Anna van Oostenrijk (1601-1666)
Van Wikipedia
Anna van Oostenrijk (Valladolid (Spanje), 22 september 1601 – Parijs, 20 januari 1666), een dochter van koning Filips III van Spanje uit het Habsburgse Huis, was koningin van Frankrijk van 1615 tot 1643.
Zij was in 1615 gehuwd met koning Lodewijk XIII, die de feitelijke regering in handen liet van kardinaal de Richelieu. Zij voerde oppositie tegen diens anti-Habsburgse politiek, en werd ervan beschuldigd tegen hem te intrigeren en heimelijk te corresponderen met haar broer Filips IV, koning van Spanje.
Zij schonk in 1638 het leven aan de kroonprins Lodewijk, voor wie zij na de dood van haar echtgenoot van 1643 tot 1651 het regentschap waarnam. Hierbij steunde zij volledig op kardinaal Mazarin, met wie zij, eenzaam en als Spaanse gewantrouwd aan het hof, vertrouwelijk bleef omgaan. In 1651 verklaarde zij de 13-jarige Lodewijk meerderjarig, maar nog tot Mazarins dood (1661) behield zij grote invloed op hem en zijn beleid. Daarna trok zij zich terug in het klooster van Val-de-Grâce. Naast Lodewijk had ze nog een tweede kind, Filips van Orléans.
Zij is de Franse koningin die in de roman De drie musketiers van Alexandre Dumas optreedt als een van de sleutelfiguren.
Anna van Oostenrijk wordt wel eens verward met Keizerin Anna, die in Wenen opdracht gaf voor het bouwen van een grafkelder.