Smartlap
Van Wikipedia
Smartlap is een neerbuigende benaming voor het levenslied en dan vooral voor die vormen van het levenslied waarin een larmoyante geschiedenis wordt verteld.
Het woord kwam in zwang aan het begin van de jaren 1960 toen velen naar aanleiding van de successen van de Zangeres Zonder Naam een weerzin opbouwden tegen het genre. Deze niet-liefhebbers spraken badinerend van een smartlap, naar analogie van de Duitse woorden Schmachtlappen (zwijmelaar) en Schmachtfetzen (sentimenteel lied). Deze woorden betekenen letterlijk 'smachtlap'. Het zijn oorspronkelijk bijnamen voor de in de katholieke liturgie gebruikte vastendoek. Met zo'n doek, waarop het lijden van Christus staat uitgebeeld, wordt tijdens de vastentijd het altaar afgedekt.
[bewerk] Smartlappen, roldoeken en troubadours
De vroegste bekende vermelding van het woord smartlap is te vinden in een editie van dagblad Het Vaderland van 24 februari 1962. In 1973 definieerde de Winkler Prins smartlap als: "een ironische benaming die in de jaren zestig in zwang kwam voor wat men vroeger aanduidde met levenslied."
Pas later dook een alternatieve verklaring voor het woord op. In zijn boek Huilen is voor jou te laat (2002) vertelt variété-kenner Jacques Klöters bijvoorbeeld hoe hij in 1976 als medewerker van de kermistentoonstelling in het Toneelmuseum in Amsterdam, een met een bloederig tafereel beschilderd zeil voorzag van de toelichting 'Rollied (ook: Smartlap)'. De vaststelling dat het hier om een rollied of roldoek ging was juist. Dergelijke roldoeken werden door negentiende-eeuwse straatzangers gebruikt om hun gezangen te illustreren. Er werden gruwelijke verhalen over moord en doodslag op verbeeld. Het woord 'smartlap' werd echter nooit voor deze doeken gebruikt. De reden dat Klöters de twee begrippen toch gelijkstelde was dat het hem 'een plausibele verklaring' leek. Pas jaren later werd hij erop geattendeerd dat het woord smartlap van ver na de roldoeken dateert.
Ook in het Nationaal Museum van Speelklok tot Pierement worden roldoeken als "smartlap" aangeduid -- blijkens een artikel in NRC Handelsblad al minstens vanaf 1971. Het blijft daarmee onduidelijk wanneer deze interpretatie van het woord precies is ontstaan. De associatie van de twee woorden werd in ieder geval voldoende gangbaar om door de Dikke Van Dale te worden overgenomen. De smartlap wordt, als uitbreiding van deze volksetymologie, vaak gepresenteerd als een vorm van typisch Nederlandse folklore die terug te voeren zou zijn op middeleeuwse troubadours. Ook zij zouden namelijk, volgens sommige varianten op het verhaal, gebruik hebben gemaakt van roldoeken c.q. 'smartlappen' om hun liederen te illustreren.
In de jaren negentig groeide het woord smartlap met de opkomst van smartlappenkoren en smartlappenfestivals uit tot een geuzennaam. Verwijzend naar de roldoeken werd deze ontwikkeling niet zelden gepresenteerd als een herleving van een 'eeuwenoude traditie'. Het repertoire waarop werd teruggegrepen was echter van relatief recente datum: de artiesten J.H. Speenhoff, Kees Pruis en Willy Derby maakten deze sentimentele liedjes over armoede, zieke moeders en stervende kinderen aan het begin van de twintigste eeuw populair. De geboorte van de typische smartlap is daarmee geen eeuwenoud verschijnsel, maar een onderdeel van de opkomst van de Nederlandse amusementsindustrie.
Het lijkt, vanwege het volkse karakter van de smartlap, waarschijnlijk dat het genre geïnspireerd is op het repertoire van markt- en straatzangers uit de 19e eeuw.
[bewerk] Externe link
- Aan de muur van het oude kerkhof - Een typische smartlap, uitgevoerd door Bob Fosko. De pagina is onderdeel van de site Het geheugen van Nederland
- Van Hadewijch tot Hazes (in pdf-formaat) - Oratie van Louis Grijp over de belangstelling van de elite voor de muzikale volkscultuur. Onder andere komt de herwaardering van de smartlap aan bod.