De vari leeft voornamelijk in bomen en is een goede klimmer. Hij waagt zich zelden op de grond. De vari is in de schemering en in de vroege nacht actief. Overdag houdt hij zich schuil in een verlaten nest (bijvoorbeeld van roofvogels) of een boomholte. Vaak neemt het dier in de vroege ochtendzon een zonnebad, waarbij hij met zijn gezicht naar de zon ligt. In de avond laat hij herkenbare luide roepen horen. Hij voedt zich meer dan andere maki's met zachte vruchten. Het dieet vult hij aan met bladeren, schors, insecten, kleine gewervelden en vogeleieren.
De vari leeft in groepen van twee tot twintig dieren (gemiddeld vier à vijf). Het territorium wordt verdedigd door de verscheidene dominante vrouwtjes in de groep. De twee à drie jongen (soms één of vier) worden geboren na een draagtijd van 90 tot 102 dagen, korter dan bij andere maki's. Het geboortenest is door de moeder gebouwd van bladeren en haar eigen dons in een boomholte of de vork van een tak. Hier blijven ze de eerste drie weken van hun leven. Later worden ze gedragen in de bek van de moeder. Na een maand of vier zijn het net zulke goede klimmers als volwassen dieren.