Organometaalchemie
Van Wikipedia
Organometaalchemie is een tak van scheikunde op het grensvlak van de organische en de anorganische chemie en een significant onderdeel van coördinatiechemie. Een organometaalverbinding wordt gekarakteriseerd als coördinatieverbinding waarbij minstens een min of meer polaire metaal-koolstof bindingen aanwezig zijn.
Een organometaalverbinding kan erg reactief zijn waarbij het explosief kan reageren met lucht of water. Ze worden dan ook gebruikt als reagens of katalysator.
Voorbeelden van reagentia zijn organolithium-, organoaluminium- en organomagnesiumverbindingen. De laatste groep staat bekend als het Grignardreagens (zie Victor Grignard).
Voorbeelden van organometaalkatalysatoren zijn:
- Ziegler-Nattakatalysatoren voor polymerisatie van olefines naar polyolefines (o.a. propeen naar polypropeen)
- Wilkinson's katalysator voor hydrogenering van olefines,
- Fischercarbeencomplexen voor de metathese van olefines.
Sommige organometaalverbindingen zijn erg stabiel. Denk daarbij aan het in 1852 gesynthetiseerde tetraethyllood, dat vanaf 1922 tot aan het einde van de 20e eeuw aan benzine werd toegevoegd als antiklopmiddel, en siliconen waarbij siliciummetaal gebonden is aan zuurstof en methylgroepen.
Binnen de biochemie is een voorbeeld vitamine B12 met een kobalt-koolstof binding. Het betreft daarbij alleen de binding tussen de cyano-groep en het cobalt-ion. De bindingen met de rest van het molecule verlopen via cobalt-stikstofbindingen.