Almohaden
Van Wikipedia
De dynastie der Almohaden (afgeleid van het Arabische الموحدون al-Muwahhidun, "de monotheïsten" of "de unitaristen") was een Berberse moslimdynastie die in de 12e en 13e eeuw over de Maghreb en Spanje regeerde.
Inhoud |
[bewerk] Ontstaan
De dynastie is ontstaan uit een islamitische sekte die was gesticht en geïnspireerd door Mohammed ibn Toemart (ca. 1078–1129), een Berber uit de Anti-Atlas. Deze formuleerde een doctrine die een zuivering van het islamitische geloof inhield, en verdedigde een enge opvatting van de eenheid Gods. Toen Ibn Toemart in Marokko tegen de Almoraviden begon te prediken, moest hij vluchten; hij trok zich terug in het Atlasgebergte. Daar stichtte hij een soort Berberstaat.
Hij riep zichzelf uit tot mahdi en zondeloos imam en verklaarde zich absoluut meester van zijn gemeente, zowel in wereldlijk als in godsdienstig opzicht (1121–1122). Omdat de Almoraviden waren afgeweken van het rechte pad van het geloof, verklaarde hij hun de heilige oorlog. Hij behaalde echter weinig militaire successen en sneuvelde tijdens een mislukte aanval op Marrakech (1129).
[bewerk] Machtsuitbreiding
Ibn Toemart werd opgevolgd door zijn belangrijkste volgeling, Abd al-Moe’min (gest. 1163), die de titels aannam van khalifatoe l-mahdi (= plaatsvervanger van de mahdi) en amir al-moe’minin (= bevelhebber van de gelovigen), welke laatste was voorbehouden aan de kalief. In 1139 begon hij een zevenjarige veldtocht tegen de Almoraviden. Na een lang beleg werd in 1147 de stad Marrakech ingenomen, die de hoofdstad van de Almohaden werd en waar de laatste Almoravidenvorst, Isjak, de dood vond. In twee veldtochten (1151–1152 en 1159) veroverde Abd al-Moe’min ook Ifrikija en zijn gezag strekte zich uit tot in Tripolitanië en Cyrenaica. Zo bracht hij al de Berbers onder één heerschappij. Ondertussen intervenieerde hij met succes in Spanje, waar de Andalusische emirs sinds de val van de Almoraviden een zelfstandige politiek voerden en de christenen gebieden veroverden. Hij nam Sevilla (1147), Córdoba en Jaén (1148), Málaga (1153), Granada (1154) en Almería (1157). Abd al-Moe’min ontpopte zich als een groot organisator en administrator, herstelde de orde, breidde de vloot uit, onderhield stabiele betrekkingen met Genua en stichtte in 1157 de stad Gibraltar. Door zijn anti-joodse houding verlieten veel joden het land, o.a. de wijsgeer Maimonides, die de wijk nam naar Egypte; anderen vluchtten naar het christelijke Spanje, waar Toledo hun nieuwe centrum werd. Al-Moemin bevorderde de bouwkunst en deed zich kennen als beschermer van wetenschap en kunsten.
Abd al-Moe’min werd opgevolgd door zijn zoon Jakoeb Joesoef (gest. 1184), die erin slaagde de rest van Moors Spanje te veroveren. Deze werd opgevolgd door zijn neef Aboe Joesoef Jakoeb al-Mansoer (gest. 1199), die o.m. een schitterende overwinning behaalde op Alfons VIII van Castilië (Alarcos, 19 juli 1195).
[bewerk] Neergang
Deze nederlaag bewoog de christenen ertoe zich te verenigen in de strijd tegen de islam. In 1212 wisten de verenigde legers van Alfons VIII van Castilië, Peter II van Aragón en Sancho III van Navarra bij Las Navas de Tolosa (ten zuiden van de Sierra Morena) het leger van Mohammed III al-Nasir, de opvolger van Aboe Joesoef, te verslaan. Van toen af daalde de macht van de Almohaden, ondanks de verovering van Mallorca, en zowel in Spanje als in Noord-Afrika viel hun rijk uiteen. In 1269 vond de laatste Almohade, Aboe al-Oela Aboe Dabboes, de dood in de slag bij Duquela (Marokko), waarop de dynastie van de Mariniden zich in Marokko vestigde. Met de politieke macht van de Almohaden ging ook hun godsdienstige beweging, die al lang in haar oorspronkelijke zuiverheid aangetast was, ten onder.
[bewerk] Bouwkunst
Van de militaire bouwwerken uit de periode van de Almohaden zijn slechts enkele stadsbolwerken en ribats (versterkte derwisjkloosters) overgebleven. Van de zeer belangrijke kerkelijke bouwkunst getuigen in Marokko nog drie moskeeën: die te Tinmel, Marrakech (Koetoebijja) en Rabat (moskee van Hasan) (alle 12de eeuw). De minaretten van de Koetoebijja zijn beroemd, evenals de Giralda, de Almohadentoren van Sevilla, het enige overblijfsel van de moskee die daar ca. 1171 werd gebouwd, maar plaats moest maken voor de kathedraal. Opvallend aan deze drie torens is de versiering van de gevels met veellobbige, scherpe bogen, die elkaar overlappen en ruitvormig schijnen.
[bewerk] Bronnen
Bronnen en referenties: |
http://nl.encarta.msn.com/encyclopedia_1021501386/Almohaden.html |
Dit artikel is een beginnetje over geschiedenis. U wordt uitgenodigd op bewerk te klikken om uw kennis aan dit artikel toe te voegen. | ![]() |