Lettice Knollys
Van Wikipedia
Lettice Knollys (Rotherfield Greys, Oxfordshire, Engeland, ? 1540 - 25 december 1634) was de dochter van Lord Francis Knollys, en Lady Catherine Carey, de dochter van Mary Boleyn, de zus van Anna Boleyn. Door deze afstamming is Lettice de achternicht van Elizabeth I.
Tijdens de regeerperiode van Maria I van Engeland ("Bloody Mary") vlucht de familie Knollys naar Zwitserland. Als Elizabeth aan de macht komt, keert de familie terug, en wordt Lettice hofdame van de koningin.
Rond 1560 huwt Lettice met Walter Devereux, Burggraaf Hereford. Wegens zijn diensten aan de koningin wordt hij in 1572 Graaf van Essex, zodat Lettice gravin wordt. Lettice en haar man wonen in het landelijke Staffordshire, maar ze kan er niet aarden, en keert daarom naar het hof terug. In deze periode (rond 1565) begint ze een affaire met Robert Dudley, de Graaf van Leicester en grote favoriet van de koningin. De koningin krijgt vermoedens van de affaire, en stuurt Lettice naar huis terug. In 1566 krijgt ze daar zoon Robert Devereux en in 1570 nog een zoon Walter. Er bestaan sterke vermoedens dat Dudley de vader is van deze twee, in plaats van haar man Walter.
Haar man sterft in Ierland aan dysenterie in 1576, waarna zij en Lord Dudley in het geheim trouwen. De vader van Lettice verplicht hen echter om in een nieuwe ceremonie te huwen, waarbij hij als getuige kan optreden. Als de koningin hiervan hoort, verbant zij Lettice van het hof, en noemt haar "die wolvin". Lettice en Robert Dudley krijgen maar een wettelijk kind, in 1579, Robert, maar hij sterft op de leeftijd van vier jaar.
Ondanks het feit dat Lettice nog steeds niet welkom is aan het hof, woont zij samen met haar man in Londen, waar zij door de bevolking dikwijls verward wordt met haar nicht, de koningin, waar zij inderdaad wel iets van wegheeft.
Robert Dudley wordt aangesteld als hoofd van de troepen die de Spaanse Armada moeten aanvallen, maar voor hij die taak kan uitvoeren, sterft hij in 1588. Nog geen jaar later huwt Lettice, tot afschuw van de koningin, de heer Christopher Blount, die 25 jaar jonger is dan zij.
Robert Devereux, de tweede graag van Essex, probeert om zijn moeder en de koningin met elkaar te verzoenen, maar dit lukt niet, en de verbanning van Lettice blijft een feit.
Lettice leefde nog tot haar 95ste in de Midlands, waar zij sterft op 25 december 1634. Ze wordt begraven naast Robert Dudley, dichtbij het graf van hun zoon. In de laatste jaren van haar leven verricht ze nog vele goede daden voor de armen uit haar buurt.
Lettice is een voorouder van veel Engelse notabelen, onder wie Winston Churchill en Diana, prinses van Wales.