IJsgors
Van Wikipedia
IJsgors IUCN-status: Veilig |
|||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||
|
|||||||||||||
Soort | |||||||||||||
Calcarius lapponicus Linnaeus, 1758 |
De ijsgors (Calcarius lapponicus) is een gors die in toendragebieden broedt en zuidwaarts trekt om in gematigde klimaten te overwinteren. In alle verendelen zijn de bovendelen rijk kastanjebruin met zwarte en beige strepen. De goed gemarkeerde oorstreek, de lichte kruinstreep en het kastanjebruine achterhoofd zijn de duidelijkste determinatiegegevens. Het mannetje kan in de zomer onderscheiden worden door een zwart hoofd en een zwarte borst, onderbroken door een duidelijk witte wenkbrauwstreep.
Deze vogel wordt ongeveer 16 centimeter groot en weegt 19-20 gram. Hij leeft in rotsachtige toendragebieden en hij overwintert in steppen, omgeploegde landen en moerassen aan de kust. Hij voedt zich voornamelijk met zaden.
[bewerk] Verspreiding en verplaatsingen
Van Scandinavië tot de Beringstraat, Canada en Groenland. Overwintert in de steppen van Oekraïne en Siberië. Vogels uit Scandinavië en Groenland trekken naar de steppen van Zuid-Rusland, maar ook naar Denemarken, Nederland en Oost-Engeland. Ze trekken vaak over het noordwesten van Schotland.
Het legsel van de ijsgors bestaat uit 5-6 roodgespikkelde, groene eieren in een kommetje op de grond, in 11-13 dagen door het vrouwtje uitgebroed. De hulpeloze, donzige jongen vliegen na 11-15 dagen.