Irokezen
Van Wikipedia
De Iroquois of Irokezen vormen een confederatie van vijf en later zes taalkundig en etnisch aan elkaar verwante volken in Noord-Amerika. Oorspronkelijk spreken we dan ook van "The Five Nations" (de vijf naties). De Iroquois noemen zich zelf gezamenlijk "Haudenosaunee", letterlijk vertaald, volk van het "longhouse". De vijf "nations" zijn van oost naar west: Mohawk, Oneida, Onondago, Cayuga en Seneca.
Inhoud |
[bewerk] Geografie
Het woongebied van de Iroquois Confederatie bevond zich in het noorden van de huidige staat New York en aangrenzende gebieden van het huidige Canada (omgeving Montréal), het Amerikaanse Vermont en Pennsylvania. Het Ontariomeer en het Eriemeer vormen de noord- en westgrens. Een belangrijk fysisch gebied vormt het gebied rond de Finger Lakes dat de grootste oppervlakte inneemt in het Iroquois-territorium. Deze langwerpige meren zijn gevormd in glaciale tijden.
Belangrijke rivieren zijn de Hudson, de Mohawk en in het noorden de Sint-Laurensrivier. Centraal in het noorden het Adirondack gebergte en in zuidoosten het Catskill gebergte. Het hele gebied wordt nu nog steeds als één van de mooiste natuurgebieden in V.S. gezien.
[bewerk] Taal
Zie Irokese talen voor het hoofdartikel over dit onderwerp. |
De Irokese talen strekte zich over een groter gebied uit. Volken rond de grote rivieren, zoals de Tuscarora, Nottoway, Susquehannock, Huron of Wyandot, maar ook de Cherokee ten zuiden van de Appalachen, behoorden tot deze taalgroep. Cultureel en religieus gezien onderscheiden de Iroquois zich duidelijk van hun buren en taalkundige verwanten.
Onderling verschilden de talen van de 6 nations van elkaar, maar waren ze verwant genoeg om met elkaar te communiceren. Het Mohawk of Kanien'keha en het Seneca, lijken zeer veel op elkaar, op enkele verschillen in uitspraak na.
[bewerk] Cultuur
De cultuur van de Iroquois wordt ook wel de Longhouse-cultuur genoemd. Een longhouse is een langwerpig huis gemaakt van goed aan elkaar vastgemaakte boomschors. De lengte kon wel ruim 100 meter bedragen. Het politieke en sociale leven vond plaats in deze longhouses.
De Iroquois kenden een verwantschapssysteem dat was afgeleid van zogenaamde matrilineaire clans ("Owachira"). Elke clan werd in twee delen gedeeld. Zo'n clanonderdeel vormde een belangrijk onderdeel van het politieke en religieuze leven.
De longhouses werden bewoond door zo'n clanonderdeel of lineage. Deze bestonden dan weer uit "nuclear families", die te vergelijken zijn, qua opbouw met het westerse familiepatroon. Als een man met een vrouw trouwde trok de man bij het clanonderdeel van de vrouw in. Een longhouse werd dan ook bewoond door een "clan-mother"(een oudere vrouw), haar dochters en dus hun mannen en kinderen. Ongetrouwde mannen woonden hier ook bij in, evenals de man van een "clan-mother". Het is dan ook begrijpelijk dat een longhouse regelmatig uitgebreid moest worden; dit werd dus steeds langer.
Een normaal Iroquoi-dorp bestond uit ongeveer vijftig longhouses; grotere dorpen bestonden zelfs uit zo'n 200 longhouses. Als we ervan uitgaan dat in één longhouse 40 tot 100 mensen woonden, kunnen we het aantal inwoners van zo'n groot dorp schatten op ongeveer 14.000 mensen. De Engelsen noemde zulke dorpen "castles". Zo'n dorp of stadje werd namelijk omgeven door een sloot en een verdedigingswal.
[bewerk] Democratie
Rond 1600, of nog eerder, gingen de Iroquois-volken een verbond met elkaar aan, de Iroquois confederatie. Dit onder invloed van naburige volkeren die ook de handen ineen gingen slaan, en het dreigende gevaar van de Europeanen. Men had al eerder een verbond gesloten, dit was ontstaan nadat door de groeiende welvaart er conflicten ontstonden tussen de verschillende volken. Een verbond was de enige manier om deze conflicten op te lossen, wat ook lukte, maar deze unie was een grote politieke vooruitgang. Het nieuwe verbond van de Iroquois ging ook veel verder dan die van bijvoorbeeld de oostelijke (Maine en omstreken) Algonkian-indianen, wat ook niet verwonderlijk was omdat de Iroquois een lange traditie hebben in verdragen sluiten. De invloed van de Iroquois Confederatie op hun naburige volken zou in het westen over de rivier de Ohio tot bijna aan de Mississippi gaan reiken.
De Iroquois vormde hun confederatie naar het voorbeeld van hun clan-systeem. De confederatieve raad bestond uit vijftig zogenaamde "Royaneh" (sachems of senatoren), afkomstig uit de vijf "Nations". De vijftig Royaneh werden gekozen voor het leven door de clan-mothers. De bewindslieden waren dus mannen die echter werden gekozen door vrouwen. Ook konden deze clan-mothers een Royaneh gezamenlijk afzetten wanneer deze niet goed functioneerde. Iedere man, van welke achtergrond dan ook, kon gekozen worden in de raad. De leider van de confederatieve raad, die gekozen werd door de raad, noemde men een "Pine tree chief". Iedereen die goede verdiensten had geleverd voor zijn "Nation" kon hier voor in aanmerking komen.
Beslissingen werden genomen door middel van een serie van korte bijeenkomsten (Caucuses) in een longhouse, waarin men pas een beslissing nam wanneer elke Royaneh unaniem was met de rest (consensus). Financiële zaken werden genoteerd door middel van een schelpen-gordel. Een eeuw geleden begonnen de Iroquois dit op te schrijven samen met andere dingen, zoals wetten en mythologische verhalen. Sommige van deze teksten zijn begin 20e eeuw gepubliceerd door de Seneca etnoloog Arthur C.Parker.
[bewerk] Geschiedenis
[bewerk] De Europeanen
De eerste kennismaking met de blanken voltrok zich in 1535, toen een Fransman genaamd Jacques Cartier de St. Lawrencerivier opvoer en de Mohawk-stad Hochelaga, het tegenwoordige Canadese Montreal, bezocht. Deze belangrijke, op een eiland gelegen, stad van enkele duizenden inwoners, herbergde niet het goud en zilver waar Cartier naar zocht.
Nadat de gastvrije inwoners een maaltijd hadden klaargemaakt voor deze vreemde gasten, vertrokken de Fransen weer naar hun boten, bang om vergiftigd te worden. Cartier voer weer stroomafwaarts en overwinterde in een klein fort vlak bij de Noord-Iroquoi-stad (dus niet behorend bij de confederatie) Stadacona (de huidige stad Québec).
Doordat er relaties werden onderhouden met de inwoners van Stadacona braken er onder de Indianen al snel ziektes uit waar hun immuunsysteem niet tegen was opgewassen. De eerste kennismaking met de Europeanen was, ook omdat Cartier zich gewelddadig gedroeg, meteen dus al negatief verlopen.
In 1603, toen een andere Europeaan (Samuel de Champlain) dezelfde route voer, waren Stadacona en Hochelaga verdwenen. Om een indruk te geven hoe de populatie van de Iroquois zich heeft ontwikkeld nadat de eerste Europeanen het Amerikaanse continent hadden betreden: voor 1520 telden de Iroquois waarschijnlijk enkele honderdenduizenden mensen, een eeuw later waren er dat nog maar zo'n 75.000. De Iroquois hebben een gevecht moeten leveren om te overleven, maar doordat ze omringende volken, die helemaal ver in aantal waren achteruit gegaan, opnamen in hun vijf naties lukte het de Iroquois toch om hun confederatie in stand te houden.
Door de strategische ligging van het Iroquoi-land tussen de Franse koloniën (onder andere de huidige provincie Québec) en de Britse koloniën (New York, Pennsylvania en New England) fungeerde ze eeuwenlang als bufferzone tussen deze twee koloniale machten. Met de Britten (en daarvoor ook met de Nederlanders) had de confederatie de beste relatie, de Fransen hadden van het begin af aan een slechte naam. Met de Nederlanders hadden de Iroquois een handelsovereenkomst gesloten (vooral bonthandel). Nadat de Engelsen de Nederlandse kolonie Nieuw-Nederland (New York en Pennsylvania) hadden verkregen, werd de overeenkomst voortgezet met de Britten. De Iroquois hielpen de Britten vele malen in hun strijd tegen de Fransen. Hierdoor accepteerde de Britten de soevereiniteit van de Iroquois Confederatie als bufferstaat. Het grondgebied werd geleidelijk aan wel kleiner doordat de Iroquois grond moesten verkopen om deze vrede te bewaren.
In 1712 werden de Tuscaroras, een zuidelijk aan de Iroquois verwant volk, door de Britten met hulp van 100 Cherokees naar het noorden gedreven, naar het Iroquoi gebied. In 1720 werden de Tuscaroras in de Iroquois Confederatie opgenomen, die vanaf toen bekend stond als de Six Nations.
[bewerk] De koloniale oorlogen
Het contact met de Europeanen betekende ook dat de Iroquois betrokken werden bij de koloniale oorlogen tussen de Europese machthebbers. In de 17e eeuw raakten de Mohawk in conflict met de Fransen; Nederlandse handelaars verkochten nieuwe vuursteenslotmusketten aan de Mohawk, die met deze 'moderne' wapens een voorsprong op de Fransen kregen, die over minder betrouwbare lontslotmusketten beschikten. Zo brachten de Nederlanders via de Mohawk hun grootste concurrenten in de bonthandel een zware Nederlaag toe.
De Europese machten sloten verdragen met de Indiaanse volken om zo meer invloed te kunnen krijgen op het Noord-Amerikaanse continent. Speciale gezanten werden aangesteld om de contacten te onderhouden. De bekendste was Sir William Johnston, een Britse gezant; hij had een groot landhuis, "Johnston Hall", waar hij verschillende vertegenwoordigers van de Iroquois en andere stammen ontving. Hij was getrouwd met een indiaanse, de zus van de legendarische Mohawk-leider Tayendinaga. Tayendinaga ijverde bij de Iroquois ervoor om bondgenoten van de Britten te blijven. Gedurende de Spaanse Erfopvolgingsoorlog (1702-1713), de Oostenrijkse Erfopvolgingsoorlog (1740-1748) en de Zevenjarige Oorlog (1756-1763) werd er ook gevochten in Noord-Amerika, alhoewel de verschillende koloniën onderling vaker kleine conflicten uitvochten.
De bekendste en meest beslissende oorlog is de zgn. French & Indian Wars, de koloniale oorlog tussen de Fransen en de Britten geweest; deze oorlog liep gelijktijdig met de Zevenjarige Oorlog (1756-1763), maar begon eigenlijk al in 1754 toen een Britse expeditie onder lt.Gen. Braddock een campagne begon tegen de Fransen en hun indiaanse bondgenoten. Deze expeditie liep in een hinderlaag bij Monongahela en werd verpletterend verslagen. De oorlog verliep in de eerste jaren rampzalig voor de Britten omdat dezen niet waren ingesteld op een oorlog in de Noord-Amerikaanse wouden, en omdat ze over te weinig goed geoefende troepen en Indiaanse bondgenoten beschikten die wel bekend waren met Lichte Infanterie-tactieken. Bovendien raakten de Britse generaals na elke tegenslag dusdanig in paniek dat ze zich meteen terugtrokken in hun forten.
De bekendste belegering is die van het Fort William Henry, dat in 1757 door de Fransen werd ingenomen. De belegering is bekend geworden door het boek "The Last of the Mohicans" dat ook is verfilmd. De overwonnen Britten mochten zich terugtrekken maar werden op hun terugtocht keer op keer door de wraakzuchtige indianen aangevallen.
In 1758 verscheen er een andere Britse generaal ten tonele, de jonge officier James Wolfe. Vastbesloten om de Fransen definitief te verdrijven begon hij een agressieve campagne. In 1758 was hij betrokken bij de verovering van de Franse vestingstad Louisbourg. Uiteindelijk wist hij het Franse leger in 1759 definitief te verslaan in de slag om de stad Québec. In 1760 gaven de Fransen zich over, in 1763 werden bij de vredesbesprekingen (Vrede van Hubertusburg) de koloniën definief aan de Britten toegewezen.
In 1763 organiseerde een chief genaamd Pontiac een aantal stammen in een verbond met als doel de Britten te verdrijven. Echter, na wat aanvankelijke successen bloedde de opstand, die bekend werd als "Pontiac's Rebellion" dood en verspreidden de stammen zich in 1764 weer. Pontiac werd vermoord. De opstand was geen succes geweest maar gaf wel aan dat de vrede in Noord-Amerika erg broos was. De vele gevechten hadden de Indiaanse stammen veel mensen gekost, en deze klappen kwamen de kleine gemeenschappen, in tegenstelling tot de opbloeiende blanke gemeenschappen, maar moeilijk te boven.
[bewerk] Van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog tot heden
In 1775 was er de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog. Onder leiding van Tayendinaga kozen de Iroquois de zijde van de Britten; het probleem was dat er toch nog een aanzienlijk deel de zijde koos van de Amerikanen. Echter, de Britten verloren deze oorlog, en veel Iroquois dorpen werden verwoest. Na het ontstaan van de Verenigde Staten vluchtte veel van deze groep Iroquois onder leiding van Tayendinaga naar het Britse Canada. De Britse regering schonk deze groep in 1780 grond aan de Grand river, ten zuiden van Toronto en ten westen van de Seneca-nation (dus buiten de confederatie), men noemde dit Oshweken (Grand River Six Nations). Pas in 1890 kregen de Iroquois in de V.S. ook hun reservaten. De Canadese en Amerikaanse Iroquois hebben vanaf 1780 tot vandaag twee naast elkaar bestaande confederaties gehad, met dezelfde volken en politieke structuur. De Canadese hebben hun hoofdkwartier in Oshweken en de Amerikaanse in Onondaga, indiaans grondgebied ten zuiden van Syracuse (vroeger Onondaga, naar de gelijknamige Onondaga-nation, wat vroeger ook het hoofdkwartier is geweest). Ze komen nu nog zeer onregelmatig bij elkaar, eigenlijk alleen maar bij speciale gebeurtenissen. Zoals die van 1990 toen er een Iroquoi-opstand uit brak onder de Canadese Mohawks. De inwoners van het ten zuiden van Montreal gelegen Indianen territorium Kahnawake hielden toen twee maanden een belangrijke aanvoerroute (snelweg) naar Montreal bezet, dit ging niet altijd zonder geweld (Oka).
Nadat het Iroquois territorium gekoloniseerd was (grote steden: Buffalo, Syracuse, Albany, Montreal) ging het slecht met de Iroquois, drankmisbruik en andere psychische problemen kwamen erg veel voor. Pas na 1800 kwam er door middel van een nieuwe godsdienstige beweging, genaamd "Handsome lake" (Ontario meer), naar zijn stichter, weer een opleving bij de Iroquois, ook al waren sommige elementen hieruit op Joods-Christelijke dingen gebaseerd. Deze leer predikte dat de Iroquois weer hun oude waarden en wetten moesten aannemen, waardoor men weer eigenwaarde kreeg. Men bleef echter moeite houden met de westerse maatschappij waaraan men zich gedwongen moest aanpassen.
Het ging langzaam maar nu tellen de Iroquois (The Six Nations) in het totaal 60.000 mensen, waarvan drie kwart in Canada en de rest in de V.S. 25.000 daarvan zijn Mohawks.
[bewerk] De invloed op de V.S.
De Iroquois hebben veel invloed gehad op het politieke systeem van de Verenigde Staten. Maar ook in de ontstaansgeschiedenis en enkele culturele elementen kun je veel Iroquois invloeden terug vinden.
[bewerk] Politiek
Het verbond van de Iroquois naties heeft als voorbeeld gediend voor de Verenigde Staten. In 1744 in Lancaster, Pennsylvania werd er een veertiendaagse conferentie gehouden tussen afgevaardigden van de Britse koloniën Pennsylvania, Virginia en Maryland, en de "Six Nations". Het was hier dat de royaneh Canasatego een speech hield tegenover de afgevaardigden van de koloniën. Hij raadde hierin aan dat de koloniën een unie moesten stichten naar het voorbeeld van de Iroquois en dat daardoor de koloniën macht zullen krijgen, net zoals de "Six Nations" dit hebben ten opzichte van naburige volken. De unie kwam er inderdaad (1776), maar de invloed op de Amerikaanse politiek ging nog verder. Het Amerikaans congres bijvoorbeeld is gebaseerd op het Iroquois-longhouse-systeem. Het huis van afgevaardigden kent namelijk 435 leden gekozen door kiesmannen, zet daar tegenover de 50 afgevaardigden (Royaneh) van de Iroquois die werden gekozen door de clan-mothers en je ziet de overeenkomst. De kiesmannen worden door de bevolking aangewezen, de clan-mothers door hun eigen clan. Het is niet zo dat dit een toevallige overeenkomst is, want door de geschiedenis heen hebben verschillende Amerikaanse filosofen en gezaghebbers hun lof geuit aan het longhouse-systeem, zonder overigens respect te hebben voor de Iroquois zelf, het bleven volgens de kolonisten indianen. Benjamin Franklin bijvoorbeeld, die aanwezig was bij de bijeenkomst in Lancaster (Verdrag van Lancaster) en wordt beschouwd als één van de belangrijkste grondleggers van de Verenigde Staten, schreef in 1751 naar aanleiding van Canasatego's advies aan de koloniën om een unie te vormen, "It would be a very strange thing if Six Nations of ignorant savages should be capable of, forming a scheme for such a union, and be able to execute it in such a manner as that it was subsisted ages, and appears indissoluble; and yet that a like union should be impractible for ten or a dozen English Colonies." Het moet dus duidelijk zijn dat zonder de Iroquois het Amerika van vandaag er heel anders had uit gezien.
Maar de invloed gaat op andere terreinen verder. Zonder de Iroquois was het de Britten waarschijnlijk niet gelukt om zoveel territorium op de Fransen te veroveren. Als het andersom was geweest zal het wellicht gekund hebben dat Noord-Amerika meer Frans was georiënteerd dan Engels. De geschiedenis van Amerika en dus van de hele wereld zal dan heel anders gelopen zijn. Dit zijn natuurlijk gissingen die voor zoveel dingen uit het verleden kunnen op gaan, maar het blijft een feit dat de Iroquois confederatie de geschiedenis van de Verenigde Staten en ook Canada mede heeft bepaald.
[bewerk] Nationale symbolen
De Verenigde Staten hebben nog meer elementen overgenomen uit de Iroquoi-cultuur. De arend in het Amerikaanse wapen bijvoorbeeld, is van oorsprong een belangrijk Iroquoi symbool. De Iroquois hebben een boom, met vier takken die naar elke windrichting wijzen, als symbool van sterkte, vrede en eenheid, met op de top van de boom een arend die uitkijkt over de omgeving om de Iroquois te waarschuwen voor aankomend gevaar. Ook de bundel met dertien pijlen (de dertien oorspronkelijke koloniën) in het Amerikaanse wapen, vastgehouden door de arend, is een Iroquoi symbool. Zij hadden namelijk als symbool een bundel van vijf pijlen (de vijf naties), waarbij vermeld moet worden dat de Amerikanen oorspronkelijk ook vijf pijlen in de bundel hadden, waarschijnlijk hadden ze in het begin niet door dat dit symbool de vijf naties voorstelde.
Een belangrijk cultureel-religieus gebeuren hebben de Amerikanen ook overgenomen van de Iroquois, namelijk Thanksgiving. Thanksgiving was één van de vele rituele activiteiten van de Iroquois. Nadat de maïs-oogst in oktober was opgeslagen om de winter door te komen, bedankte de Iroquois de Maker (the Creator) voor alles wat hij de Iroquois heeft gegeven. Door onbekende oorzaak namen de blanke Amerikaanse kolonialisten dit over. Het tegenwoordige moderne Thanksgiving wordt ook in oktober, nadat de oogst helemaal is binnengehaald, gevierd. De christenen danken dan God omdat hij de Amerikanen in hun gevecht tegen de Amerikaanse wildernis heeft geholpen. Men eet dan gerechten die oorspronkelijk alleen in Amerika voorkwamen, zoals Kalkoen, Maïs, Aardappelen en Pompoen. Thanksgiving is een voorbeeld van een culturele Iroquoi-invloed, maar er zijn nog vele kleinere voorbeelden te noemen over deze invloed. Natuurlijk hebben de Iroquois niet de enige culturele invloed geleverd, ook andere indianenvolken hebben elementen in de Amerikaanse cultuur geïntroduceerd, de Iroquois echter het meest.