Tabaksteelt
Van Wikipedia
De tabaksteelt is de grootschalige teelt van de tabaksplant teneinde tabak te winnen.
Inhoud |
[bewerk] Teeltproces en verwerking tot tabak
Tijdens het groeiproces worden de planten getopt, de bloemen worden eruit gesneden, waardoor alle voedingsstoffen aan de bladeren ten goede komen. Omdat niet alle bladeren tegelijk rijp zijn, worden ze een voor een geplukt. De bladeren moeten na het oogsten drogen, dat wordt op 3 verschillende manieren gedaan : in de zon liggend, in ovens of onder een afdakje hangend.
Het drogen duurt tot 3 à 4 weken.
De tabaksbladeren worden nu gebundeld en op een stapel gelegd. Hierdoor gaat de tabak broeien (fermenteren). Dat duurt ongeveer 10 weken. De tabak die dan is ontstaan is vaak een beetje bitter. Om de smaak te verbeteren worden verschillende tabakssoorten met elkaar gemengd en worden er naar gelang de toepassing allerlei geur- en smaakverbeteraars aan toegevoegd. Voorbeelden hiervan zijn: suikerstroop, honing, chocolade, pepermunt, enzovoorts. Als dat gebeurd is worden de tabaksbladeren gesorteerd op kwaliteit, grootte, dikte en kleur. In de sigarettenfabriek wordt de tabak in het papier gerold.
[bewerk] Tabaksteelt wereldwijd
De tabak wordt meestal ter plaatse gemaakt in landen waar ze tabak verbouwen (bijvoorbeeld China, India, Turkije, Japan en Indonesië. In Europa wordt in Frankrijk en in West-Vlaanderen (Wervik, Harelbeke) nog wel tabak verbouwd. In Noord- en Zuid-Amerika, waar de tabaksplant vandaan is gekomen wordt hij nu ook nog steeds verbouwd. Hier zijn de grootste producenten de VS, Brazilië, Canada, Argentinië en Mexico.
Het land met de meeste productie is China met 1700 miljard sigaretten per jaar. Nederland staat op nummer 5. Daarvan wordt het meeste ge-exporteerd naar andere landen binnen de EU.
[bewerk] Tabaksteelt in België
De streek rond Wervik (België) staat bekend om zijn tabaksteelt. Er is een nationaal tabaksmuseum.
[bewerk] Tabaksteelt in Nederland
De commerciële tabaksteelt is begin 17e eeuw in Europa opgekomen. Tussen 1610 en 1620 werd voor het eerst in Nederland en Engeland de tabak geteeld. Het eerste in Veere omstreeks 1610 gevolgd door Amersfoort rond 1615. Vandaaruit verspreidt de teelt zich over de Utrechtse Heuvelrug en later naar de Betuwe. In 1654 komt de teelt in het Betuwse Elst voor en in 1676 ook in Bemmel. Omstreeks 1636 begint men rond Nijkerk veel tabak te verbouwen en zorgt in die tijd voor veel winst. Rond 1900 is de teelt in Nijkerk verdwenen.
Tijdens de Franse overheersing wordt de teelt door Frankrijk gemonopoliseerd en verdwijnt de teelt uit Nederland om na 1813 weer op te leven.
Aan de voet van de Utrechtse Heuvelrug, in Elst, Amerongen, Rhenen, Veenendaal en Barneveld, en in de Betuwe werd rond 1850 veel tabak geteeld en stonden er veel tabaksschuren. Ook op Middachten stond vroeger een tabaksschuur. Er vond in die tijd ook nog uitbreiding van de teelt plaats. Zo werd op de warme zuidhelling van de Utrechtse Heuvelrug in 1853 door de familie Ruys de tabaksplantage met bijbehorende schuur Plantage Willem III te Elst gesticht. Rond 1900 neemt de concurrentie van de in de warmere streken geteelde tabak sterk toe en is de teelt over zijn hoogtepunt.
Na de Tweede Wereldoorlog is de teelt uit Nederland verdwenen.