Helikopter
Van Wikipedia
Een helikopter, wentelwiek of hefschroefvliegtuig is een vliegtuig met een (of twee) grote rotor(en) met een verticale as. Helikopters hebben ten opzichte van vliegtuigen (m.u.v. de Harrier) het voordeel dat ze verticaal kunnen opstijgen en landen, in de lucht stil kunnen hangen en zijwaarts en achteruit kunnen vliegen. Ze worden daarom bijvoorbeeld veel ingezet bij reddingsacties. Daarnaast zijn er ook militaire (vervoer van troepen en materieel) en civiele (passagiersvervoer over korte afstanden en van en naar offshoreinstallaties en schepen) toepassingen.
Inhoud |
[bewerk] Geschiedenis
De allereerste helikoptervlucht ter wereld werd op 13 november 1907 te Lisieux uitgevoerd door de Franse fietsenmaker Paul Cornu. Zijn helikopter had twee rotors, aangedreven door een 24-pk-motor. Hij verhief zich twee meter boven de grond en vloog minder dan twintig seconden. Op 24 mei 1940 voerde Igor Sikorsky de eerste succesvolle vlucht uit met een helikopter met 1 rotor.
[bewerk] Werking
Net als bij een vliegtuig heeft een helikopter vleugels, namelijk de rotorbladen, die hun snelheid krijgen door de as waarop die zijn gemonteerd aan te drijven. Een hogere draaisnelheid geeft uiteraard meer lift. Sommige helikopters hebben een vast toerental en regelen de lift uitsluitend met de instelhoek van de rotorbladen.
Tegelijk met de lift ontstaat echter een tangentiële kracht die de helikopter doet draaien in de richting tegenovergesteld aan de draairichting van de rotor. Om dit vervelende effect te compenseren hebben 'gewone' helikopters een staartrotor, waarmee (dus) ook de richting van de romp kan worden geregeld. Sommige helikopters, zoals de Chinook, Kaman en alle modellen van Kamov, hebben in plaats daarvan een tweede rotor die even groot is als de eerste, maar in tegenovergestelde richting draait. Er is zelfs een helikopter denkbaar zonder extra rotor, waarbij de individuele rotorbladen bewegingen maken zoals de vleugels van een vogel. Voor deze beweging is echter een ingewikkelde aandrijfas nodig.
[bewerk] Besturing
Om voorover of achterover te hellen (pitch) of zijwaarts te hellen (roll) wordt de hoek van de hoofdrotorbladen met behulp van een tuimelschijf (engels: swash plate) tijdens het roteren cyclisch veranderd naargelang de positie. Om voorover te hellen bijvoorbeeld staan de bladen schuiner als ze zich aan de achterkant bevinden en minder schuin aan de voorkant. Hierdoor krijgt de rotor aan de achterkant meer opwaartse kracht, helt het toestel voorwaarts en vliegt het ook voorwaarts. Door de hoek van alle rotorbladen tegelijk te variëren kan een verticale beweging worden gemaakt.
Aangezien de meeste grotere helikopters worden aangedreven door een gasturbinemotor (meestal twee) is sprake van een stationair rotortoerental. De gasturbinemotor zelf bestaat eigenlijk uit twee gedeelten, de compressorsectie aangedreven door de gasproducerturbine en de powersectieturbine (vrije turbine). Bij het verhogen van de helling van de rotorbladen (verhogen van de vraag naar lift) zal door de mechanische koppeling tussen vrije turbine en de versnellingsbak die de rotorbladen aandrijft, het toerental (N2) van deze turbine willen zakken. Als gevolg hiervan daalt ook het compressortoerental (N1).
Door de powerturbineregelaar (de bewaker van zijn toerental) wordt dit geregistreerd en doorgegeven aan de brandstofregelaar, waardoor een aangepaste hoeveelheid brandstof ingespoten wordt in de verbrandingskamer, waardoor de compressorsectie weer meer vermogen levert aan de gasproducerturbine totdat een nieuw evenwicht is bereikt. Omgekeerd vindt ditzelfde proces plaats bij verlagen van de vraag naar lift, hierbij wil de powerturbine zijn snelheid verhogen door eigenlijk een teveel aan toegevoerde brandstof aan de verbrandingskamer, de powerturbineregelaar geeft dan een signaal naar de brandstofregelaar die dan de brandstof "knijpt" tot het juiste toerental.
[bewerk] Noodlanding
Helikopters storten niet vanzelf neer als de motor zou uitvallen. Door de dalende beweging beweegt de lucht door de rotors en blijven die in beweging (windmoleneffect). Deze techniek heet autorotatie. Doordat de hoofdrotor en de staartrotor mechanisch verbonden zijn, kan de piloot het toestel nog steeds besturen en een noodlanding maken, op voorwaarde dat het toestel hoog genoeg of snel genoeg vliegt. Autorotatie wordt ook toegepast bij de autogyro, waar alleen een motor aanwezig is voor de voortstuwing en de lift verkregen wordt door de autorotatie van de rotor.
[bewerk] Lijst van helikopters
- Militair gebruik
- Civiel gebruik
- Erickson Air Crane
- Sikorsky S-61
- Sikorsky S-76
- Aérospatiale Alouette III
- Aérospatiale Gazelle
- Aérospatiale Dauphin
- Aérospatiale Puma
Zie ook: Lijst van verkeersvliegtuigen
[bewerk] Modelvliegen
Er worden naast modelvliegtuigen ook modelhelikopters gebruikt bij het modelvliegen. Deze helikopters worden radiografisch bestuurd en kunnen op hun kop vliegen en loopings maken.
[bewerk] Externe links
- (en) Werking van de rotor
- (nl) Lifeliner helikopters
- (nl) SAR helikopters Leeuwarden
- (nl) Foto's van helikopters
![]() |
Meer afbeeldingen die bij dit onderwerp horen kunt u vinden in de categorie Helicopters van Wikimedia Commons. |
{{{afb_links}}} | Vervoermiddelen | ![]() |
{{{afb_groot}}} |
---|---|---|---|
auto · vrachtauto · motorfiets · fiets · bromfiets · snorfiets · scooter · tractor · bus · trolleybus · tram · metro · trein · boot · vliegtuig · helikopter |