Ontgroening (studenten)
Van Wikipedia
Een ontgroening (in Nederland; in Vlaanderen wordt dit doop genoemd), is een beproeving die potentiële nieuwe leden van een (studenten)organisatie of vereniging tijdens hun verplichte introductietijd moeten doorstaan, voordat ze officieel kunnen worden ingewijd. Die officiële inwijding wordt in Nederland inauguratie genoemd. In Vlaanderen heet die officiële inwijding bij studentenverenigingen ontgroening.
Het beproevingsritueel bestaat meestal uit een reeks plagerijen en vernederingen die de aspirant-leden moeten doorstaan. De term ontgroening wordt in Nederland gebruikt voor dergelijke rituelen in onder meer de studentenwereld, de scheepvaart en het leger. Bij studenten was kaalscheren van nuldejaars gebruikelijk; kersverse zeelieden kregen bij het passeren van de evenaar te maken met een Neptunusritueel; in het leger werd en wordt nogal eens fysieke intimidatie toegepast. Andere beroepsgroepen kennen onschuldiger ontgroeningen; zo laten tuinders een leerling graag op zoek gaan naar het aardbeienladdertje, en moest een leerling-timmerman vroeger op zoek naar de vierkante gatenzaag.
Het is overigens niet zo dat alle Nederlandse studentenverenigingen een ontgroening hebben. Het zijn met name de corporale verenigingen en de verenigingen aangesloten bij het AHC die, met uitzondering van Quintus uit Leiden (zij hebben een dispuutsontgroening) en Ceres uit Wageningen, een ontgroeningsperiode kennen, welke gemiddeld twee weken duurt en tegenwoordig 'KMT', 'introductietijd' of 'introductieperiode' heet. Ook de kleine gereformeerde studentenverenigingen kennen een ontgroening, onder de naam 'novitiaat'. Andere, minder traditionele verenigingen hanteren vaak liever een introductieweekend waarop de nieuwe lichting leden op informele wijze kunnen integreren met de vereniging.
Inhoud |
[bewerk] Oorsprong
Ontgroeningen bij Nederlandse studentenverenigingen zijn al heel oud, getuige deze teksten (afkomstig van de Rijksuniversiteit Groningen uit de 17e eeuw):
Het enige waarin studenten zich uitleven zijn onderlinge gevechten van (illegale) verenigingen, de collegia nationalia, en ontgroeningspartijen
en van latere datum:
In de 18e eeuw duiken opnieuw ontgroeningsgroeperingen op, die de universiteit vergeefs verbiedt.
De ontgroening bij Nederlandse studentenverenigingen is vergelijkbaar met de Vlaamse doop, de ontgroening bij Vlaamse studentenclubs over -verenigingen is vergelijkbaar met de Nederlandse inauguratie.
In de jaren '60 en '70 zetten veel jongeren zich af tegen traditionele waarden, en ook ontgroeningen moesten er bij veel verenigingen aan geloven, of ze werden versoepeld. Dit had ook te maken met het feit dat met name de corpora kampten met ledenverlies. In de jaren '80 verhardde het klimaat weer en keerden de ontgroeningen terug. Er schijnt nu een evenwicht te zijn ontstaan, hoewel verenigingen zich gedwongen zien aan steeds meer regels te conformeren.
[bewerk] Misstanden
Ontgroeningen zijn regelmatig negatief in het nieuws gekomen door misstanden. Zo raakte in 1965 het Utrechtsch Studenten Corps in opspraak, toen tijdens de ontgroening in het adellijke dispuut Tres student jonkheer David Rutgers van Rozenburg door verstikking om het leven kwam (de zogenaamde roetkapaffaire). De verontwaardiging was groot toen er zeer lichte straffen werden uitgedeeld, terwijl tegelijkertijd diverse provo's voor hun ludieke acties onvoorwaardelijke gevangenisstraffen kregen opgelegd.
Bij de oprichting van Minerva in 1839 was er een schandaal rond de ontgroening. Het Collegium werd zelfs strafrechtelijk vervolgd en tot aftreden gedwongen. Tegenwoordig (eind 20e / begin 21e eeuw) is de kennismakingstijd aan allerlei regels verbonden die zowel door de universiteit zijn opgelegd als voortvloeien uit de maatschappij. Zo krijgen de aspirant-leden elke nacht voldoende slaap en mogen zij géén alcohol drinken.
De ontgroening bij de Groningse studentenvereniging GSC Vindicat atque Polit kwam in 1997 in het nieuws toen een eerstejaars student overleed nadat hij een liter jenever had moeten drinken. Dit voorval had niet direct iets met de ontgroening bij Vindicat te maken, aangezien het plaatsvond in een studentenhuis, waar gekeken werd of hij een geschikte huisgenoot zou zijn, maar (met name) in de media werd de relatie met de ontgroening wel gelegd. Dit incident was voor alle Groningse studentenverenigingen aanleiding om de controle op de ontgroening te verscherpen, alcohol op ontgroeningen te verbieden, de eerstejaars tenminste 6 uur slaap per nacht te gunnen, en ze een medisch vragenformulier te laten invullen en ondertekenen. Deze aanscherping werd vervolgens overgenomen door de Landelijke Kamer van Verenigingen als stelregel voor alle daarbij aangesloten verenigingen.
In 2000 kwam de ontgroening van Rotterdamsch Studenten Corps negatief in het nieuws. Het neefje van Youp van 't Hek zou met zijn hoofd in een WC-pot gedrukt zijn. Van 't Hek wijdde er liefst 3 columns in het NRC Handelsblad aan. Voor universiteiten zijn de misstanden enkele malen reden geweest om de banden met studentenverenigingen te verbreken. In 2002 werden de banden opgeschort met de Utrechtse vereniging Unitas en verbroken met Veritas.
In oktober 2004 werd bekend dat leden van het arrestatieteam van de Utrechtse regiopolitie tijdens een feestje in mei bij wijze van ontgroening copulatiebewegingen hadden moeten uitvoeren op een zogeheten opblaaspop.
In mei 2005 kwam de Groningse vereniging RKSV Albertus Magnus in opspraak, toen bij een commissie-ontgroening een jongen anderhalve dag in coma raakte. De vereniging had consequent een alcoholverbod uitgevaardigd, maar men realiseerde zich niet dat ook water in hoge doses giftig kan zijn. De jongen in kwestie had minstens zes liter gedronken.
Reeds enige malen zijn de novitiaatsperiodes van S.S.R.-Rotterdam in het nieuws geweest. Het meest recente voorbeeld hiervan is Wouter Engler, een journalist van het Algemeen Dagblad, die undercover ging tijdens het novitiaat in 2005. Zijn stuk is te lezen op zijn weblog, het werd niet gepubliceerd in het Algemeen Dagblad omdat het stuk een flink aantal feitelijke onwaarheden bevatte.
[bewerk] Disputen, huizen en commissies
Binnen een vereniging geldt lidmaatschap van een dispuut of zittingneming in een commissie als iets wat zeer veel aanzien geeft. Ook is het vaak gebruikelijk om in een verenigingshuis te wonen. Vaak betekent dit opnieuw een ontgroening lopen. Deze kunnen variëren van een avondje vervelende opdrachten doen tot maandenlang op de huid gezeten worden door ouderejaars. Aangezien hier weinig tot geen controle is van de vereniging zelf en van de universiteit, wordt bij zulke ontgroeningen nog steeds zeer veel alcohol gebruikt. Ook draagt de besloten sfeer bij tot excessen. De meeste incidenten betreffen dan ook niet eens zozeer verenigingsontgroeningen, maar dispuuts-, commissie- of huisontgroeningen (de Roetkapaffaire, Reinout Pfeiffer). Een groeiend aantal verenigingen tracht de controle op disputen en commissies te versterken en het alcoholgebruik bij ontgroeningen terug te dringen. Door de besloten sfeer en onafhankelijkheid van met name huizen en disputen is dit echter vaak niet mogelijk.
[bewerk] Traditionele ontgroeningen
Voor de meeste traditionele verenigingen vormt de ontgroening in september het hoogtepunt van het jaar. Iedereen is aanwezig, en iedereen zet zich in om er wat van te maken (in positieve zin). De nullen, novieten, klooien of feuten (aankomend eerstejaars) moeten zich verzamelen, en worden geregistreerd. Ze worden meteen over het algemeen afgeblaft door de commissie die de dagelijkse leiding heeft over de ontgroening, maar meestal zijn er ook vertrouwenspersonen die de nullen ondersteunen. De nullen gaan vaak op kamp waarbij men zich niet mag wassen en waarbij iedereen een wit shirt moet aantrekken. Ze worden voortdurend beziggehouden en moeten vaak ook werk verrichten zoals bomen snoeien voor Staatsbosbeheer, gras opruimen voor een gemeente of collecteren voor het Rode Kruis. Ook wordt het jaarlied bedacht en geoefend. Andere liederen moeten ook worden geleerd, zoals het Wilhelmus, het Io Vivat, het verenigingslied, en diverse andere liederen. Hierbij rust een speciale verantwoordelijkheid op de kampleiding en de ontgroeningscommissie en vertrouwenspersonen. Zij dienen over de gezondheid van de nullen te waken, en hen te beschermen tegen ouderejaars die over de schreef gaan. De eerste aanzet tot jaarclubs wordt vaak hier gegeven.
Na het kamp volgen vaak clubdagen en -avonden, waarbij de nullen op de vereniging moeten komen om deze en hun leden zoveel mogelijk te leren kennen en ook om elkaar te leren kennen. In tegenstelling tot op het kamp wordt nu niet altijd ontgroend op voet van ongelijkheid en worden nullen 's avonds in de gelegenheid gesteld om met elkaar en anderen te socializen. Wel moeten eerstejaars nog vaak een herkenningsteken dragen. Wel worden ze vaak geacht glazen te halen of deuren te sluiten. Langzaam wordt de druk verminderd en zijn er minder verplichte avonden, tot de inauguratie aanbreekt. Dit is een feestelijke dag of lang weekend met een vol programma, waarbij feestelijk de toetreding van een nieuwe generatie wordt gevierd. Na de inauguratie vindt vaak de jaarclubvorming en de toetreding tot disputen plaats.
[bewerk] Discussie
De incidenten en de na de jaren '80 ingezette trend heeft tot discussies over ontgroeningen geleid. Een aantal gehanteerde argumenten zijn:
Voor:
- Een ontgroening creëert een onderlinge band;
- Een ontgroening zorgt voor een onderling vertrouwen bij de leden;
- Een ontgroening zorgt dat men later beter op nare situaties kan reageren, men krijgt een "olifantenhuid";
- Leden waarderen de vereniging meer als de drempel voor lidmaatschap hoger is;
- De ontgroening is traditie;
- De meeste leden zijn ervoor;
- Er bestaan binnen de vereniging al strenge regels tegen ouderejaars die te ver gaan;
- Eerstejaars worden vrijwillig lid en kunnen stoppen wanneer ze willen;
- Een degelijke ontgroening zorgt voor een trots gevoel, na deze te hebben doorlopen;
- De ervaringen opgedaan tijdens de ontgroening worden achteraf vaak als hilarisch ervaren;
- Het draagt bij aan het waarderen van alledaagse vrijheden;
- Het helpt bij het relativeren van andere vervelende ervaringen;
- Het is leuk;
- Het zorgt voor directe acceptatie van de feuten als lid van de vereniging.
Tegen:
- Ontgroening kan leiden tot willekeur en machtsmisbruik tegenover de feuten;
- Agressieve en sadistische ouderejaars gaan vaak te ver
- Ontgroening leert mensen klakkeloos gehoorzamen zonder na te denken, wat erg gevaarlijk kan zijn;
- Voor gezelligheid heb je geen ontgroening nodig;
- Tradities kunnen veranderen;
- Het is niet van deze tijd;
- De interne regels en controle zijn niet effectief, geïllustreerd door incidenten die zich telkens voor blijven doen;
- Het leidt tot vernedering, indoctrinatie en vermindering van de eigendunk.
- Het is onvolwassen gedrag.
- Mensen die niet meedoen worden uitgesloten.
[bewerk] Externe links
- Ontgroening.com informatie voor de scholier, publicatie van ervaringen