Sigurd I van Noorwegen
Van Wikipedia
Sigurd I Magnusson (ca. 1090 - 26 maart 1130), ook bekend als Sigurd Jorsalfare (Oudnoors Sigurðr Jórsalafari, vertaling: Sigurd de Jerusalem-ganger) was koning van Noorwegen van 1103 tot 1130. Hij deelde eerste de troon met zijn broers Øystein en Olaf maar werd in 1123 alleenheerser.
In 1098 gaat de jonge Sigurd mee met zijn vader, koning Magnus III, op veroveringstocht naar de Orkney-eilanden, de Hebriden en de Ierse Zee. Na de verovering van de Orkney-eilanden en het eiland Man wordt hij gekroond tot koning van Orkney en koning van Man.
Als zijn vader Magnus in 1102 weer op expeditie gaat, ditmaal om Ierland te veroveren, wordt een verbond gesloten met de koning van Dublin, Muircheartach Ua Briain, waarbij Sigurd met de Ierse koningsdochter zou trouwen. Als Magnus in 1103 sterft, keert de 14 jaar oude Sigurd weer terug naar Noorwegen en laat zijn kindbruid achter in Ierland. Terug in Noorwegen wordt Sigurd samen met zijn twee broers Øystein en Olaf gekroond tot koning van Noorwegen.
Sigurd is de eerste Europese koning die op kruistocht gaat. Hij vertrekt uit Noorwegen in 1107 en vecht tegen de Moslims in Spanje, Lissabon, de Balearen en Palestina. In 1110 neemt hij samen met Koning Boudewijn I van Jeruzalem de stad Sidon in. Tijdens zijn kruistocht bezoekt hij ook Sicilië, Jerusalem en Constantinopel.
Na zijn terugkeer naar Noorwegen in 1111 maakt hij Konghelle (nu Kungälv in Zweden) tot zijn hoofstad en bouwt er een kasteel waar hij een relikwie bewaard die hij van Koning Boudewijn had gekregen. Het was een houtsplinter waarvan beweerd werd dat het van het kruis van Jezus afkomstig was. In 1123 trekt Sigurd er opnieuw op uit om te vechten in naam van de kerk, ditmaal naar Småland in Zweden, waar de inwoners het christelijke geloof hadden laten vallen en weer de oude Noordse goden vereerden.
ca. 1090 - 26 maart 1130 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Koning van Noorwegen | ||||||
|
||||||
|
Tijdens zijn koningsperiode introduceert Sigurd de tiende, een 10% belasting ten goede van de kerk, en sticht ook een nieuw bisdom in Stavanger. De bisschop van Bergen weigerde namelijk zijn verzoek om een scheiding van zijn vrouw, dus installeert Sigurd gewoon een nieuwe bisschop in het destijds onbelangrijke stadje Stavanger.
Sigurd sterft in 1130 en wordt begraven in de kerk Hallvardskirken in Oslo. Sigurd en zijn koningin Malmfred (de dochter van Grootvorst Mstislav I van Kiev en kleindochter van koning Inge I van Zweden) hadden een dochter gekregen, Kristin Sigurddatter, maar geen zonen. Dit leidde tot een machtsstrijd na Sigurd's dood tussen verschillende onechte zonen en andere troonpretendenten. De machtsstrijd mondde uit in een burgeroorlog die van 1130 tot 1240 zou doorwoeden.
Rond het jaar 1225 werd de saga van Sigurd en zijn broers neergeschreven in de Heimskringla door Snorri Sturluson. In de 19e eeuw schreef Bjørnstjerne Bjørnson een historisch drama gebaseerd op het leven van Sigurd, en componeerde Edvard Grieg een opera over hem.
[bewerk] Zie ook
[bewerk] Externe links
- De Saga van Sigurd en zijn broers uit de Heimskringla (Engelse vertaling)