Asymmetrische cryptografie
Van Wikipedia
Bij asymmetrische cryptografie (zoals RSA) wordt gebruik gemaakt van twee aparte sleutels: één sleutel wordt gebruikt om de informatie te coderen (vercijferen) en de tweede sleutel om de informatie weer te decoderen (ontcijferen). Bij de andere methode, de symmetrische cryptografie, wordt één en dezelfde sleutel gebruikt voor zowel coderen als decoderen.
Voordeel van de asymmetrische cryptografie is, dat men door het verstrekken van de ene dan wel de andere sleutel kan kiezen wie de versleutelde informatie kan lezen en ook wie allemaal informatie kan versleutelen.
De toepassingen maken het principe het duidelijkst. Stel voor dat ik een sleutelpaar bezit. Door één sleutel gewoon in media te publiceren (bijvoorbeeld op een website of als ondertekening van een e-mail) wordt die sleutel de publieke sleutel van mijn set sleutels. Iedereen die mij een bericht wil sturen dat geheim moet blijven kan nu de publieke sleutel gebruiken om de informatie te vercijferen. Daarna kan het vercijferde bericht worden verzonden.
Alleen ikzelf kan het bericht weer ontcijferen, omdat ikzelf als enige de geheime privé-sleutel heb, benodigd om het bericht te ontcijferen. Alle anderen hebben wel een sleutel om te vercijferen, maar niet om te ontcijferen. Hierdoor blijft het bericht voor iedereen onleesbaar, behalve voor mij.
Andersom zou ik een bericht dat ik verzend kunnen voorzien van een controlegetal dat afhankelijk is van de inhoud, bijvoorbeeld een MD5-sum. Het is hierbij belangrijk dat er niet eenvoudig een ander bericht te maken is met hetzelfde controlegetal, omdat anders alsnog anderen zich als jou kunnen voordoen. Door dat controlegetal met mijn geheime privé-sleutel te vercijferen en het resultaat mee te sturen, geef ik iedereen de mogelijkheid om met mijn publieke sleutel het controlegetal te ontcijferen. Door opnieuw zelf een controlegetal van de inhoud te bepalen en het resultaat te vergeleken met de ontcijferde waarde, weet men vrijwel zeker dat het bericht van mij afkomstig moet zijn. Immers: alleen ik bezit de sleutel om die informatie te kunnen vercijferen (coderen).
Deze vorm van cryptografie wordt onder andere gebruikt bij PGP.