Biezenknoppen
Van Wikipedia
| Biezenknoppen | |||||||||||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
 |
|||||||||||||||||||
| Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||
| soort | |||||||||||||||||||
| Juncus conglomeratus L. (1753) |
|||||||||||||||||||
 |
Biezenknoppen (Juncus conglomeratus, syn. Juncus subuliflorus Drej.) is een dicht polvormende, overblijvende plant die behoort tot de Russenfamilie (Juncaceae). Het is een plant van natte, zure grond; in schraalgraslanden, duinvalleien, afgravingen, op natte heipaden en op kapvlakten. De plant komt van nature voor in Europa, Noord-Afrika, West-Azië en is van daaruit verspreid naar Noord-Amerika.
De plant wordt 20 tot 100 cm hoog, vormt een kort, gedrongen wortelstok en heeft een dofgroene stengel met ononderbroken merg en 20 tot 50 ruwe ribben. De doflichtbruine, schedeachtige bladeren zitten onderaan de plant.
Biezenknoppen bloeit in mei en juni. De schede van het stengelachtige schutblad is door de weinig ingerolde randen vrij breed. De 2 tot 4 cm lange bloeiwijze is meestal een tot een kluwen ineengedrongen pluim.
De glanzend roodbruine vrucht is een doosvrucht. Op de ingedeukte top van de vrucht zit op een verhoging het restant van de stijl. De iets kleverige vrucht wordt door dieren verspreid.
[bewerk] In andere talen
- Duits: Knäuel-Binse
- Engels: Compact Rush
- Frans: Jonc aggloméré
