Ethelbald van Mercia
Van Wikipedia
Ethelbald was koning van Mercia (Engeland) van 735 tot 757. Hij fungeerde ook als Bretwalda.
Ethelbald bracht zijn jeugd door in ballingschap, volgens zijn biografie door Guthlac van Crowland, die hem en zijn volgelingen vaak onderdak en bescherming bood. Na de dood van Ceolred (koning van Mercia van 709 tot 716) keerde hij terug als diens opvolger.
Ethelbald vestigde met succes de macht van Mercia over het zuiden van Engeland. In het begin van zijn periode was de invloed van Wessex nog zeer groot, maar na de dood van koning Ine van Wessex in 726 veranderde dit. Er ontstond onenigheid over zijn opvolging. Nadat Ethelheard (koning van Wessex van 726 tot 740) de troon had opgeëist moest hij genoegen nemen met een regering onder het gezag van Mercia. Dit kan het gevolg zijn geweest van het feit dat Ethelbald zijn aanspraak op de troon had gesteund. Niettemin was er sprake van wrijving, aangezien Ethelbald naar Wessex optrok.
Ook maakte Ethelbald gebruik van de afwezigheid van Eadbert van Northumbria (die in gevecht was gewikkeld met de noordelijke Picten) om diens gebied binnen te vallen en York plat te branden.
Gedurende zijn hele regeringsperiode was hij in strijd met de Welsh. In 722 werd Mercia door hen verslagen. In 743 trokken Ethelbald en Eethelheards opvolger Cuthred samen op tegen de Welsh.
Cuthred was vastbesloten de hegemonie van Mercia over Wessex te beëindigen en hij versloeg Ethelbald in een slag in 752. Dit bracht enig jaren van redelijke onafhankelijkheid, maar aan het eind van zijn leven wist Ethelbald de oude situatie te herstellen.
In 746 of 747 ontving Ethelbald een brief van Bonifatius, de bisschop van Mainz, waarin hem zijn gedrag werd verweten ten opzichte van kerkelijke eigendommen en nonnen. Ook zou hij volgens deze brief een slecht voorbeeld zijn voor zijn onderdanen.
In 757 werd hij gedood door zijn lijfwacht. De aanleiding was wellicht een vete, maar het kan ook het werk zijn geweest van zijn kortstondige opvolger Beornred. Hij werd begraven in Repton.