Holpijp
Van Wikipedia
Holpijp | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
![]() Aar |
|||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
|
|||||||||||||
soort | |||||||||||||
Equisetum fluviatile L. (1753) |
|||||||||||||
![]() |
De holpijp (Equisetum fluviatile L.) is een overblijvende plant die behoort tot de paardenstaartenfamilie. De plant komt van nature voor op het noordelijk halfrond.
De plant wordt 30 tot 100 cm hoog en heeft een heldergroene tot bruine, gladde, holle en onvertakte stengel. Later kunnen de stengels aan de bovenkant wel vertakt zijn. De centrale holte is groot en omvat driekwart tot negentiende van de doorsnede van de stengel. Op de 4 tot 8 mm dikke stengel zitten 14 tot 30 witachtige strepen. De tot 12 mm lange, groene tot bruine stengelscheden hebben 15 tot 30, smalle driehoekige tanden. De zwartachtige tanden hebben een groene voet. De holpijp vermeerdert zich hoofdzakelijk vegetatief met wortelstokken.
Van mei tot juli verschijnen er vruchtbare stengels met 15 tot 25 mm lange sporenaren aan de bovenkant. De aar heeft een ronde bovenkant en bestaat uit sporangioforen. Aan de onderkant van de schildvormige sporangiofoor zitten 15 tot 20, zakvormige sporangiën.
De plant verspreidt zich via sporen die uitgroeien tot een prothallium of voorkiem waarna de bevruchting kan plaatsvinden. De sporen hebben twee, smalle springdraden (elateren), die in droge toestand om de sporen zijn gewikkeld, wanneer ze nat worden strekken ze zich en duwen de sporen uit de aar.
De plant komt voor in ondiep, matig voedselrijk, zoet water in sloten, moerassen en moerasbossen.
[bewerk] In andere talen
- Duits: Teich-Schachtelhalm
- Engels: Water Horsetail
- Frans: Prêle des eaux
![]() |
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden op de pagina Equisetum fluviatile op Wikimedia Commons. |